M.S. FICUS.
29 DECEMBER 1986 T/M 2 MAART 1987.
VIER DAGEN IN JAKARTA.
Het werd een spelletje stommetje spelen in de verhoorkamer tot er uiteindelijk iemand in burger verscheen waar de mensen in uniform zeer veel respect voor bleken te hebben. Deze persoon stelde zich keurig in het Engels aan ons voor en hoorde ons reisverhaal aan en hoe het kwam dat we geen visum in ons paspoort hadden staan. Hij beloofde ons dit allemaal uit te laten zoeken en voorlopig moesten we maar een hotel in Jakarta nemen totdat alles achter de rug zou zijn. Paspoorten en vliegbiljetten werden in beslag genomen en we zouden een boete moeten betalen voor we het land weer zouden verlaten.
Het enigste hotel dat we van horen vertellen, van onze Indonesische bemanning aan boord, kenden was het Hotel Indonesia in het centrum van de stad. Zo gingen we onder bewaking (begeleiding) van een emigratie officier in burger, na onze bagage weer terug te hebben verkregen. naar het hotel om daar in te checken.
Het was een geluk dat ik in het bezit was van een Amex creditcard en hiermee en onze zeemansboekjes als indentiteitsbewijs kregen we een kamer toegewezen. Het was voor overnachting met ontbijt.
Nog de zelfde avond maakten we telefonisch contact met kantoor in Rotterdam en legden de gehele toestand uit. Er werd ons toegezegd dat er iemand van het Shell kantoor in Jakarta contact met ons op zou nemen de volgende ochtend.
(Thee plantages in de buurt van Bogor.)
Onze eerste dag brachten we grotendeels door bij het zwembad van het hotel, daar de Indonesische Shell medewerker pas in de middag in het hotel verscheen om met ons te praten. Uiteindelijk gingen we met hem mee naar het Shell kantoor en hadden weer telefonisch contact met kantoor Rotterdam. Er zou alles aan gedaan worden om ons zo snel mogelijk naar huis te krijgen met behulp van de Indonesische olie maatschappij Pertamina waarvoor we de lading naar Balikpapan hadden vervoert en die de Marine zou inschakelen.
Er werd overeen gekomen dat we lokale valuta konden krijgen voor de komende dagen en zouden er alleen voor moeten tekenen en het betalingsbewijs bewaren voor bij terugkeer te Rotterdam de overhandigen. Zo zou ik ook de hotel rekening met mijn creditcard betalen en het bedrag zou mij met spoed vergoed worden als we weer in Nederland zouden zijn.
Intussen had ik getracht telefonisch contact te leggen met enkele van onze Indonesische bemanningsleden waarvan ik een telefoon nummer en adres had gekregen. De boodschap zou door gegeven worden, door hen die het gesprek aannamen, dat we in het Hotel Indonesia logeerden.
Nu we geld hadden besloten we om de volgende tweede dag in Jakarta een taxi chauffeur in te huren en een rit te maken naar Bogor om zo wat van het land te zien.
Bogor gelegen vlak bij de Puncak Pass staat bekend om zijn thee plantages en het koele klimaat. En zo konden we voor het eerst in ons leven geniet van het landschap van Indonesië waar ik gelijk verliefd op raakte.
( Groene berghellingen vol met thee struiken.)
( Een klein riviertje stroomt door het groene landschap.)
Het was tegen de avond dat we weer terug keerden in ons hotel en daar stond een van de gebelde bemanningsleden op me te wachten. het was eerst uitleggen hoe en wat en hij bleek niet meer te varen maar een goede baan te hebben in Jakarta. Zo spraken we af om de tweede dag in Jakarta opstap te gaan met hen die zin er in hadden.
( Theepluksters bij de Puncak Pass.)
Helaas besloot de rest van de ploeg de volgende ochtend tijdens het ontbijt dat ze bij het zwembad in het hotel zouden blijven en niet met mij en het bemanningslid mee zouden gaan. Zo liet hij me diverse plaatsen in Jakarta zien en bezochten we de bekende handwerkersmarkt Ancol waar ik wat souvenirs kocht.
( Rijstvelden, bananen en palmen in het landschap.)
Er was een berichtje in het hotel voor ons dat we, de derde dag, ons beschikbaar moesten houden voor een gesprek met de Shell medewerker en iemand van de immigratie dienst. Het werd uiteindelijk in de middag dat de heren verschenen. Ons werd verteld dat alles duidelijk was geworden en dat de fout dat we geen visum hadden gemaakt was door de autoriteiten in Balikpapan. Er zou geen boete voor dit vergrijp, zonder visum in het land te zijn, betaald moeten worden. Intussen was er met KLM contact opgenomen om onze reispapieren in orde te maken en naar het agentschap van de KLM te sturen welke in het hotel was gevestigd. Onze paspoorten zouden we pas op het vliegveld weer terug krijgen. De rest van de dag lagen we weer bij het zwembad. In de avond gingen we gezamenlijk met mijn gids uit eten in de stad en hij zou de volgende ochtend nog bereid zijn om met de rest ook wat souvenirs te gaan inkopen.
Toen we in de ochtend van de vierde dag weer bij het hotel terug kwamen van het inkopen doen stond men op ons te wachten met onze reisbescheiden daar we zo spoedig mogelijk naar het vliegveld moesten gaan om de uitreis te regelen en met de KLM uit Indonesië te vertrekken. Ik beloofde mijn ex bemanningslid contact te blijven houden om eens op vakantie te komen naar Indonesië en wat rond te reizen door het land.
Onderweg naar het vliegveld kreeg onze taxi motorpech. Daar we met twee taxi's onderweg waren in verband met onze bagage werd met hulp van de chauffeurs een lege taxi aangehouden die ons verder zou vervoeren naar het vliegveld. Onze Shell agent was reeds op het vliegveld aanwezig en samen met hem naar de immigratie gegaan om onze paspoorten af te halen, waarna we netjes werden begeleid door de controle en de vertrekhal. Zo waren we weer een collectie stempels in ons paspoort rijker geworden.
Bij thuiskomst in Nederland mondeling verslag gedaan van het gebeuren op het kantoor en de door mij betaalde rekeningen ingeleverd welke nog de zelfde dag werden teruggeboekt om mijn bankrekening.
Zo werden we allemaal een ervaring rijker, maar ik een ervaring die me nog vele reizen door Indonesië over verschillende eilanden zou doen maken in de toekomst.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten