zondag 14 februari 2010

MA ALSALAMA EGYPTE. 22 MEI 2003.


MA ALSALLAMA EGYPTE.

 22 MEI 2003.



Donderdagmiddag 22 mei. Om halfdrie werden we door de airportbus afgehaald bij het hotel om naar de vliegveld te gaan. De gehele afhandeling was een zooitje en er werd ruw met de bagage omgegaan. Zowaar vertrok onze vlucht naar Düsseldorf op tijd. Op het vliegveld van Düsseldorf was verscherpte controle van zowel de reisdocumenten als de bagage, wat allemaal veel tijd in beslag nam. Tijdens de autorit naar huis zaten we in stilte te genieten van al het groen langs de weg en overal bloemen in de berm.


Na het zien van zoveel tempels, was het terug zien van ons eigen 'tempeltje' een goed gevoel van thuiskomen.

EEN PAAR TIPS.

Vaak worden de temperaturen in de reisgidsen met een natte vinger aangegeven en is het in zon zeker 10 graden warmer dan vermeld en over de temperatuur s'nachts spreekt men helemaal niet, maar vergeet men maar voor het gemak te vermelden dat die in de woestijn tegen nul en er zelfs onder kan zijn.
Zorg dat je genoeg drinkwater in flessen bij je hebt om uitdroging tegen te gaan, daar je in de droge woestijn niet merkt dat je zwaar zweet en vocht verliest.
Drink geen water uit de kraan en eet geen ijs van straat stalletjes wil je geen last van je ingewanden krijgen. Zorg dat je genoeg Egyptische ponden bij je hebt die je op het vliegveld uit de 'flappentapper' kan verkrijgen om je boodschappen te betalen en tip te geven. Betaal nooit de gevraagde prijs want pingelen is hun sport en vreugde. Kleren die je niet meer mee naar huis neemt niet weggooien, maar weggeven en men is je er dankbaar voor.
Mocht je ooit van plan zijn naar dit fraaie land te reizen, koop dan eerst de nodige informatie lectuur, want sommige lokale gidsen weten er een eigen verhaal aan te geven wat kant nog wal raakt.



HURGHADA EN IBEROTEL MAKADI BEACH.




HURGHADA EN IBEROTEL 

        MAKADI BEACH.


De bouw van het hotel deed meer Moors aan dan Arabisch. Iberotel bleek dan ook een Spaanse hotel keten te zijn. Na al de drukke reisdagen sloeg de verveling snel toe. In de ochtend werd er wat gezwommen in het zwembad, daar het strand voor scherpe stenen lag en dode kwallen. De andere levende kwalen waren enorme dikke vrouwen die ondanks het verbod topless lagen te bakken op het strand. In de middag was het te heet in de zon om buiten te zijn. We bekeken de andere hotels die in het complex lagen en dat was het dan meestal. 

Het zwemmen in zee was niet aan te bevelen, daar er een oliefilm op het water dreef. Verschillende pogingen om van het hotel terrein af te komen mislukten. Er was geen transport naar de stad en op eigen gelegenheid was volgens het hotel niet veilig.
Zo maakten we een praatje met enkele personeelsleden van het hotel en die zouden voor ons regelen, dat we een paar uurtjes naar de stad konden.

 Uiteindelijk slaagde we erin om in een namiddag met het personeelsbusje van het hotel mee te rijden naar het plaatsje Hurghada en zo kwamen we weer eens onder de lokale mensen, maar het was een rit van een half uur rijden. De chauffeur gaf ons twee uur de tijd en dat was genoeg om weer even te genieten als afsluiting van ons verblijf. De ochtend van 22 mei de koffers weer gepakt en onze bar consumpties betaald. Het hotel maakte de rekening op in dollars, waarbij ze een zeer naar zich zelf gerekende koers namen. Daar al de prijzen in het hotel op de kaarten in L.E. stonden vermeld weigerde ik om in dollars te betalen en betaalde in Egyptische ponden, waarvan ik er nog genoeg had. Over de kwaliteit en de variatie van het eten in het hotel hadden we niets te klagen en ook het lokale personeel was zeer gedienstig en vriendelijk.


zaterdag 13 februari 2010

CAÏRO - HURGHADA 18 T/M 21 MEI 2003.



 HURGHADA RODE ZEE. 

18 T/M 21 MEI 2003.



DE REIS VAN CAÏRO NAAR HURGHADA.


Op deze zondagochtend van de 18e mei 2003 verlieten we via de nodige verhoogde verkeerspleinen Caïro en reden in de richting van de stad Suez. Vlak voor Suez bogen we af naar het zuiden en volgden de kustweg langs de Golf van Suez en bij het plaatsje Ras Gemsa de kustweg langs de Rode-zee. Het werd een rit van ruim 6½ uur die de meesten van ons in een soort slaaptoestand doorbrachten. We maakten twee sanitaire stops bij een tankstation. Onderweg was zeer veel militaire controle die steeds weer onze reispapieren wensten te zien.

Tot onze stomme verbazing reden we de afslag naar de plaats Hurghada voorbij en kwamen we er achter dat ons hotel niet daar lag zoals in de reisgids was vermeld maar aan het Makadi-strand enige kilometers zuidelijker.
Het Iberotel Makadi Beach Hotel lag met enige andere hotels in een afgesloten gebied.
Onze eerste indruk was; 'Waar zijn we in terecht gekomen'?



Alles was in het Duits aangegeven en zo ook de in-check formulieren, waar men voor het gemak ons reeds de Duitse nationaliteit had gegeven. Hierover even duidelijk mijn mening gegeven, wat werd afgedaan dat we toch allemaal Europeanen waren! Ook enige Fransen die bij ons in de bus erbij gekomen waren luchten hun hart daar duidelijk over.


Ook bij het betreden van onze kamers hadden we gauw onze twijfels over de vijf sterren die het hotel voerde. De vloer leek wel een zandbak en het toilet werkte niet naar behoren. Het werd wel verholpen, maar de eerste indruk was niet de beste.
Uiteindelijk na het verhelpen van de klachten ons eens lekker opgefrist en de lunch bij het zwembad gebruikt in de schaduw. Gelukkig stond er wat wind vanuit zee, want het was er bloedje heet.
We kwamen er achter dat we het hotelcomplex niet zomaar konden verlaten dus kregen we het getto gevoel. Na het diner-buffet wat echt goed en uitgebreid aan keuze was, en daar dus niets om over te klagen, bijtijds naar bed gegaan, daar we het reizen moe waren.
Maar de anticlimax zou snel komen.


vrijdag 12 februari 2010

CAÏRO - AFSCHEID.



     AFSCHEID VAN CAÏRO. 

             17 mei 2003.




Terwijl we buiten in de tuin voor het museum zaten te wachten op, zoals altijd de zelfde mensen, werd ik onverwacht aangesproken en uitgenodigd voor een vraag gesprek door NILE-TV. Het waren vragen zoals; Is dit uw eerste bezoek aan Egypte?, Hoe lang bent u al in het land?, Wat heeft u zoal gezien en bezocht?, Wat maakte op u het de meeste indruk, en hoe vond u het eten en de mensen? Het gehele gesprek ging in het Engels en ik werd na afloop beleefd en hartelijk bedankt, want ik had al de reiservaringen kort en krachtig weten te samenvatten. Na een lunch op een drijvend restaurant op de Nijl werden we met de bus naar de 'soek' gebracht.








                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                  Het is een gebied vol met winkels en marktstalletjes.
Daar we het verblijf er te kort vonden, lieten we met een kleine groep de gids weten, dat we op eigen gelegenheid zouden terug keren naar ons hotel.
Zodoende hadden we heerlijk de tijd om rond te kijken, te genieten en te snuiven van de oosterse sfeer en nog wat kleine dingen te kopen.






Na terugkeer in ons hotel zijn we voor het diner naar het Mena-House-Oberoi gewandeld. Een zeer oud koloniaal hotel voor de top bestuurders van de wereld. Hier logeerden o.a. Churchil en Roosenveld en werden er de nodige politieke beslissingen genomen over het lot van de wereld en Egypte. 







Onder het genot van een koele dronk  en een klein hapje genoten van ons laatste uitzicht op het plateau van Gizeh en haar wereldwonderen.




Deze avond wederom een poging gedaan om de laatste dagen niet in Hugharda aan de Rode Zee door te moeten brengen, maar net als eerdere pogingen stuitte dit eerden op tegenwerking dan medewerking van de lokale reisvertegenwoordigers.


CAÏRO MUSEUM.



CAÏRO MUSEUM DER OUDHEDEN.

 17 MEI 2003.



Het Caïro Museum bestond in het jaar 2003, 100 jaar.
Buiten voor de ingangspoort leek het wel een Babylonische spraak verwarring, zoveel talen dat daar gesproken werden en binnen in het museum was het net zo. Er werd erg moeilijk gedaan over het meenemen van camera's, filmapparatuur was helemaal niet toegestaan, en voor iedere camera die mee naar binnen ging moest men 10 L.E. (Egyptische pond) betalen en niemand liet deze achter in de bus. Gebruik van een flits of een filmlamp was streng verboden op straffe van het in beslag nemen van de gehele film in het toestel en daar hielden de suppoosten zich strikt aan. Gelukkig had ik nog een paar 400 asa filmpjes achter de hand.


Een beschrijving van de rondleiding door het museum was niet meer te verkrijgen, dus was het een gids volgen die alles zo snel mogelijk afhandelde om een volgende groep te krijgen, dus zoek het maar uit.



















 De gidsen en hun groepen liepen dwars door elkaar heen, dus heb ik de groep maar gelaten voor wat het was en ben als eerste op zoek gegaan naar de 'high light' van het museum; 'De schatten van Toetanchamon', om daarna de rest te bekijken. 


Zonder meer stonden er prachtige stukken uit de Egyptische dynastieën, maar door het gebrek aan goede ruimte vaak wanordelijk opgesteld. Je ging niet echt volgens jaartelling door de geschiedenis heen. Een enorm nieuw museum met gescheiden afdelingen voor de belangrijkste perioden zou een toekomstdroom moeten zijn voor de directeur Zahi Hawas, die ik nog tegen kwam omringt door een groep belangrijke personages.


CAÏRO. CITADEL VAN SALAH al DIN.


           CAÏRO. CITADEL VAN 

                 SALAH AL DIN. 

                   17 MEI 2003.




CITADEL VAN SALAH AL DIN.


In 171 n.Chr. begon men op bevel van Salah al Din met de bouw van deze enorme citadel op een hoogte van 75 meter boven de stad Caïro.
In deze citadel ligt de beroemde albasten moskee van Mohammed-Ali.
Mohammed-Ali daagde de Osmaanse heersers in Instanbul brutaal uit met de bouw (1828-1857) van dit protserige godshuis. Hij wilde hiermee de pracht en praal van de Blauwe Moskee in Istanbul overtroeven en liet het bouwwerk tot op een hoogte van 11 meter met albastplaten bekleden. In feite was het een poging om de macht van de islam naar Caïro te verplaatsen.



MOHAMMED-ALI MOSKEE.

Op het binnenplein van de moskee, wat omringt is met een galerij voorzien van ranke zuilen met romaanse bogen, waarbij achter iedere boog een raam is geplaatst met fraai siersmeedwerk, staat het bronhuis.
Het bronhuis is een reinigingsplaats voor het wassen van de voeten, handen en gezicht alvorens een islamiet de gebedsruimte betreedt.
Het heeft een fraai dak, dat aan de binnenkant beschilderd is met fijne taferelen.
De minaretten van de moskee, zo slank als een obelisk, wijzen omhoog als de wijsvinger van god.



Het interieur van de moskee is overweldigend, enorme tapijten bedekken de stenenvloer, fraaie verlichting zowel kroonluchters als losse lampen geven het geheel een zachte sfeer en de grote koepels zijn een prachtig bewerkt stukje kunstwerk.
De toegang en de trap naar het preekgestoelte zijn verguld.





Het uitzicht vanaf de citadel over de stad Caïro is geweldig. De 'wijsvingers van god' van de Sultan-Hassan moskee en de Al-Rifaì moskee moeten zich kranig weren tegen de hoogbouw van de moderne torenflats. (afbeelding links)
Ook zou het mogelijk moeten zijn om Gizeh te zien liggen, maar door de zware smog die boven de stad hangt is dat bijna niet meer mogelijk.






CAÏRO. 17 MEI 2003




          CAÏRO. 

      17 MEI 2003.

CAÏRO.


Na het ontbijt met de bus naar de Citadel vertrokken om de moskee van Mohammed-Ali te bezichtigen.
Zo passeerden we de necropolis (dodenstad) van van Caïro.
De mensen die zijn overleden worden hier boven de grond in een dodenhuisje bijgezet en ingemetseld. Op het eerste gezicht zou je denken dat je een ommuurd stadsdeel ziet.



Overal kleine gebouwtjes die als een bovengronds familiegraf dienst doen.
Tussen deze gebouwtjes staan weer kleine moskeeën. Door de enorme overbevolking van Caïro en de armoede door o.a. werkeloosheid, trekken veel inwoners in bij hun dode familieleden, omdat ze de huur van een gewone woning niet kunnen betalen. Of je gaat bij onbekende gestorvenen wonen



Zo passeerden we ook het fort van Mohammed-Ali wat hoog op een berg is gelegen en waarin nu een militair radiostation is gevestigd.
Zo bereikten we de parkeerplaats van de Citadel.






woensdag 10 februari 2010

GIZEH - TEMPELS BIJ DE SFINX.



GIZEH - TEMPELS BIJ DE SFINX.

                  16 MEI 2003.





DAL- EN SFINXTEMPEL.

Bij de sfinx liggen twee tempels met in het midden het begin van de processie weg die doorloopt tot de doden tempel van Cheops vlak voor zijn piramide.
Links van de sfinx ligt de Daltempel van Chephren en rechts de tempel van de sfinx. Aan de voet van deze tempels moet vroeger een gegraven haven hebben gelegen die een verbinding had met de Nijl.


DE DALTEMPEL. 

Van deze tempel die eerst per abuis 'tempel van de sfinx' werd genoemd is de exacte functie onbekend. de tempel is gebouwd uit grote rechthoekige blokken Aswan graniet, heeft een rechthoekige plattegrond met twee ingangen aan de voorzijde. Voor de tempel hebben vier kleine sfinxen gestaan waarvan de resten nog bewaard zijn gebleven. De hal heeft de vorm van een omgekeerde T met eromheen zestien, 4,15 meter hoge, monolitische zuilen. Langs de wanden stonden eens 24 diorieten beelden van Chephren. Slechts één exemplaar is nog te zien in het museum in Caïro de overige zijn verdwenen.




DE SFINXTEMPEL.

(Links de proces'sieweg.)

De tempel van de sfinx is een tempel uit de 4e dynastie. Ook deze tempel is gebouwd met blokken roze Aswan graniet en grote blokken kalksteen. De tempel heeft een dubbele ingang, een binnenhof omringd door rechthoekige pilaren en in het midden een offertafel.
De tempel was opgericht voor de drie zonnegoden: khepri, Ra en Atum.






















GIZEH - DE SFINX.



GIZEH - DE SFINX. 

     16 MEI 2003.





De sfinx is het bekendste en grootste beeld ter wereld, maar heeft even zoveel mysteries als de piramiden. De sfinx was de bewaker van de piramiden en werd geïdentificeerd met de god Harmachis, die nauw verwant is met de god Horus.


Het enorme beeld is uitgehouwen uit een rotsachtig uitsteeksel, opgebouwd uit drie lagen mergelachtig kalksteen, dat deel uitmaakte van het plateau van Gizeh en ontstaan is in het Eoceen. Waarschijnlijk was het al ruw gemodelleerd door de wind voordat het beeld door mensen handen werd uitgehakt. Men denkt dat het eerst een voorstelling was van een leeuw met lange manen rond zijn kop. De Egyptische koningen hadden veel respect voor het dier en zagen er ook de koninklijkekracht en macht in. Later is de kop misschien veranderd in een menselijk farao hoofd voorzien van de nemes (hoofdtooi).
De sfinx is 57 meter lang, 6 meter breed en 20 meter hoog. Het enorme beeld verdween regelmatig onder het zand van de woestijn.


De eerste die het beeld liet uitgraven en restaureren was Thoetmosis, nadat de leeuw in zijn droom was verschenen en hem voorspelde dat hij in de toekomst de troon zou bestijgen, een stele tussen de voorpoten van de sfinx herinnert daaraan.
Ook Ramses II liet het beeld weer uitgraven, maar het zand kreeg weer de overhand. Zo ging het de gehele geschiedenis door. Uiteindelijk leidde het werk van de Universiteit van Caïro in 1935-1936, tot de huidige staat van de sfinx en de omliggende gebouwen. Van het gezicht van het beeld ontbreken, de neus, de valse baard en de uraeus. De baard werd in 1816 opgegraven en bevindt zich in het Brittisch Museum. Tijdens laatste restauratie werkzaamheden werd aan de noordkant van de sfinx een tunnel ontdekt die uitkwam op een holte onder de sfinx die leeg bleek te zijn.
Ook Napoleon deed tijdens zijn Egyptische veldtocht moeite om het beeld uit te graven.

De sfinx is en blijft het onderwerp van wilde verhalen en de meest fantastische theorieën. Zeker wat aangaat de leeftijd, daar koolstofdatering niet mogelijk is op beelden. Egyptologen blijven elkaars theorieën bestrijden.
Een van de laatste hypothese is, dat de sfinx door de farao Chefren (Chafre) is gebouwd om de bouwdatum van 'zijn' piramide voor eeuwig vast te leggen. Deze datum zou vastgesteld zijn met de positie van de sterren Sirius en Procyon ( in de sterrenbeelden Grote- en Kleine Hond) dit in combinatie met het sterrenbeeld Leeuw. Met de bouw van de piramide van farao Chefren werd op grond van deze hypothese in 2448 v.Chr. begonnen.


dinsdag 9 februari 2010

GIZEH - DE ZONNEBOOT.





     GIZEH - ZONNEBOOT.

           16 MEI 2003.




ZONNEBOOT.


De boot was niet alleen een vervoersmiddel of een vaartuig om te vissen en de jagen - hij was vóór alles van symbolisch belang; hij was het transportmiddel van de goden.
Ook werd de boot als grafgift mee gegeven voor de reis naar de onderwereld.

In een put (dok?) afgedekt met 40 enorme kalkstenenblokken met een gemiddeld gewicht tussen de 17 en 20 ton werd aan de zuidzijde van de piramide van Cheops de resten van een zonneboot gevonden. De gigantische puzzel bevatte 1224 stukken en het duurde 10 jaar eer het geheel in elkaar was gezet. Nu dus 4500 jaar later na de bouw.















De boot is 43.3 meter lang, 5,6 meter breed en heeft een diepgang van 1,5 meter. Het vaartuig is geheel zonder metalen delen vervaardigd. Alles werd verbonden met houten pinnen en touwen.
Het koninklijke vaartuig werd gebouwd uit Libanees cederhout en was alleen geschikt voor de riviervaart. Op het dek van het schipwaren twee hutten gebouwd. een in het midden met een lengte van 9 meter een een kleine op de voorsteven.
De voortstuwing vond plaats met tien lange roeiriemen en het sturen door twee grote stuurpeddels op de achtersteven. Er zijn geen sporen gevonden voor de plaatsing van een zeilmast.
Vlak bij deze eerste geopende put ligt nog een put en met behulp van een microsonde via een boorgat heeft men bevestiging gekregen dat daar ook nog een zonneboot in ligt.
De zonneboot is tentoongesteld in een speciale klimaat beheerste ruimte van een museum naast de piramide van Cheops.