dinsdag 22 mei 2012

KAPOK.



                            KAPOK WAT IS DAT?

Zo werd mij de vraag gesteld; "Wat is dat voor een vreemde noot met die pluisjes in de vitrinekast"? Het gaat hier om de kapoknoot.

Het zal veel mensen niet zoveel meer zeggen, maar het was vroeger een opvulmiddel voor kussens, matrassen en zwemvesten.









Kapok, vruchtpluis afkomstig van de kapok- of de Randoeboom. Deze boom kwam vroeger het meeste voor op het eiland Java maar groeit ook op Bali. Opvallend aan deze boom is dat dat de takken bijna haaks op de stam staan.



De vruchten van deze boom worden pas voor het eerst geoogst als de boom vijf jaar oud is. Het zijn lange pegelvormige vruchten waaruit de kapokpluis steekt als de vruchtbast bruin is. Een kapokboom kan ruim 70 meter hoog worden en heeft dan aan het begin een enorm brede stam.
De lange bruine doosvruchten vruchten worden op droogvloeren gedroogd. De zaden worden machinaal van de pluis gescheiden, waarna er pluisbolletjes ontstaan. Deze kapok vezels kunnen niet gesponnen worden. Van de zaden wordt in Indonesië spijsolie geperst voor gebruik in de keuken en voor de productie van zeep.
Kussens en matrassen gevuld met kapok voelen hard aan en moeten regelmatig goed opgeschud worden. De zwemvesten die er toen mee werden gevuld waren zwaar om te dragen. Door de opkomst van moderne opvulmiddelen raakte de kapokindustrie in een vergeet hoekje.
Door modernere machinale behandeling is de kapokpluis weer in beeld gekomen voor opvulling van hoofdkussens. Het product trekt geen schimmels en insecten aan.



vrijdag 11 mei 2012

OUDEWATER. (provincie Utrecht)



OUDEWATER IN UTRECHT.


Daar waar de Lange Linschoten samen stroomt met de Hollandse IJssel ligt sinds het jaar 1100 het plaatsje Oudewater gevestigd in een meanderbocht van deze twee stromen. Dit gebied staat nu bekend als het 'Groene Hart'.

Oudewater ook wel het 'Heksenstadje' genoemd heeft een oud centrum, wat nu beschermd stadgezicht is. Een stadje met grachtjes en oude gevels met gevelstenen.



Aan de rand van het stadje staat de Sint Michaelskerk met zijn plompe robuste toren die al van ver te zien is.






Het is een gotische hallenkerk die in de 15e eeuw tot stand kwam uit de reeds bestaande kruiskerk welke in de 13e eeuw een romaanse voorganger verving. De toren van rond de 14e eeuw, ook wel de Stadstoren, heeft een gewelfd zadeldak en staat haaks op de kerk. Het is voor deze streek een ongewoon type. De toren had als 'Stadstoren' een verdedigende functie.





Oudewater staat van oudsher bekend om zijn hennepteeld en de daaruit voortkomende touwslagerijen. Het stadje heeft een touwmuseum.







Het is een stadje met een veel bewogen geschiedenis en een heksenwaag. In deze heksenwaag werden vrouwen die van hekserij waren beschuldigd gewogen. Werden ze te licht bevonden dan volgde hierop vaak een pijnlijke dood. Het was Karel V die het stadje in 1545 het privilege verleende om voor iemand een certificaat uit te schrijven dat haar voor altijd vrijpleite van hekserij.


In 1575 vermoorde Spaanse soldaten genadeloos de gehele bevolking van het stadje omdat het zich achter de stadhouder Willem van Oranje schaarde. Dit gebeuren wordt ieder jaar op de eerste zondag na 7 augustus nog herdacht.










Het oude kleine raadhuis is een plaatje om te zien. Het is een uit bakstenen opgetrokken gebouw met natuurstenen banden en heeft een trapgevel. Midden op de gevel boven de stadswapens van Delft, Oudewater en Alkmaar staat een afbeelding van Vrouwe Justitia. Het raadhuis werd in 1588 gebouwd en werd in 1887 grotendeels vernieuwd. Op het dak staat een koepeltje met een luidklok gemaakt door Pierre Hemony uit 1699.
















Wandel met deze diashow mee door Oudewater.








zaterdag 5 mei 2012

KAAP DE GOEDE HOOP & WISSELEN VAN DE WACHT. (DEEL 4 - 5)

                              KAAP DE GOEDE HOOP 

                 EN HET WISSELEN VAN DE WACHT. (4)

KAAPSTAD.

Na een veilige vlucht naar de wal werden we door de agent van onze maatschappij naar een klein maar goed hotel gebracht. We zouden twee dagen in Kaapstad moeten verblijven eer we naar Nederland zouden vliegen. Onze scheepsagent zie lachend verbaas je nergens over in dit hotel. Dus we dachten waar zijn we in terecht gekomen!

Het was een klein hotel, kamers netjes en schoon, maar met een een uitstekende keuken en goede menukaart. Maar wat ons opviel dat er overal foto's hingen van het walvisfabriekschip de 'Willem Barentz'.





Na ons geïnstalleerd te hebben op onze eigen kamer werd het tijd om de inwendige mens te gaan versterken in het kleine hotel restaurant. Het was moeilijk kiezen uit de menukaart en zo werd ons de Struisvogelbiefstuk aanbevolen opgediend met gebakken aardappeltjes een verse groenten. Laat maar komen en we bestelden er een goede fles Kaapse witte wijn bij. het was waarlijk aan gerecht om je vingers bij af te likken. Zo verscheen dan de chefkok aan onze tafel met de vraag of het gesmaakt had, hij was tevens de eigenaar van het hotel. Hij beval ons een aperitief aan van het huis, een een likeur Van der Hum, op zijn rekening en zo raakten we in gesprek. Onze vraag was waarom er overal foto's hingen van de Willem Barentz en toen kwam de aap uit de mouw. Hij had vroeger in de gouden tijd van dit schip er als chefkok op gewerkt en was uiteindelijk in Kaapstad blijven hangen. Zo ging het gesprek verder en was zijn vraag wat we dachten te doen in de tijd dat we daar waren. Helaas was het prachtige weer dat we hadden bij vertrek van het schip omgeslagen en zag er allemaal donker uit.


Een uitstapje naar de Tafelberg konden we vergeten daar deze schuil ging in de dikke regenwolken. Zo stelde de eigenaar ons voor om naar het Nationaal Park Cape Point te gaan omdat daar het weer vaak opklaarde. Zo zorgde hij ervoor dat we auto met chauffeur tot onze beschikking kregen voor de volgende dag. 




                  NATUURTUIN KAAP DE GOEDE HOOP 

                                 EN CAPE POINT. (5)




Onze chauffeur (een mengeling van alle kolonisten rassen van de Kaap), was een gezellige prater en vertelde ons in de Zuid-Afrikaans over het natuurpark en haar bewoners en platen.
De hoofdbewoners zijn de Baboon apen, de Emu's (een struisvogel soort), de zebra, de spring- en bontebok en daarbij de nodige zeevogel soorten.






Verder groeiden er veel verschillende soorten van de Protea, die hier de bijnaam "suikerbossie" heeft.
Natuurlijk afhankelijk van het seizoen nog veel meer soorten bloeiende planten.
Op onze vraag, waarom de Protea hier deze bijnaam heeft, begon hij uit volle borst het volgende liedje te zijgen:


                               SUIKERBOSSIE, 'K WIL JOU HÊ,

                             SUIKERBOSSIE, 'K ZAL JE KRIJG,

                              SUIKERBOSSIE, 'K WIL JOU HÊ.

                        WAT SAL JOU MAMMA DAARVAN SÊ?  

Alleen was het Suikerbossie niet de bloem van de Protea, maar een troetelnaam voor een meisje. 
De naam Suikerbossie komt van het feit dat de bloemen sappen afscheiden die naar suiker smaken.

Zo wandelden we naar Cape Point en konden een blik op de diep onder ons gelegen Atlantische Oceaan werpen.
Het leek mij geen pretje om daar met een schip aan de grond te lopen.

Zo genoten we ondanks de bewolking en de harde wind van het uitzicht op- en van Kaap de Goede Hoop.
We hadden een fraai uitzicht op de Valse Baai, waar vroeger veel schepen zijn vergaan.






     Op verschillende plaatsen stond in het Engels en Zuid-Afrikaans het volgende verzoek:

      TAKE NOTHING BUT PHOTOGRAPHS - LEAVE NOTHING AS FOODPRINTS.

     NEEM NIKS BEHALVE FOTO'S NIE - LAAT NIKS BEHALVE VOETSPORE NIE.

Op de terugweg naar Kaapstad bezochten we nog enkele baaien, zoals de Houtbaai. Deze baai dankt haar naam aan het feit dat de zeestroming hier alleen hout op het strand achterlaat.



Het was een interessante dag geweest en zeer de moeite waard. 
Terug gekomen in ons hotel lag daar het bericht voor ons, dat we de volgende dag naar Pretoria zouden vliegen en vandaar doorvliegen naar Schiphol Amsterdam.

Het werd deze avond afscheid nemen van onze gastvrije chefkok-eigenaar die ons een heerlijk afscheid-diner voorzette.
Wij bedankten hem voor de goede tips en zorgen en kregen ieder tot onze verbazing een kleine fles Van der Hum liqueur als geschenk.

Kaap de Goede Hoop zouden we beiden in toekomstige tijden vaker vanuit zee aan boord van een schip kunnen bekijken.























KAAP DE GOEDE HOOP & WISSELEN VAN DE WACHT. (DEEL 3)



                           KAAP DE GOEDE HOOP 

            EN HET WISSELEN VAN DE WACHT. (3)


AFLOSSEN TE ......?


Het was een contract aan boord van het stoomturbineschip de VLCC de Lepton, 318.00 brt en gebouwd op de scheepswerf van Verolme op de Botlek Rotterdam. Een contract waarbij geen haven werd aangedaan, maar er werd geladen aan een 'sea-island terminal' of aan een boeimering en ook het lossen aan een boeimering. Land kon je alleen ruiken of aan de horizon zien liggen.




Dan zijn er orders laden in de Arabische Golf voor Europa. Na Kaapstad te hebben aangedaan voor bevoorrading etc. kwamen de aflostelegrammen binnen. Een gedeelte van de opvarenden zou na het lossen te Port Antifer in Frankrijk worden afgelost en een ander gedeelte te Europoort Rotterdam. Bergrijpelijk keek ieder naar de dag uit dat hij met verlof zou gaan.
Helaas was het voor mij en nog een collega even afzien toen het bericht kwam dat door omstandigheden onze aflossing niet door kon gaan. We zaten al ruim vier en een halve maand aan boord. We moesten dus mee terug en er zou getracht worden om ons te Kaapstad af te lossen.



Maar uiteindelijk kwam enige dagen voor we de kaap zouden passeren het verlossende telegram.

Aflossing te Kaapstad per helicopter en met de KLM naar Schiphol Amsterdam vliegen.

Deze enorme tankers bleven bij een dergelijke operatie op volle zee en van Zuid-Afrika zag je alleen in de verte de kustlijn als het weer helder was. Op het tankdek was een speciale cirkel aangebracht waar de helicopter zijn lading kon laten zaken via hun kraan en als het vrij gemaakt was zou kunnen landen als er gewacht moest worden. Bij een dergelijke operatie stond de brandpreventie hoog in het vaandel. Brandblusleidingen stonden onder druk en person eel in hittebestendige kleding stond klaar met andere blus apparatuur. Al de ladingtanks waren volledig inert, dwz dat deze gasvrij waren en gevuld met gewassen uitlaatgassen uit de stoomketelinstallatie. Zou het schip geladen zijn dan stond dit inertgas boven de lading zodat er geen lading gassen uit de tanks konden komen.

Nadat de de helikopter zijn ladingnetten op het dek van het schip had gezet en deze waren verwijderd zette hij zijn kist netjes op het dek neer om de passagiers uit te laten stappen. Nadat wij eerst onze overdracht rapporten aan onze aflossers hadden overhandigd en onze reisbescheiden in ontvangst hadden genomen van de gezagvoerder konden we aan boord van de helikopter stappen.





Deze ' vliegende slagroomkloppers' maken zoal een enorm kabaal, maar als je er in zit is het nog erger en moet je gehoorbescherming op hebben en alles trilt en rammelt. Het was prachtig rustig weer en de piloot maakte ter afscheid nog een fraai rondje om het schip en begon aan de vlucht naar de wal.



Na mijn verlof zou ik nog één keer een contract aan boord van dit schip maken. Een schip met een vol geautomatiseerde machinekamer en bridgecontrol, zeer ruime en goed aangeklede accommodatie, sportzaal en zwembad.







KAAP DE GOEDE HOOP & WISSELEN VAN DE WACHT. (DEEL 2)



                              KAAP DE GOEDE HOOP 

                EN HET WISSELEN VAN DE WACHT (2).


VERLEDEN EN HEDEN.






De ontwikkeling in de scheepsbouw stond uiteraard niet stil en zo maakten de houten zeilschepen plaats voor schepen met een stalen romp.



















Maar het was de uitvinding van de stoommachine die een revolutie opgang bracht en zo werden er eerst schepen gebouwd met een stoommachine voor de voorTstuwing en zelfs nog uitgerust met enige masten met zeilen. Later werden ze voortgestuwd door motoren of turbine installaties.




Maar aan de drukken vaart om de kaap kwam een einde door de aanleg van het Suezkanaal wat in 1869 gereed kwam. De vaart naar de 'Oost' werd aanzienlijk korter. Maar ook het Suezkanaal had zijn beperkingen aangaande de diepgang en de tonnage van de doorvarende schepen. Daarbij was het vaak gesloten door politieke geschillen om de macht erover en de onderlinge oorlogen van de er aan grenzende landen.

De revolutie in scheepsbouw stond ook niet stil en zeker niet aangaande de tonnage van tankers voor het vervoer van ruwe aardolie uit de toenmalige Perzische Golf, nu de Arabische Golf, en de containerschepen.

De vaart om de Kaap kwam weer tot leven. Het was een zeer lange zeeroute die tonnen brandstof kosten voor het vervoer van de lading. Zo werden de LCC's ( Large Crudeoil Carriers) vervangen door de VLCC's ( Very Large Crudeoil Carriers) en deze weer door UVLCC's ( Ultra Very Large Crudeoil Carriers). Schepen van 300.000 tot 450.000 brt.


Deze schepen maakten de reis niet op volle kracht maar op economische snelheid om brandstof te besparen. Volle kracht varen betekende een verbruik van 120 tot 180 ton brandstof per dag en wat je niet aan tonnage aan brandstof moest bunkeren kon je weer als lading in de tanks meenemen.

Zo duurde een reis vanuit de Arabische Golf naar Europa ruim een maand.

Kaapstad werd zo weer het verversingsstation. Verse proviand, post en reserve onderdelen werden per helikopter van de wal naar het schip gevlogen en ook het wisselen van personeel werd mogelijk. Scheepspost ging mee terug naar de wal voor het thuisfront. Tijdens zo'n helikopter operatie werd er gewoon doorgevaren.


Ook aan deze vaart kwam weer een einde. Het Suezkanaal werd verbreed en uitgediept. Het werd ondanks dat het van Egypte is, internationaal vaarwater. Maar het was vooral de aanleg van een netwerk van oliepijpleidingen die de tankvaart deed inkrimpen van De Arabische Golf naar Europa.



KAAP DE GOEDE HOOP & WISSELEN VAN DE WACHT. (DEEL 1)

                             KAAP DE GOEDE HOOP 

                   EN WISSELEN VAN DE WACHT (1).


Het is een veel voorkomende foutieve veronderstelling dat Kaap de Goede Hoop het zuidelijkste punt van het werelddeel Afrika is. Daar het vroeger aan goede zeekaarten ontbrak aan boord van de zeilschepen maakten zij ook vaak deze navigatie fout met alle gevolgen van dien.




Komende vanuit de Indische Oceaan passeerden zij het het zuidelijkste punt van Afrika, Kaap Agulhas. Vooral in het winterseizoen was dit een gevaarlijke onderneming. Als eerste komen hier de stromingen van de Indische Oceaan en de Atlantische Oceaan samen wat een hoge zeegang tot gevolg heeft. De winterse stormen konden in dit gebied golven creëren van meer dan 25 meter hoogte. Was het dan gelukt om deze kaap te passeren, dan werd vaak de fout gemaakt om er van uit te gaan dat Kaapstad spoedig in zicht zou komen. Zo voeren veel schepen de verkeerde baai binnen en leden daar schipbreuk. De naam Valsbaai zegt dan ook meer dan genoeg. Ook vanuit de Atlantische Oceaan komende werd deze navigatie fout vaak gemaakt.
De naam Agulhas komt van het Portugees voor "naald". Dit vanwege de scherpe rotsen en kliffen die bij deze kaap liggen. Vanaf Kaap Agulhas was het nog ruim 100 zeemijlen ( één zeemijl is 1648 meter.) varen eer men Kaap de Goede Hoop kon passeren en men uiteindelijk de Tafelbaai bij Kaapstad kon bereiken.



( Een NASA foto van Kaap de Goede Hoop met Cape Point en de Valse Baai. Linksonder het bekende Robbeneiland in de Tafelbaai voor Kaapstad.)


KAAP DE GOEDE HOOP.

De eerste zeevaarder die deze kaap passeerde op zoek naar een route overzee naar de "Oost" was de Portugees Bartolomeuz Diaz in 1488. Hij gaf deze kaap de naam Cabo das Tormentas, Kaap der Stormen.

Het was koning Johan II van Portugal die de naam liet veranderen in Cabo de Bõa Esperança, Kaap van de Goede Hoop, daar door de ontdekking ervan de zeeroute naar de "Oost" mogelijk werd.

Door de steeds drukker wordende vaart vanuit Europa op de "Oost"werd de Tafelbaai vaak aangedaan om vers water en eten in te nemen. Ook de schepen van de VOC die snel de Portugese route hadden ontdekt maakten hier gebruik van. Zo ging in 1652 in opdracht van de 'Heren van de VOC', schipper Jan van Riebeeck hier aan land met zijn bemanning en stichtte er een verversingsstation. Er werd een nederzetting gebouwd met een klein ziekenhuis en een scheepsreparatiewerf. Meegebrachte planten en zaden werden in aangelegde tuinen gepoot en zorgden voor verse groente en fruit. Zo kwam dan ook de druif in Zuid-Afrika terecht. Met de lokale bevolking de Khoi-khoi oftewel de Hottentotten werd handel gedreven voor het verkrijgen van vee voor melk en vlees.

In de latere jaren breidde de VOC de nederzetting uit met de bouw van een kasteel en werd het een vestigingskolonie. Door de komst van kolonisten uit Nederland, Duitsland en Frankrijk, slaven, bannelingen, fortuinjagers en niet VOC medewerkers groeide het aantal inwoners en zo ontstond de stad Kaapstad aan de Tafelbaai, genoemd naar de afgeplatte bergtop van de Tafelberg.

In 1795, na de 'Kafferoorlog' en de Britten de 'Slag om Muizenberg' wonnen kwam dit gebied onder hun beheer.

Op zijn Zuid-Afrikaans spreekt men van: Kaap die Goeie Hoop en in het Engels: Cape of Good Hope. Het zuidelijkste punt van deze kaap heet Cape Point.