HET SCHEEPSTYPE PINAS EN/OF JACHT.
Beide scheepstypen waren in dienst van de VOC en worden vaak met elkaar verward. Een duidelijk onderscheid is, dat het jacht zwaarden heeft aan de zijden van het schip.
De Pinas is een middelgroot spiegelschip uit het einde van de 16e - en 17e eeuw. Het werd gebruikt als handelsschip, maar ook als oorlogsschip. De naam is vermoedelijk afgeleid van het Latijnse pinus (pijnboom).
Het is een snel varend schip dat weinig verschil toonde met het Jacht, maar langer en breder was.
De pinas had een vrij hoge boeg en twee dekken. Het onderste dek, de overloop, liep ononderbroken door over de gehele lengte van het schip. Het bovenste dek, verdek, was verdeeld in een iets verlaagde bak met een verhoogd bakdek, dat doorliep tot het schot van de stuurplecht, waarachter het verdek weer iets lager was. Voor de grote mast bevond zich een groot lading luik.
Het schip was voorzien met 18 kanonnen voor bewapening. Bemanning tussen 60 en 75 koppen.
De tuigage was een driemastfregattuig met ondermars- en bramzeilen aan de fokke- en de grote mast. Op de grotere schepen ook een kruiszeil aan de bezaansmast in plaats van het latijnzeil.
De afmetingen van de kleine pinassen varieert tussen; lengte 35,35 tot 45,70 meter, breedte 7,6 tot 11,6 meter. Het draagvermogen 160 tot 200 ton.
Zeilpinassen vergezelden soms op eigen kracht grotere schepen.
( Een tekening van een 'Jacht', waaraan duidelijk het zwaard is te zien aan zijkant van het schip.)
Een fraai voorbeeld van een pinas is de replica van het zeilschip 'Het Duyfken' welk werd gebouwd in Australiƫ vanwege het feit dat de opvarenden in feite Australiƫ ontdekten. Het schip ligt in de haven van Fremantle.
De pinas had een vrij hoge boeg en twee dekken. Het onderste dek, de overloop, liep ononderbroken door over de gehele lengte van het schip. Het bovenste dek, verdek, was verdeeld in een iets verlaagde bak met een verhoogd bakdek, dat doorliep tot het schot van de stuurplecht, waarachter het verdek weer iets lager was. Voor de grote mast bevond zich een groot lading luik.
Het schip was voorzien met 18 kanonnen voor bewapening. Bemanning tussen 60 en 75 koppen.
De tuigage was een driemastfregattuig met ondermars- en bramzeilen aan de fokke- en de grote mast. Op de grotere schepen ook een kruiszeil aan de bezaansmast in plaats van het latijnzeil.
De afmetingen van de kleine pinassen varieert tussen; lengte 35,35 tot 45,70 meter, breedte 7,6 tot 11,6 meter. Het draagvermogen 160 tot 200 ton.
Zeilpinassen vergezelden soms op eigen kracht grotere schepen.
( Een tekening van een 'Jacht', waaraan duidelijk het zwaard is te zien aan zijkant van het schip.)
Een fraai voorbeeld van een pinas is de replica van het zeilschip 'Het Duyfken' welk werd gebouwd in Australiƫ vanwege het feit dat de opvarenden in feite Australiƫ ontdekten. Het schip ligt in de haven van Fremantle.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten