EEN VRUCHT UIT AZIË,
EN IN EUROPA VERKRIJGBAAR
ROND DE KERSTDAGEN.
STERFRUIT.
Eens ontdekt door reizigers uit de West naar Azië, waarna de vrucht bekend werd onder de Spaanse naam Carambola.
De Latijnse naam is Averrhoa carambloa, in het Indonesisch belingbing manis en in het Balinees belimbing. In Europa staat de vrucht meer bekend onder de naam starfruit of sterfruit.
De vrucht groeit aan een boom met een korte stam, tot 12 meter hoogte, uitgebreide takken, die in de droge periode hun blad verliezen.
De bladeren hebben een lengte van 20 centimeter, zijn afwisselend geplaatst en oneven geveerd.
De zeven tot elf, tot 8 tot 3,7 centimeter grote, blaadjes zijn gaafrandig, ovaal, glanzend en glad, en aan de boven- en onderzijde dof
De paarsrode tot violette bloemen staan in vertakte trossen in de bladoksels en groeien vaak in bundels aan de takken.
De rijpe vruchten zijn groenig tot donkergeel van kleur, met een grote van negen tot vijftien centimeter.
Het is een ovale vrucht en heeft vijf of zes scherpe, hoekige ribben; een dwarsdoorsnede van de vrucht lijkt op een ster.
De schil is glad en wasachtig en wordt met de dunne schil gegeten. Het vruchtvlees is stevig en sappig en lichtgeel tot donkergeel van kleur.
Over het algemeen zijn de vruchten pitloos, maar kunnen soms 12 millimeter grote zaden bevatten.
De smaak is zuur tot zoetzuur, en wordt veel verwerkt in een mix van fruitsappen.
Op Bali wordt het sap gebruikt voor het verwijderen van vlekken uit kleding, of als een middel tegen een kater.
Door het bevatten van kaliumoxalate, wordt het sap gebruik voor het reinigen van de Balinese kris of andere rituele steekwapens.
In Nederland zijn de vruchten met name rond de Kerstdagen in de supermarkten te verkrijgen, maar is in principe in het hele jaar leverbaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten