SRI LANKA RONDREIS.
AZIATISCHE OLIFANT.
De Aziatische olifant kreeg de wetenschappelijke naam in 1758 van Elephas maximus.
De Aziatische olifant kan in het wild een leeftijd bereiken van gemiddeld 60 jaar.
Het mag dan verre familie van elkaar zijn, toch zijn er duidelijke verschillen tussen de Aziatische- en de Afrikaanse olifant.
Links op de afbeelding (1) de kop Aziatische olifant er (2) de kop van de Afrikaanse olifant.
De Aziatische olifant is veel kleiner dan zijn Afrikaanse soortgenoot, zijn schouderhoogte ligt ongeveer tussen de 2 en 3,5 meter en het gewicht tussen de 3000 en 5000 kilo.
Een ander duidelijk verschil zijn de oren die veel kleiner zijn en naar beneden wijzen en meer tegen de kop liggen. Een van de redenen is dat de Aziatische olifant in meer dicht bosrijk gebied woont en zo zijn oren niet beschadigd.
tevens verliest de Aziatische olifant zijn warme niet door met zijn oren te flapperen zoals zijn Afrikaanse soortgenoot, maar gebruikt hier zijn slurf voor, wat de Afrikaanse niet doet.
ook heeft de Aziatische olifant pigment vlekken op zijn oren.
Een mannetje wordt stier of bul genoemd, het vrouwtje koe of vaars en het jong is een kalf.
Bij de Aziatische olifanten heeft alleen het mannetje slagtanden.
De slurf van de Aziatische olifant (links) heeft aan het einde een vinger aan de bovenkant.
Zijn Afrikaanse soortgenoot (rechts) heeft boven en onder aan het einde van de slurf een vinger.
Verder verschillen de vorm van de kiezen. (linksonder)
tevens verliest de Aziatische olifant zijn warme niet door met zijn oren te flapperen zoals zijn Afrikaanse soortgenoot, maar gebruikt hier zijn slurf voor, wat de Afrikaanse niet doet.
ook heeft de Aziatische olifant pigment vlekken op zijn oren.
Een mannetje wordt stier of bul genoemd, het vrouwtje koe of vaars en het jong is een kalf.
Bij de Aziatische olifanten heeft alleen het mannetje slagtanden.
De slurf van de Aziatische olifant (links) heeft aan het einde een vinger aan de bovenkant.
Zijn Afrikaanse soortgenoot (rechts) heeft boven en onder aan het einde van de slurf een vinger.
Verder verschillen de vorm van de kiezen. (linksonder)
Buiten de kiezen verschillen ook het aantal nagels aan de poten van deze olifanten.
De Aziatische olifant heeft aan zijn voorpoot vijf nagels en aan zijn achterpoot vier nagels (rechts).
De Afrikaanse olifant heeft aan zijn voorpoot Vier nagels en aan zijn achterpoot drie.
De Aziatische olifant wordt onderscheiden in vier soorten: Ceylon-olifant of Sri Lankaanse olifant (Elephas maximus maximus); de Indische olifant (Elephas maximus indicus); de Sumatraanse olifant (Elephas maximus sumatresis en de Borneo olifant (Elephas maximus borneensis).
De Ceylon olifant is de ondersoort van Aziatische olifant en leeft op Sri Lanka. Ze zijn donkerder van kleur en het zwaarst. Hij valt op omdat vaak slagtanden bij de bullen ontbreken.
De Aziatische olifant eet gemiddeld per dag 150 kilogram plantaardig voedsel, drinkt 80 tot 160 liter water en is zodoende daar 18 uur van de dag mee bezig. Daarbij produceren zij 100 kilo mest per dag, waarin zich nog veel onverteerde etensresten bevinden.
Een vrouwtjes olifant is in het wild pas na 8 jaar vruchtbaar en een mannetjes olifant pas later.
Bovendien zorgt de rangorde ervoor dat een jonge stier nog niet in staat is om te paren. Pas bij het veroveren van een hoge rang mag hij paren en dat is ongeveer met de leeftijd van 25 jaar. De draagtijd van het vrouwtje bedraagt 22 tot 23 maanden en een geboren jong heeft een gewicht van 80 tot 115 kilogram.
Bij de vrouwtjes bevinden zich de tepels tussen de voorpoten. Het jong zwaait de slurf opzij en zet zijn mond om te tepel van de moeder, net zoals de andere zoogdieren drinken.
Een olifant kan twee jongen tegelijk zogen. Jonge olifanten kunnen ook bij andere vrouwtjes drinken die melk geven.
Na de geboorte kan het jong al meteen lopen en gaat na twee dagen met de kudde mee. Hij blijft in het begin dicht bij de moeder.
Binnen een groep olifanten lopen de vrouwtjes aan de buitenkant om de kleintjes in het midden te beschermen tegen hun natuurlijke vijanden, de hitte en de zon. Verlaten de vrouwtjes de kudde om voedsel te zoeken, dan blijven de jongen achter bij een "oppasolifant".
(Kijk jongens zo doe je het als je later groot en oud genoeg bent.)
De Aziatische olifant heeft aan zijn voorpoot vijf nagels en aan zijn achterpoot vier nagels (rechts).
De Afrikaanse olifant heeft aan zijn voorpoot Vier nagels en aan zijn achterpoot drie.
De Aziatische olifant wordt onderscheiden in vier soorten: Ceylon-olifant of Sri Lankaanse olifant (Elephas maximus maximus); de Indische olifant (Elephas maximus indicus); de Sumatraanse olifant (Elephas maximus sumatresis en de Borneo olifant (Elephas maximus borneensis).
De Ceylon olifant is de ondersoort van Aziatische olifant en leeft op Sri Lanka. Ze zijn donkerder van kleur en het zwaarst. Hij valt op omdat vaak slagtanden bij de bullen ontbreken.
De Aziatische olifant eet gemiddeld per dag 150 kilogram plantaardig voedsel, drinkt 80 tot 160 liter water en is zodoende daar 18 uur van de dag mee bezig. Daarbij produceren zij 100 kilo mest per dag, waarin zich nog veel onverteerde etensresten bevinden.
Een vrouwtjes olifant is in het wild pas na 8 jaar vruchtbaar en een mannetjes olifant pas later.
Bovendien zorgt de rangorde ervoor dat een jonge stier nog niet in staat is om te paren. Pas bij het veroveren van een hoge rang mag hij paren en dat is ongeveer met de leeftijd van 25 jaar. De draagtijd van het vrouwtje bedraagt 22 tot 23 maanden en een geboren jong heeft een gewicht van 80 tot 115 kilogram.
Bij de vrouwtjes bevinden zich de tepels tussen de voorpoten. Het jong zwaait de slurf opzij en zet zijn mond om te tepel van de moeder, net zoals de andere zoogdieren drinken.
Een olifant kan twee jongen tegelijk zogen. Jonge olifanten kunnen ook bij andere vrouwtjes drinken die melk geven.
Na de geboorte kan het jong al meteen lopen en gaat na twee dagen met de kudde mee. Hij blijft in het begin dicht bij de moeder.
Binnen een groep olifanten lopen de vrouwtjes aan de buitenkant om de kleintjes in het midden te beschermen tegen hun natuurlijke vijanden, de hitte en de zon. Verlaten de vrouwtjes de kudde om voedsel te zoeken, dan blijven de jongen achter bij een "oppasolifant".
(Kijk jongens zo doe je het als je later groot en oud genoeg bent.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten