KAIWO MARU I en II. (ZEILSCHEPEN JAPAN)

         OPLEIDINGSSCHEPEN 

                          VAN DE 

    KEIZERLIJKE JAPANSE MARINE.

KAIWO MARU I.

De Kaiwu Maru I is een voormalig Japanse marine opleidingsbark.

Het schip werd gebouwd door Kawasaki Shipbuilding Corporation in Kobe en werd op 27 januari 1930 te water gelaten naast haar zusterschip Nippon Maru.

Het schip heeft een lengte van 97 meter, breedte van 12,95 meter en een diepgang van 6,9 meter. Ze heeft een bruto tonnage van 2.286 ton.

Ze is opgetuigd als een vier-mast bark, met 32 zeilen met een totaal oppervlakte van 2.397 m².

Het schip heeft een hulpvoortstuwing van twee 600-pk dieselmotoren.

Ze werd geëxploiteerd door het Tokio Institute for Maritime Training om officieren op te leiden voor de Japanse koopvaardij.

Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog werd haat zeilplatform verwijderd en diende ze als training en naoorlogs transportmotorschip.

In 1955 werd haar tuig opnieuw geïnstalleerd en hervatte ze haar trainingsreizen totdat ze in 1989 werd vervangen door haar opvolger, de Kaiwo Maru II. Het schip is nu een museumschip in Imizu , Toyama. Tijdens haar carrière als opleidingsschip had ze een bemanning van 27 officieren, 48 vaste bemanningsleden en 120 cadetten.

KAIWO MARU II.

De Kaiwo Maru II ie een Japans trainingsschip met vier masten en werd gebouwd in opdracht van de Japanse regering, ter vervanging van de Kaiwo Maru I uit 1930.

het schip heeft een lengte van 110.09 meter, breedte 13,8 meter en een diepgang van 10,7 meter en is daarmee het grootste zeilende opleidingsschip van de wereld. Ze heeft een tonnage van 2.556 bruto ton.

Op 8 juli 1988 werd haar kiel gelegd  bij Sumitomo Heavy Industries, Uraga, in de buurt van Yokohama. Op 7 maart 1989 werd het schip te water gelaten en kwam op 12 september 1989 in de vaart.

Het schip heeft een zeiloppervlak van 2.760 m² met als hulpvoortstuwing twee dieselmotoren.

Ze heeft een snelheid van 13 knopen.


(Dai Nippon Teikoku Kaigun - Keizerlijke Japanse Marine.)

TYPHOON TOKAGE.

Op 20 oktober 2004 gedurende de orkaan Tokage, ging de Kaiwo Maru II bijna verloren.

De gezagvoerder schuilde buiten de haven van Fushiki in de baai van Toyama, Japan. In het geweld van de orkaan begon haar anker de slepen en werd het schip tegen een golfbreker geslagen  en liep daarbij ernstige schade op.

Men trachtte de bemanning met helikopters te evacueren, maar deze konden in de storm geen lijnen laten zakken. Redders van onder andere het Rode kruis wisten touwen tussen het schip en de golfbreker aan te brengen, waardoor de bemanning daarlangs in veiligheid kon klimmen. 

Haar bemanning van 167, voornamelijk jonge cadetten werden in veiligheid gebracht. Er waren  dertig gewonden waarvan enkelen met botbreuken. Haar gezagvoerder nam de aansprakelijkheid op van het ongeval. Een maand  later werd het schip gelicht door een drijvende kraan en naar de scheepswerf van Uraga gebracht. Na grote reparaties zeilde het schip in januari 2006 weer uit.

                (De twee zusterschepen Kaiwo Maru II uit 1988 en de Nippon Maru uit 1984.)

De Kaiwo Maru neemt regelmatig deel aan internationale tall ship-bijeenkomsten zoals Opration Sail en is meervoudig winnaar van de Boston Teapot Trophy.

In 2010 bezocht het schip San Francisco, om de eerste reis van de Karin Maru in 1860 te herdenken, als zijn de het eerste Japanse schip dat officieel de Verenigde Staten van Amerika bezocht.

In maart 2011 was het schip onderweg van Japan naar Honolulu toen een aardbeving en tsunami Japan troffen. het schip werd omgeleid naar Okuma, Fukushima waar ze diende als huisvesting voor de werknemers die de nucleaire crisis in de kerncentrale Fukushima I aanpakten.