zaterdag 4 januari 2020

GLENLEE. (ZEILSCHIP)


      EEN ZEILSCHIP MET EEN 

   GESCHIEDENIS ONDER DRIE 

               VERSCHILLENDE 

                NATIE VLAGGEN.

GLENLEE.

De Glenlee is een zeilschip met een stalen romp en werd in 1896 gebouwd door Anderson Rodger and Company op hun Bay Shipyard in Port Glasgow voor de Glan Line van de scheepvaartmaatschappij Archibald Sterling and Co. Ltd. in Glasgow. Het schip  heeft een romplengte van 74,8 meter, breedte van 11,4 meter en een diepte van 6,9 meter. De totale lengte over alles is 86 meter.






(Maatschappijvlag Glen-Line.)



Op 13 december 1896, maakte het schip haar eerste reis in ballast naar Liverpool en vandaar met stukgoed naar Portland, Oregon.
Gedurende 23 jaar vervoerde zij vracht  via Kaap de Goede Hoop naar Australië en terug via Kaap Hoorn.
Eerst in eigendom van Archibald Sterling and Co, Glasgow tot 1898, vervolgens onder de naam Islamount van de Islamount Sialing Ship Co Ltd, Dundee tot 1905 en tenslotte met Flint Shipping Co Ltd, Liverpool tot 1919.
Het schip voerde in deze periodes de Britse handelsvlag.



In 1919 werd de Islamount omgedoopt tot Clarastella toen ze van eigenaar veranderde de Italiaanse scheepvaartmaatschappij Star, de haar in Genua registreerde.
De nieuwe eigenaar liet haar repareren en uitrusten met twee hulpdieselmotoren. Het schip bleef er tot 1922 in dienst.

In 1922 kwam het schip in handen van de Officiële Militaire Marineschool van Spanje onder de nieuwe naam Galatea om te gebruiken als zeiltrainingsschip. Gedurende deze periode onderging het schip veel veranderingen aan haar romp en opbouw.

(Glenlee als de Galatea.)

Een vliegende brug werd geïnstalleerd op het achterdek, een vliegende jibboom werd bevestigd aan de boegspriet en een accommodatie voor 300 cadetten.
In april werd ze onderdeel van de Spaanse Republikeinse Marine. Ten tijde van de staatsgreep van juli 1936 was ze op zee en bereikte Ferrol, een haven die was ingenomen door de nationalistische factie. 
Na meer dan 47 jaar dienst als zeil en later als een stationair opleidingsschip werd ze opgelegd in A Graña, Ferrol, haar Spaanse haven van registratie. In 1981 werd de stalen huid van het schip nog opgelapt en werd ze naar Sevilla gesleept om als een museumschip te gaan dienen. Ze raakte in vergetelheid en raakte in zo'n slechte staat dat werd besloten haar te slopen.


(Het schip in verwaarloosde toestand te Sevilla.)

In 1990 werd het schip gered van de sloop door een Britse marine-architect en gekocht door de Clyde Maritime Trust.
Nadat de romp zeewaardig was gemaakt en alle openingen op het dek waren gesloten werd het schip op sleeptouw genomen van Sevilla naar Glasgow. Gedurende haar Spaanse periode waren de vliegende brug en jibboom reeds verwijderd.


Het schip werd te Glasgow in een droogdok geplaatst voor het verwijden van de scheepsschroeven en het afdichten van de schroefas doorvoeringen. Beplating onder de waterlijn werd grotendeels vernieuw en in de verf gezet. 
Hierna begon het gehele restauratie proces dat zes jaar zou duren. Ze kreeg zelfs weer een geheel nieuw hout gesneden boegbeeld.

Haar oude masten en toebehoren waren nog steeds in Spanje en werden teruggegeven toen men zich realiseerde dat het oude schip echt zou worden vernieuw in haar oorspronkelijke "Kaap Hoorn-status", opnieuw grijs geverfd met "kanonnenpoorten". Zo werd het gehele schip weer als nieuw opgebouwd.
Haar scheepsschroeven bevinden zich op de binnenplaats van het City of Glasgow College, Nautical Faculty bij de rivier Clyde.


Allereerst kreeg het schip haar oorspronkelijke naam weer terug, Glenlee, op 6 juli 1993 door Lord Provost van Glasgow, toen het schip voor het eerst sinds haar tewaterlating in 1896 in haar oude en nieuwe haven van registratie aankwam.

De Glenlee wordt nu erkend als onderdeel van de National Historic Fleet. Het schip is gelegen sinds 2011 bij het Riverside Museum van Glasgow.

Het zou geen Schotse traditie zijn om er ook een goede whisky naar het schip te vernoemen.













  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten