zaterdag 5 december 2015

'DEUTSCHLAND' EEN KOOPVAARDIJ ONDERZEEËR.

EEN ONDERZEEËR VOOR VRACHT

VERVOER.

De 'Deutschland' is de eerste koopvaardij onderzeeboot ter wereld. De initiatiefnemer en financier was Alfred Lohmann uit Bremen die op deze manier de blokkade van de Engelsen gedurende de Eerste Wereldoorlog wenste te breken.
Duitsland kampte met een groot tekort aan rubber en belangrijke metalen voor haar oorlogsindustrie.


Voor dit doel werd een speciale firma opgericht de Deutsche Ozean Rederei G.m.b.H. op 8 november 1915 onder auspiciën van de Norddeutsche Lloyd (heden Hapag-Lloyd) en bij de Germaniawerf (Flensburger Schiffbau) werden drie onderzeeboten van ca. 750 ton draagvermogen besteld.
Ze werden gebouwd zonder bewapening en met een brede romp om ruimte te bieden voor de vracht.


Deze onderzeeërs hadden een lengte van 65 meter, een breedte van 8,9 meter en een hoogte van 5,3 meter. Ze hadden een motor vermogen van 800 pk voor de aandrijving van twee schroeven en haalden bovenwater een vaarsnelheid van 12,4 knopen en onderwater 5,2 knopen. Testdiepte 50 meter.
Frankrijk en Engeland, beide in oorlog met Duitsland protesteerden tegen het gebruik van onderzeeërs als koopvaardijschepen, daar zij niet konden worden gestopt en gecontroleerd op munitie zoals andere vrachtschepen.
De Verenigde Staten van Amerika waren op dat moment neutraal.
De "Deutschland' kwam als eerste gereed op 28 maart 1916 en verliet Bremen onder het commando van Kapitein Paul König op 14 juni 1916.

Op 9 juli 1916 bereikte de 'Deutschland' de V.S. bij Virginia Capes (Chesepeake Bay), nadat ze slechts 90 mijl op de Noordzee en vlak bij haar bestemming onder water had gevaren. De bemanning werd zeer hartelijk verwelkomt en geprezen.
Op 2 augustus 1916 vertrok het schip uit Amerika beladen met rubber (257 ton), nikkel (341 ton) en tin (93 ton) en was op 23 augustus 1916  weer terug in Bremen.
Het rubber was vervoerd buiten de druk romp.

( De 'Deutschland' in de haven van New Londen USA.)

In november 1916 maakte het schip haar tweede reis naar de V.S. en loste te new Londen $10 miljoen van haar lading met inbegrip van edelstenen, effecten en geneesmiddelen.
Na wederom te zijn beladen verliet het schip op 16 november New Londen en kwam in aanvaring met een sleepboot. Ze keerde terug naar de haven voor reparatie en vertrok uiteindelijk op 21 november weer uit New Londen met de lading, waarvan 6,5 ton aan zilver. Gedurende haar verblijf stak de U-53 van de Duitse marine de oceaan over en bracht vijf geallieerde schepen tot zinken.
Het werd haar laatste reis als koopvaardijschip en de laatste reis van Kapitein Paul König.
Ze had voor $17.500.000 aan lading vervoert, meerdere keren de kosten van haar bouw. Een afstand afgelegd van 9720 zeemijl, waarvan 220 onder water.
Duitsland verklaarde een onbeperkte onderzeebootoorlog en door de hierop volgende oorlogsverklaring van de V.S. aan Duitsland werd de "Deutschland' als een marine eenheid uitgerust en kreeg de code naam U-155 van de Kaiserliche Marine U-Kreuzer Flotilla. Zij was dit van 19 februari 1917 tot 14 november 1918.
Hoewel het schip als gevechtsonderzeeër moeilijk te hanteren was, bracht zij gedurende drie patrouilles gedurende haar dienst bij de marine nog 42 koopvaardijschepen met 121.328 brt aan scheepslading tot zinken.


Na het beëindigen van de WO-I werd het schip aan Groot-Brittannië uitgeleverd op 24 november van dat jaar samen met andere onderzeeërs. Ze werd eerst op de Thames in Londen tentoongesteld en in 1921 verkocht voor de sloop. Tijdens haar sloop bij Robert Smith and Sons te Birkenhead scheurde het schip bij een explosie uit elkaar, waarbij vijf werkers de dood vonden.

Haar zusterschip de 'U-Bremen' ging reeds op haar eerste reis verloren. Zij werd vermoedelijk door de Britse hulpkruiser 'Alsatian' geramd. het derde schip van dit type werd de 'U-Oldenburg' werd de onderzeeboot 'U-151'. 




Geen opmerkingen:

Een reactie posten