BLUE FUNNEL LINE.. (ENGELAND)

 

 

   ENGELSE 'BLAUW PIJPERS' 

          VAN DE OCEANEN,

                    

BLUE FUNNEL LINE.

De Blue Funnel Line rederij werd op 11 januari 1865 te Liverpool opgericht als de Ocean S.S. Co door Alfred Holt, die hiermee een dienst wilde openen op China via Mauritius. De rederij exploiteerde 122 jaar lang koopvaardijschepen en was een van de grootste rederijen van het verenigd Koninkrijk en speelde een belangrijke rol in de overzeese handel van het land gedurende de Eerste- en Tweede Wereldoorlog.

Het bedrijf werd op de eerste plaats opgericht opgericht onder de naam Ocean Steam Ship Company.

Voor de vaart op het Verre Oosten werden bij de werf van Scott & Co te Greenock, de 'Agamemnon', 'Ajax', en 'Achilles'(2300 brt) gebouwd.

De schepen van de rederij hadden allemaal namen uit de klassieke Griekse legenden of geschiedenis, verder een blauwe schoorsteen (funnel) en de rederij vlag  een blauw veld met daarop in een witte ruit de letters AH van Alfred Holt.

(Tegen de achtergrond van de rederijvlag met de klok mee de vlaggen van: Straits S.S. Co, West Australian S.S. Co, Nederlandse Stoomvaart Maatschappij Oceaan, China Mutual  Steam Nav. Co, White Star Aberdeen Line en Glen Line.) 

De vloot breidde zich snel uit en er werd weldra in Malakka de dochtermaatschappij, de Straits S.S. Co opgericht.

In 1890 werd met twee schepen een dienst geopend tussen Singapore en West-Australië, eerst in samenwerking met de West Australian S.S. Co, later alleen. Voor het vervoer van tabak werd in 1891 een Nederlandse dochteronderneming opgericht, de N.S.M. Oceaan, evenals de East India Ocean Steam Ship Company.

Tien jaar daarna werd vanuit Liverpool een dienst geopend op Australië en in 1902 werd de China Mutual Steam Navigation Co overgenomen.

In 1910 werd een passagiersdienst op Australië geopend; later werd deze dienst samen onderhouden met de White Star-Aberdeen Line.

Toen in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak bestond de vloot uit 73 schepen met 487.000 ton.

Hiervan gingen er 16 met 99.371 brt, inclusief die varend onder Nederlandse vlag, door vijandelijke actie verloren.

In 1915 werd de Indra Line overgenomen, waarmee de rederij ging deelnemen aan de New York - China vaart. In 1917 werd de Knight Line overgenomen.

Na de Eerste Wereldoorlog werd de vloot uitgebreid met de eerste motorschepen. In 1922 de ms. 'Tantalus'. 

Tevens werd een viertal passagiersschepen gebouwd voor de dienst op China en Japan en, op verzoek van de Britse regering, kreeg een groot aantal vrachtschepen passagiersaccommodatie.

In 1935 werd de Glen Line overgenomen.

Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog telde de vloot 78 schepen met 619.288 brt en 15 met 138.508 brt van de Glen Line, waarvan meer dan de helft verloren ging.

In deze oorlog verloor de maatschappij 30 schepen.

 

Na de Tweede Wereldoorlog werd de opbouw van de vloot krachtig ter hand genomen; naast de aankoop van zes Victory's, acht Liberty's en één Empire-schip, volgden 27 eenheden van de zo geheten 'A'-klasse, waarvan later enkele onder de vlag voeren van de Glen Line.

Daarna volgde acht snelle schepen met accommodatie voor 29 passagiers in de jaren 1949/50.

Tussen 1957 en 1960 kwamen zes schepen van de 'M'-klasse en in 1966/67 vier van de 'Priam'-klasse (13.300 brt) in de vaart, waarvan weer twee onder de vlag van de Glen Line.

Twee Blue Funnel schepen, 'Agapenor' en 'Melampus' kwamen in het Grote Bittermeer (Egypte) gedurende de Zesdaagse Oorlog vast te zitten, waar ze tot 1975 bleven.

Het bedrijf kwam uiteindelijk in 1988 tot een einde.

In de jaren twintig van de 20e eeuw was de Blue Funnel Line de eerste Britse rederij die een vrouwelijke scheepswerktuigkundige in dienst nam. 

In 1941 werd met steun van de Blue Funnel Line de eerste zeevaartschool geopend in Aberdyfi, Wales. Hier werd speciaal de nadruk gelegd op de overlevingskansen van jonge zeelieden nadat hun schepen in het midden van de Atlantische Oceaan waren getorpedeerd.