SHELL TANKERS B.V. SCHEPEN, NAMEN ETC. ( DEEL 3 )

C-KLASSE (OUD).

Het waren de eerste nieuwe tankers die na de WO-2  werden gebouwd. Het waren producten tankers die geraffineerde aardolie producten vervoerden. Ook kwam het regelmatig voor dat als een van deze schepen in ballast naar Curaçao moest varen, dat er als ballast zoetwater werd geladen voor de raffinaderij op het eiland.

De schepen waren uitgerust met twee hoge masten, waarvan de bovenste helft kon worden afgezonken in de onderste helft bij het passeren van lage bruggen. Zo zijn ze dan ook vaak op afbeeldingen te zien. Alle drie schepen voerden de Nederlandse vlag.

M.S. CAMITIA. (1955/1975) Tonnage; 13.655 BRT. Voortstuwing; 5 cilinder B&W motor. Roepsein; PDIV. Scheepswerf; v.d.Giesen.

M.S. CINULIA. (1955 / 1986) Tonnage; 13.655 BRT. Voortstuwing; 5 cilinder B&W motor. Roepsein; PDKK. Scheepswerf; P.Smit.jr.

M.S. CRANIA. (1955 / 1984) Tonnage; 13.655 BRT. Voortstuwing; 5 cilinder B&W motor. Roepsein; DDMS. Scheepswerf; v.d.Giesen.
( Wel aangemonsterd 07-03-1984 geen dienst gedaan.)

C-KLASSE (NIEUW). 

( Scheepsplan C-Klasse tankers.)

Beide schepen zijn gebouwd voor het vervoer van aardolie producten of chemicaliën.
De machine controlekamer was op het eerste dek van de accommodatie aangebracht en niet zoals bij veel andere schepen in de machinekamer. Beide varend onder Nederlandse vlag.

M.S. CAURICA. (1982 / 1992) Tonnage; 19.990 BRT. Voortstuwing; 5 cilinder Sulzer motor, type 5RLB66.Schroef met verstelbare bladen. Roepsein; PDJI. Scheepswerf; Verolme-Heusden.
( Dienstperiode nieuwbouw en proefvaart 04-10-1982 t/m 24-12-1982)

M.S. CARDISSA. (1983 / 2004) Tonnage; 19.990 BRT. Voortstuwing. 5 cilinder B&W Sulzer motor, type 5RLB66. Schroef met verstelbare bladen. Roepsein; PDJE. Scheepswerf; Verolme-Heusden.
( Dienstperiode de nieuwbouw 01-02-1983 en vaart 08-03-1983 t/m 28-05-1983)

C-KLASSE (LIBERIA)

Alle drie de tankers voor het vervoer van ruwe aardolie werden in opdracht van Shell Uk gebouwd en later aan de Nederlandse Shell vloot overgedragen. Alle drie de schepen voeren onder de vlag van Liberia.

De schepen maakten deel uit van de reserve Amerikaanse oorlogsvloot.

S.S. CAPILUNA. (1960 / 1980) Tonnage; 50.080 BRT. Voortstuwing; Curtis-Parson stoomturbine. Stoomproductie twee Forster Wheeler waterpijpketels. Roepsein; 5MEW. Scheepswerf; Betlehem Steel Corparation USA.

S.S. CAPISTRIA. (1960/1978) Tonnage; 50.080 BRT. Voortstuwing; Curtis-Parson stoomturbine. Stoomproductie twee Foster Wheeler waterpijpketels. Roepsein; 5MDE. Scheepswerf; Betlehem Steel Corparation USA.
( Dienstperiode 08-12-1967 t/m 05-06-1968)

S.S. CAPOLONIX. ( 1959 / 1979) Tonnage; 50.080 BRT. Voortstuwing; Curtis-Parson stoomturbine. Stoomproductie twee Foster Wheeler waterpijpketels. Roepsein; 5MBH. Scheepswerf; Betlehem Steel Corparation USA.