ZE IS ER WEER!
DE HARINGVISSERIJ.
Haringvisserij is het beroepsmatig vissen op haring. Er zijn geen aanwijzingen dat vóór het jaar 1000 in onze streken haring voor de markt werd gevangen. Reeds geschiedde dit in de 13e en 14e eeuw in Schonen aan de zuidwestelijke kust van Zweden aan de ingang van de Oostzee. De haring werd daar direct onder de kust gevangen, waarschijnlijk met staande netten en met kleine scheepjes aan wal gebracht. Rond de centra Skanör (Schonen) en Faltsterbo werd de haring bewerkt, gezouten en in tonnen verpakt. Deze gezouten haring was een van de hoofdproducten van de handel van de Hanzesteden. Het werd onder de naam Schonenharing in een groot deel van West-Europa verbruikt.
Kleinere centra van haringvisserij aan de kust kwamen in de twaalfde eeuw voor bij Great Yarmouth op de Engelse kust en voor de Vlaamse kust. Bij deze visserij werd gebruik gemaakt van drijfnetten.
Het gevangen product werd vers of met zout besprenkeld in de handel gebracht.
Eerst in de tweede helft van de 13e eeuw werd op Vlaamse vissersschepen op kleine schaal begonnen met het aan boord zouten en in tonnen leggen van de haring. Deze 'visserij ter zoute' breidde zich allengs uit. Er werd steeds meer op zee gezouten, niet alleen door de Vlamingen, maar ook spoedig door de Zeeuwen en de Hollanders. ER ontstond een aan het kaken op zee en het inzouten in tonnen aangepast scheepstype, de haringbuis of buis en een combinatie van drijfnetten, de vleet (drijfnetvisserij).
Tot in de 20ste eeuw is de haringvisserij in de Noordzee met drijfnetten uitgeoefend. Aan het begin van de vorige eeuw waren het de Engelsen, de Schotten, de Nederlanders en de Duitsers die in de haringvisserij de toon aangaven. Een grote verandering deed zich voor toen de mechanische voortbeweging van de schepen en door verbetering van de vangsttechniek de haringvisserij met het trawlnet ontstond. Deze trawlharingvisserij werd in ons land ingevoerd in de jaren twintig v an de vorige eeuw. Aanvankelijk langzaam, maar daarna steeds sneller heeft het haringtrawlnet het drijfnet vrijwel geheel verdrongen. Dat Nederland een sterke positie in de aanvoer van gezouten haring heeft weten te behouden, ligt in het feit dat de bemanningen van oudsher bekend waren met het proces van kaken en zouten van haring en dit aan boord van trawlschepen zijn blijven toepassen.
Thans zijn de Nederlanders praktisch de enigen in West-Europa die nog aan boord van schepen kaken.
Haring visserij met Purse-seine of ringnet.
Verklaring van de cijfers: 1. - Volgboot; 2. - Vissersboot; 3. - Drijvers; 4. - Bovenpees; 5. - Bijboot;
6. - Onderpees verzwaard met lood; 7. - Lijn voor het dichttrekken van het net.
Na de WO II heeft zich ook de spanvisserij op haring ontwikkeld. Een span bestaat uit twee schepen die op enige afstand van elkaar varen en samen een net voorttrekken. Meestal geschiedt dit door kotters, doch de spanvisserij wordt ook wel door trawlers uitgeoefend. Van de periode na 1960 dateert de visserij op haring met de purse-seine in de Noordzee. Dit is een zegennet dat na omsingeling van een school haring aan de onderkant wordt dicht getrokken. Het is een zeer kostbaar net dat door middel van een zogenaamd 'power block' wordt ingehaald. Met dit vistuig kunnen zeer grote vangsten per trek worden gemaakt.
Doordat vooral de Noren deze haringvisserij op grote schaal hebben toegepast, is de haringstand in de noordelijke Noordzee door overbevissing aangetast.
Een haringvangst welke in de loop der eeuwen met verschillende vistuigen grote resultaten heeft gegeven was die op de Zuiderzee. Hier kwam een einde aan na de aanleg van de Afsluitdijk.
HARINGTRAWL.
( Boven- en zijaanzicht van een haringtrawlnet.)
Dit net is volgens een Frans patent, met twee headlijnen; lengte van de bovenpees 19,25 meter (63 Eng. feet.)
Verklaring van de letters:
a. - Vislijn.
b. - Visbord.
c. - Kabel (36,5 meter)
d. - Knuppel.
e. - Staande rijg.
f. - Bovenpees.
g. - Grondpees.
h. - Buiktouw.
i. - Verdeelstrop.
j. - Kuiltouw.
k. - Grote headlijn.
l. - Grote hoogtescheerbord.
m. - Kleine hoogtescheerbord.
n. - Kleine headlijn.
p. - Kuilbendel.
Haringtrawl, een trawlnet dat speciaal is ingericht voor het vangen van haring.
De haringtrawl onderscheidt zich van een trawlnet vooral hierin, dat de verticale opening van het net groter is dan een gewoon trawlnet en dat de maaswijdte in het achternet kleiner is.
Het vergroten van de verticale opening van het net bereikt men door een speciale vormgeving van het net en door de bovenpees op te trekken door hoogtescheerbordjes.
HEKTRAWLER.
Een hektrawler is een vissersschip waarop het trawlernet over het achterschip wordt uitgezet, gesleept en binnengehaald. Men onderscheidt daarbij schepen met of zonder een slipway.
Bij het uitzetten en halen van het net kan een rechte koers gevaren worden. Een hektrawler maakt het mogelijk dat de bemanning de vis in een overdekte ruimte verwerkt.
Op de grotere schepen worden visverwerkingsmachines geïnstalleerd waardoor de fabrieksschepen worden.
In het algemeen zijn hektrawlers voorzien van diepvriesinstallaties, zodat zij de vis in blokken diepvriesvis kunnen aanvoeren. De reisduur kan daardoor langer worden en het aangevoerde product is minder afhankelijk van de prijsfluctuaties op de markt. Dit komt de economie van het schip ten goede. De hektrawler is bezig de zijtrawler geheel te verdringen. De reden hiervoor is dat de hektrawler beter voldoet aan de eisen van mechanisatie, rationalisatie, beschutting bemanning, betere kwaliteit en houdbaarheid van het product.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten