woensdag 28 augustus 2019

THAILAND-OOST. VLAGGEN EN EMBLEMEN. (DEEL 5)

              EEN LAND VOL CULTUUR, 

           VRIENDELIJKE BEVOLKING, 

                      EN DAT NOOIT 

          EEN KOLONIE IS GEWEEST. (5)



THAILAND.

                              PROVINCIES, VLAG EN EMBLEEM OOST-THAILAND.






1. Chachoengsao.
2. Chantaburi.
3. Chonburi.
4. Prachinburi.
5. Rayong.
6. Sa Kaew.
7. Trat.









(1) CHACHOENGSAO.

De provincie Chachoengsao is gelegen in het oosten van Thailand en heeft een oppervlakte van 5.351 km² en is daarmee de 41e in de rangvolgorde van het land. De provincie heeft een korte kustlijn aan de Golf van Thailand.
De naam van de provincie is een Chong-woord voor 'diep kanaal' en is gelegen aan de monding van de Bang Pakong-rivier. De hoofdstad is Chachoengsao.

De vlag van de provincie heeft een wijnrood veld met in het midden het embleem van de provincie. Onderin het embleem de naam van de provincie.


Het embleem van de provincie toont de belangrijkste hal van de tempel Sothornvaramvoraviharn.
In deze hal staat het belangrijkste boeddhabeeld van de provincie, bekend als Luangpho Phutthasothan. Onderin het embleem staat een kleine garuda afgebeeld.

De provinciale boom is de Peltophorum dasyrachis. De boom werd toegewezen door koningin Sirikit op de 50e verjaardag van de kroning van koning Rama IX in het jaar 2000.
De provinciale bloem is de gele flamboyant (Peltophorum ptercarpum).

(2) CHANTABURI.

De provincie Chantaburi is gelegen in Oost-Thailnad en heeft een oppervlakte van 6.338 km² en is daarmee de 34e in de rangvolgorde van het land.
De provincie grenst in het zuidwesten aan de Golf van Thailand.
De inheemse bevolking van het gebied zijn de Chong die vermoedelijk oorspronkelijk uit Cambodja zijn gekomen.
De hoofdstad is Chantaburi.

De vlag van de provincie heeft een wijnrood veld met in het midden het embleem van de provincie en daaronder de naam van de provincie in het geel.







Het embleem van de provincie toont de volle maan omringt door een aura. In het midden van de maan staat een wit konijn afgebeeld omringt door een blauwe schijf.

De provinciale boom is de Diospyros decandra. De provinciale bloem is een orchidee.

(3) CHONBURI.

De provincie Chonburi is gelegen in Oost-Thailand en grenst in het westen aan de baai van Bangkok in de Golf van Thailand. De provincie heeft een oppervlakte van 4.363 km² en de hoofdstad is Chonburi.
Het gebied is reeds sinds de prehistorie bewoond en moet zeer welvarend zijn geweest.

De vlag van de provincie heeft drie horizontale banen in de kleuren zwart-geel-zwart, waarbij de gele baan iets breder is dan de zwarte banen. In het midden van de vlag staat het embleem van de provincie met onderin het embleem de naam van de provincie.


Het embleem toont een rots, Khao Sam Muk, liggend aan de zee. waarop een sala staat met een standbeeld van de godin, Chao Mae Sahm Muk, die naar men zegt de zeevarenden en de lokale bevolking beschermt.

De provinciale boom en bloem is de "Nieuw-Guinea palissander" (Pterocarpus indicus), in het Thais Mai Pradu genoemd.




(4) PRACHINBURI.

De provincie Prachinburi ligt centraal in Oost-Thailand en heeft een oppervlakte van 4.762,4 km² en de 45e in de rangvolgorde van het land.
De provincie wordt in feite in tweeën gedeeld, de lage riviervallei van de Prachin Buri-rivier en de hogere landen met palteaus's en bergen van het Sankamphaeng- gebergte.
De hoofdstad is Prachinburi.

De vlag van de provincie heeft twee verticale banen in de verhouding 2:1 in de kleuren rood en geel.
In het midden van het rode veld staat het embleem van de provincie afgebeeld.
Onderin het embleem de naam van de provincie en daarboven een kleine garuda.


Het embleem van de provincie toont de Bodhi-boom. Het symboliseert de eerste Bodhi-boom die ongeveer 2000 jaar geleden werd geplant in Wat Si Maha Phot. 
Roos staat symbool voor het land en geel voor het boeddhisme.

De provinciale boom is de Bodhi-boom (Ficus religiosa).
De provinciale bloem is die van de kurkboom (Millingtonia hortensis).


(5) RAYONG.

De provincie ligt in het zuiden van Oost-Thailand en grenst in het zuiden aan de Golf van Thailand. De provincie heeft een oppervlakte van 3.552 km² en is 578e in de rangvolgorde van het land.
Het noorden is heuvelachtig en verder zijn er hoofdzakelijk kustvlaktes.
De hoofdstad is Rayong.

De vlag van de provincie heeft drie verticale banen in de kleuren rood-geel-blauw. In het midden van de vlag is het embleem van de provincie afgebeeld. Onderin het embleem de naam van de provincie met daarboven een kleine garuda.




 Het embleem van de provincie toont het eiland Ko Samet.

De provinciale boom is de Alexandrische laurier (Calophyllum inophyllum).







(6) SA KAEW.

De provincie Sa Kaew ( ook geschreven Sa Kaeo) ligt in het oosten van Oost-Thailand tegen de grens met Cambodja en heeft een oppervlakte van 7.195 km², en is daarmee de 28e in de rangvolgorde van het land. De hoofdstad is Sa Kaew.
In het grensgebied met Cambodja heeft s'werelds grootste landmijnen gebied gelegen. 
In het noorden is het gebied bedekt met beboste bergen van het Sankamphaeng- en het Dangrek-gebergte. In het zuiden liggen de uitlopers van het Cardamom-gebergte.



De vlag van de provincie heeft twee horizontale velden in de kleuren geel en groen met in het midden het embleem van de provincie. Onderin het embleem de naam van de provincie.


Het embleem toont de opkomende zon boven de archeologische ruïnes, Prasart Kao Noi Si Chom Poo, een belangrijke Khmer-tempel.
De rijzende zon staat symbool voor de ligging van de provincie in het oosten. Op de voorgrond staat een boeddha beeld in een vijver met lotusbloemen.

De provinciale boom is de Phyllanthus emblica en de provinciale bloem is de oranje Jessamine (Murraya paniculata).

(7) TRAT.

De provincie Trat ligt in het zuiden van Oost-Thailand aan de Golf van Thailand en grenzend aan Cambodja. De provincie heeft een oppervlakte van 2.917 km² en is de 62e in rangvolgorde van het land. De hoofdstad is Trat.
De provincie werd gedurende de Paknam-crisis van 1893 door Franse troepen ingenomen en in 1904 werd Siam gedwongen het gebied over te geven aan Frans Indochina. Pas in 1907 keerde het gebied terug onder Thais bewind.

De vlag van de provincie heeft twee horizontale banen in de kleuren donkerblauw en wijnrood met in het midden het embleem van de provincie. Onderin het embleem de naam van de provincie en daarboven een kleine garuda.



Het embleem toont de zee (Golf van Thailand) met op de achtergrond het Khao Banthat-gebergte.
Een kleine zeilboot geeft de economische verbintenis weer met de zee.

De provinciale boom is de tropische amandel (Terminalia catappa).




Note: Met de rangvolgorde wordt het aantal vierkante kilometers van de provincie aangegeven.


                     Zie vervolg: THAILAND-ZUID. VLAGGEN EN EMBLEMEN. (DEEL 6) 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten