EEN LAND VOL CULTUUR,
VRIENDELIJKE BEVOLKING,
EN DAT NOOIT
EEN KOLONIE IS GEWEEST. (4)
THAILAND.
PROVINCIES, VLAG EN EMBLEEM CENTRAAL-THAILAND.
2. Ayutthaya.
3. Bangkok.
4. Chainat.
5. Kanchanaburi.
6. Lopburi.
7. Nakhon Nayok.
8. Nakhon Pathom.
9. Nonthaburi.
10. Pathum Thani.
11. Phetchaburi.
12. Prachuap Khiri Khan.
13. Ratchaburi.
14. Samut Prakan.
15. Samut Sakhon.
16. Samut Songkhram.
17. Saraburi.
18. Singburi.
19. Suphanburi.
De hoofdstad is Ang Thong.
De naam "Ang Thong" betekend 'goeden bekeken', wart vermoedelijk is afgeleid van de bekkenachtige geografie van het gebied en de gouden kleur van de rijst die in de regio wordt geteeld. De provincie bestaat uit een lage riviervlakte, gecreëerd door de rivier de Chao Phraya en de Noi, deze leveren voldoende water via kanalen aan de sawa's voor de rijstteelt.
De vlag van de provincie heeft twee horizontale banen in de kleuren geel en groen. Het geel staat symbool voor de rijpe rijst aren en de welvaart in het gebied en het groen voor de rijstteelt.
Centraal in de vlag staat het embleem van de provincie afgebeeld met onderin de naam van de provincie.
Het embleem toont een gouden schaal met water met daarin enige rijpe rijsthalmen.
Dit symboliseert de vruchtbaarheid van de provincie als een van de belangrijkste rijstproducenten.
De provinciale boom is de gaub tree ( Diospyros malabarica).
6. Lopburi.
7. Nakhon Nayok.
8. Nakhon Pathom.
9. Nonthaburi.
10. Pathum Thani.
11. Phetchaburi.
12. Prachuap Khiri Khan.
13. Ratchaburi.
14. Samut Prakan.
15. Samut Sakhon.
16. Samut Songkhram.
17. Saraburi.
18. Singburi.
19. Suphanburi.
(1) ANG THONG.
De provincie Ang Thong lig in het midden van Centraal-Thailand en hooft een oppervlakte van 968,4 km² en is de 71e in rangvolgorde.De hoofdstad is Ang Thong.
De naam "Ang Thong" betekend 'goeden bekeken', wart vermoedelijk is afgeleid van de bekkenachtige geografie van het gebied en de gouden kleur van de rijst die in de regio wordt geteeld. De provincie bestaat uit een lage riviervlakte, gecreëerd door de rivier de Chao Phraya en de Noi, deze leveren voldoende water via kanalen aan de sawa's voor de rijstteelt.
De vlag van de provincie heeft twee horizontale banen in de kleuren geel en groen. Het geel staat symbool voor de rijpe rijst aren en de welvaart in het gebied en het groen voor de rijstteelt.
Centraal in de vlag staat het embleem van de provincie afgebeeld met onderin de naam van de provincie.
Het embleem toont een gouden schaal met water met daarin enige rijpe rijsthalmen.
Dit symboliseert de vruchtbaarheid van de provincie als een van de belangrijkste rijstproducenten.
De provinciale boom is de gaub tree ( Diospyros malabarica).
(2) AYUTTHAYA.
De provincie Ayutthaya ligt in het zuiden van Centraal-Thailand en heeft een oppervlakte van 2.556,6 km² en is de 62e in de rangvolgorde.
De hoofdstad is Aytthaya.
De naam is afgeleid uit het Sanskriet en betekend "de onoverwinnelijke".
De provincie is gelegen in de vlakke riviervlakte van de vallei van de Chao Phraya-rivier die samen met de rivieren Lopburi en Pa sak het gebied tot een belangrijk rijstbouwgebied maakt.
De vlag van de provincie heeft drie verticale banen in de kleuren donkerblauw-lichtblauw-donkerblauw, met in het midden het embleem van de provincie afgebeeld. Onder het embleem de naam van de provincie.
Het embleem is gebaseerd op een legende; Koning Ramathibodi vond in de grond een prachtige schelp begraven en koos dit als een teken om op deze plaats zijn hoofdstad te bouwen.
Hij plaatste de schelp op een voetstuk en bouwde er een paviljoen omheen. Dit toont het zegel met achter het paviljoen de provinciale boom.
De provinciale boom is de geurige manjack (Cordia dichotoma) en de provinciale bloem is de Sessssbania aculeata.
(3) BANGKOK.
Zie deel 1 over Thailand.(4) CHAINAT.
Chainat is een van de centrale provincies gelegen in Centraal-Thailand met een oppervlakte van 2.469,7 km² en is de 64e in de rangvolgorde van het land.
De hoofdstad is Chainat.
De provincie ligt in de riviervlakte van de Chao Phraya rivier en in het zuiden van de provincie ligt het stuwmeer van deze rivier, waarvan het water wordt gebruikt via irrigatiesystemen af te voeren voor de rijstvelden in de beneden vallei. De Dam was de eerste dam in Thailand en werd in 1957 voltooid.
De vlag van de provincie heeft een roze veld met in het midden het embleem van de provincie geplaatst. Onderin het embleem de naam van de provincie.
Het embleem toont een dhammachakka (een wiel) op een standaard met daarachter een berg. Het verwijst naar het Boeddhabeeld van Dhammachak, gehuisvest in de wihaan van Wat Dhammamoen, gebouwd op de helling van de berg.
De provinciale boom is de Bael-fruitboom (Aegle marmelos) en de provinciale bloem de regenboogdoucheboom (Cassia javanica).
(5) KANCHANABURI.
De provincie Kanchanaburi ligt in Centraal-Thailand en grenst in het westen aan Myanmar. De provincie heeft een oppervlakte van 19.483 km² en is de 3e in de rangvolgorden van het land. De hoofdstad is Kanchanaburi.
In de provincie ligt de brug over de rivier de Kwai die bekendheid kreeg door de bouw ervan door krijgsgevangen van de Japanners in de WO-II.
De vlag van de provincie heeft drie verticale banen met een breedte verhouding van 1:2:1 in de kleuren lichtblauw-oranje-lichtblauw. In het midden van de oranje baan staat het embleem van de provincie afgebeeld, met onderin het embleem de naam van de provincie en daarboven een kleine rode garuda.
Het embleem toont de drie stupa's op de berg Bantadthong. Ze geven de naam aan de bergpas naar Myanmar, genaamd de "drie pagodas pass".
De provinciale bloem is de s'nachts bloeiende jasmijn (Nyctanthes arbortristis). De provinciale boom is de Moulmein lancewood (Homalium tomentosum).
(6) LOPBURI.
De provincie Lopburi ligt in het midden van Centraal-Thailand en heeft een oppervlakte van 6.199,8 km² en de de 37e in de rangvolgorde van het land.
De hoofdstad is Lopburi.
De provincie ligt aan de oostkant van de vallei van de Chao Phraya-rivier, tussen de rivier de Lopburi en Pa Sak.
De vlag van de provincie heeft drie horizontale banen in de kleuren donkerblauw-wit-donkerblauw, met in het midden centraal geplaatst het embleem van de provincie. Onderin het embleem de naam van de provincie met daarboven een kleine zilveren garuda.
Het embleem toont Vishu voor de Khmer-tempel Phra Prang Sam Yod, het "Heiligdom met de Drie Torens".
Het verwijst naar koning Narai die in 1664 de stad versterkte om te worden gebruikt als een alternatieve hoofdstad toen Ayutthaya werd bedreigt door een Nederlandse blokkade.
De provinciale boom als de bloem is het kogelhout. (Canonball tree)
(7) NAKHON NAYOK.
De provincie Nakhon Nayok ligt in het zuiden van Centraal-Thailand en heeft een oppervlakte van 2.122 km² en is de 66e in de rangvolgorden van het land.
De hoofdstad is Nakhon Nayok.
het noordelijke deel van de provincie ligt in het Sankamphaeng-gebergte en het zuidelijke in de verlenging van het Dong Phaya Yen gebergte.
De belangrijkste rivier is de Prachinburi-rivier.
De vlag van de provincie heeft een groen veld met centraal daarin in het geel het embleem van de provincie afgebeeld. Onderin het embleem de naam van de provincie.
De provinciale boom en bloem is de zijden katoenboom
( Cochlospermum religiosum).
(8) NAKHON PATHOM.
De provincie Nakhon Pathom ligt in het zuidwesten van Centraal-Thailand en heeft een oppervlakte van 2.168,3 km² en is daarmee de 65e in de rangvolgorde van het land. De hoofdstad is Nakhon Pathom en is een van de opudste steden van Thailand.
De vlag van de provincie heeft een blauw veld met centraal geplaatst het embleem van de provincie. Onder het embleem de naam van de provincie.
Het embleem van de provincie toont de Phra Pathom Chedi een pagode met een hoogte van 127 meter en de hoogste van de wereld.
Het gebouw is gebouwd in opdracht van koning Mongkut in 1860 .
Op de pagode is de koninklijke kroon afgebeeld.
De provinciale boom is de Diaspyros decandra.
De vlag van de provincie heeft een blauw veld met centraal geplaatst het embleem van de provincie. Onder het embleem de naam van de provincie.
Het embleem van de provincie toont de Phra Pathom Chedi een pagode met een hoogte van 127 meter en de hoogste van de wereld.
Het gebouw is gebouwd in opdracht van koning Mongkut in 1860 .
Op de pagode is de koninklijke kroon afgebeeld.
De provinciale boom is de Diaspyros decandra.
(9) NONTHABURI.
De provincie Nonthaburi ligt in het zuiden van Centraal-Thailand en heeft een oppervlakte van 622,3 km² en is daarmee de 74e in de rangvolgorde van het land.
De hoofdstad is Nonthaburi en werd reeds in de 16e eeuw uitgeroepen tot een stad door koning Prasat Thong, die een kanaal liet graven van de stad naar de Chao Phraya rivier.
Op de scheiding van de beide banen staat het embleem van de provincie afgebeeld met daaronder de naam van de provincie.
Het embleem van de provincie toont aardewerk, een traditioneel product van Nonthaburi.
De provinciale boom en bloem is de gele vlamboom (Peltophorum pterocarpum).
(10) PATHUM THANI.
De provincie Pathum Thani ligt in het zuiden van Centraal-Thailand en heeft een oppervlakte van 1.525,9 km² en is daarmee de 69e in de rangvolgorde van het het land. De provincie is een oude provincie, zwaar bevolkt door het Mon-volk. In het gebied liggen 186 tempels.
De hoofdstad is Pathum Thani. De stad werd in 1650 gesticht door de Mon een volk dat uit Myanmar kwam. De oorspronkelijke naam was Sam Khok.
In 1815 bezocht de koning Rama II de stad en de burgers boden hem veel lotusbloemen aan, waardoor de koning de stad Pathum Thani hernoemde, wat 'lotusbloemstad' betekend.
De vlag van de provincie heeft twee verticale banen in de kleuren donkerblauw en wit. Centraal in de vlag staat het embleem van de provincie afgebeeld met onderin het embleem de naam van de provincie.
Het embleem toont een roze lotusbloem met twee rijststengels die eroverheen buigen, en de vruchtbaarheid van de provincie symboliseren.
De provinciale boom is de Indiase koraalboom (Erythrina variegata). De provinciale bl;oem is de lotus (Nymphaea-lotus).
(11) PHETCHABURI.
De provincie Phetchamburi ligt in het zuiden van Centraal-Thailand en grenst in het westen aan Myanmar en in het oosten aan de Golf van Thailand.
De provincie heeft een oppervlakte van 6.225,1 km² en is de 36e in de rangvolgorde van het land.
De hoofdstad is Phetchamburi en is een oude koninklijke stad uit de 8e eeuw.
De vlag heeft drie horizontale banen in de verhouding van 1: 7:1 in de kleuren paarsblauw-geel-paarsblauw.
Centraal in het midden staat het embleem van de provincie afgebeeld met onderin het embleem de naam van de provincie.
Het embleem toont het Khao Wang-paleis op de achtergrond.
Op de voorgrond begrenst door twee kokospalmen zijn rijstvelden te zien. Beide staan ze symbool voor de gewassen uit het gebied.
De provinciale boom is de Eugenia cumini.
(12) PRACHUAP KHIRI KHAN.
De provincie Prachuap Khiri Khan ligt in het zuiden van Centraal-Thailand en grenst in het westen aan Myanmar en in het oosten aan de Golf van Thailand.
het gebied heeft een oppervlakte van 6.367 km² en de de 33e in de rangvolgorde van het land. De provincie is het smalste deel van Thailand met een afstand van 13 km tussen de grens van Myanmar en de Golf van Thailand.
De hoofdtstad is Prachuap Khiri Khan.
De vlag van de provincie heeft een geel veld met daarin centraal geplaatst het embleem van de provincie in het groen.
Onder in het embleem de naam van de provincie.
Het embleem van de provincie toont het Kuha Karuhas-paviljoen, dat werd gebouwd toen koning Chulalongkorn (Rama V) de Praya Nakorn-grot bezocht.
Achter het paviljoen is het eiland Ko Lak in de Prachuap Bay afgebeeld.
De provinciale boom en bloem is de rayan of manilkare (Manilkara hexandra).
(13) RATCHABURI.
Ratchaburi is een van de zuidwestelijke provincies van Centraal-Thailand met een oppervlakte van 5.196,5 km² en als 43e in de rangvolgorde van het land.
Het oostelijke deel van de provincie bevat de rivier vlakte van de Mae Klong doorkruist door vele khlongs (kanalen). het westelijke deel grenzend aan Myanmar heeft hoofdzakelijk kalksteenrotsen. De hoofdstad is Ratchaburi.
Het embleem toont het koninklijk zwaard boven de koninklijke sandalen op een phan (dienblad), omdat Ratchaburi 'stad van de koning' betekend. De naam is afgeleid van het feit dat koning
Rama I hier werd geboren.
De provinciale bloem is de Pink Shower Tree (Cassia bakeriana) en de provinciale boom is de Wrightia pubescens.
(14) SAMUT PRAKAN.
De provincie Samut Prakan maakt deel uit van de metropoolregio Bankok en ligt aan de monding van de Chao Phraya-rivier aan de Golf van Thailand.
De provincie heeft een oppervlakte van 1.004,1 km² en is de 70e in de rangvolgorde van het land. De hoofdstad is Samut Prakan.
Het deel dat aan de westkant van de rivier is gelegen bestaat voornamelijk uit rijstvelden, garnalenkwekerijen en mangrovebossen. Het oostelijke deel is het stedelijk centrum met industrie.
De vlag van de provincie heeft een lichtblauw veld met in het midden het embleem van de provincie. Onderin het embleem de naam van de provincie.
Het embleem toont de tempel Phra Samut Chedi, de belangrijkste plaats van de boeddhistische eredienst in de provincie.
De provinciale boom is de Thespesia populnea.
(15) SAMUT SAKHON.
De provincie Samut Sakhon ligt in het zuiden van Centraal-Thailand aan de Golf van Thailand aan de monding van de Tha Chin Klong-rivier en heeft een oppervlakte van 872,3 km² en is de 72e in de rangvolgorde van het land.
De oudste naam van het gebied is Tha Chin wat Chinese Pier betekend en wat verwijst naar het feit dat het een handelshaven was waar veel Chinese jonken arriveerden. De hoofdstad is Samut Sakhon.
De vlag van de provincie heeft drie horizontale banen in de verhouding 1:3:1 in de kleuren roze lichtblauw-roze met centraal geplaatst het embleem van de provincie.
Onder in het embleem de naam van de provincie.
Het embleem van de provincie toont een Chinese jonk naderend de stad met op de achtergrond een rokende schoorsteen van een fabriek. beide verwijzen naar de oude handelstraditie en de lokale industrieën.
De provinciale boom is de duivelsboom (Alstonia scholaris).
(16) SAMUT SONGKHRAM.
Samut Songkhram is gelegen aan de Golf van Thailand en is de kleinste provincie van het land met een oppervlakte van 416,7 km² en de 76e in de rangvolgorde.Gelegen aan de monding van de rivier Mae Klong wordt het water daarvan via kanalen verspreid door de provincie voor irrigatie. Aan de kust is veel winnin g van zeezout.
De vlag van de provincie heeft drie verticale banen in de kleuren donkerblauw-wit-donkerblauw. De witte baan is iets breder dan de blauwe banen.
In het midden van de witte baan staat het embleem van de provincie met onderin de naam van de provincie.
Het embleem van de provincie toont een traditionele trommel boven een rivier. Het Thaise woord voor voor trommel is klong, dus verwijst naar de Mae Klong-rivier. Aan beide zijden worden kokospalmen weergegeven een belangrijk product van de provincie.
Boven de drum staat een garuda afgebeeld
De provinciale boom is de Casuatina equisetifolia.
(17) SARABURI.
De provincie Saraburi is een van de centraal gelegen provincies van Centraal-Thailand met een oppervlakte van 3.577 km² en is daarmee de 56e in de rangvolgorde van het land. De provincie ligt aan de oostzijde van de rivier de Chao Phraya. In de provincies liggen twee nationale parken die samen een oppervlakte hebben van 460.522,25 hectare.
De hoofdstad is Saraburi.
Onderin het embleem de naam van de provincie.
Het embleem van de provincie toont de tempel Wat Phra Buddha Baat. In de 17e eeuw vond een jager een plas water dat eruit zag als een grote voetafdruk. Het werd uitgeroepen als de voetafdruk van Boeddha en er werd een tempel omheen gebouwd.
Phra Phutthabat betekend voetafdruk van Boeddha.
De provinciale boom is de Lagerstroemia floribunda en de provinciale bloem is de gele katoenboom Cochlosspermum regium.
(18) SINGBURI.
De provincie Singburi ligt bijna centraal in Centraal-Thailand en heeft een oppervlakte van 822,5 km² en is daarmee de 73e in de rangvolgorde van het land.Het gebied bekleedde een belangrijke positie in de vroege Thaise geschiedenis vanaf Dvaravati- periode tot de Ayutthaya-periode. De hoofdstad is Sing Buri.
De vlag van de provincie heeft een rood veld en toont in het midden het embleem van de provincie met het monument voor de elf strijders in een blauwe cirkel.
Onderin het embleem staat de naam van de provincie.
Het officiële embleem van de provincie toont het foret Khai Bangrachan, een historisch monument. Toen in 1765 de Birmezen, Ayutthaya aanvielen, vochten elf dorpelingen uit Bangrachan tegen het leger toen het ten noorden van Ayutthaya stopte. Ze slaagden erin om vijf maanden verzet te bieden, voordat ze uiteindelijk werden verslagen.
Kort daarna viel ook Ayutthaya.
Jaarlijks wordt op 4 februari een ceremonie gehouden ter nagedachtenis aan deze lokale helden.
Sinds 2004 zijn deze helden afgebeeld op het embleem van de provincie.
De provinciale boom is de rode sandelhoutboom (Adenanthera pavonina).
(19) SUPHANBURI.
De provincie Suphanburi ligt in het zuidoosten van Centraal-Thailand en heeft een oppervlakte van 5.358 km² en is daarmee de 40e in de rangvolgorde van het land.
Het gebied is vermoedelijk de plaats van de legendarische Suvarnabhumi, die wordt genoemd in oude boeddhistische geschriften.
De hoofdstad is Suphanburi.
Het gebied is vermoedelijk de plaats van de legendarische Suvarnabhumi, die wordt genoemd in oude boeddhistische geschriften.
De hoofdstad is Suphanburi.
De vlag van de provincie heeft drie horizontale banen in de verhouding 1:3:1 in de kleuren paarsblauw-oranje-paarsblauw.
In het midden staat het embleem van de provincie afgebeeld met daar onderin de naam van de provincie.
Het embleem van de provincie toont een olifantengevecht tussen koning Naresuan de Grote en de kroonprins van Birma in 1592, welke plaatsvond in Suphan Buri.
De provinciale boom is de ebbeboom (Diospyros mollis)
Note: Het gebruik van de rangvolgorde slaat op het aantal vierkante kilometers van de provincie.
Zie vervolg: THAILAND-OOST. VLAGGEN EN EMBLEMEN. (DEEL 5)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten