DE BELANGRIJKSTE
OUD EGYPTISCHE
GODEN. (2)
RE DE ZON: MESTKEVER, VALK OF KAT.
(De god met de valkenkop van de opgaande zon, Re-Harachte, op zijn troon. Hij houdt het hengselkruis (angh), en een scepter in zijn hand; een slang beschermt de zonneschijf op zijn hoofd. Achter hem zijn dochter Hathor met de hiëroglief voor het westen, de necropool.
De tronen dragen het symbool voor de 'vereniging van beide landen'.)
Re zelf wordt meestal als menselijke gedaante afgebeeld, maar zijn lichaam is van goud en op zijn hoofd draagt de 'heer van de vlammen' de zonneschijf met de vuurspuwende uraeusslang die hem tegen vijanden beschermt. Tot zijn versieringen behoren de hoofddoek, diverse koningskronen en een scepter, want Re is de mythische voorvader van de farao's.
Re heeft echter veel verschillende namen en gestalten, want hoe groter de macht en het machtsbereik van de god, des te meer verschijningsvormen bezit hij.
(De gevleugelde scarabee was het symbool van de wedergeboorte, want doordat de kever het mestbolletje met zijn eieren vooruit rolt, schuift hij elke morgen de zon over de horizon.)
Alleen 's middags en 's avonds verschijnt hij als mens; 's ochtends kan hij zich tonen als scarabee, de kever die onafgebroken een mestballetje rolt en waarvan men gelooft dat hij zichzelf kan voortplanten. Of de god komt als Re-Harachte rood en een valkenkop in het oosten op. Inde onderwereld draagt hij daarentegen een ramskop op zijn schouders of snijdt hij in de gestalte van een grote kat met een mes de slangenvijand Apophis aan stukken. In de loop van zijn meer dan drieduizendjarige heerschappij in Egypte heeft de zonnegod, om zijn macht te bewaren of te vergroten, nog andere gestalten aangenomen.
Hij wordt het eerst genoemd ten tijde van faro Djoser. Daarna riepen de koningen van de 5e dynastie hem uit tot de staatsgod en richtten ze zonneheiligdommen op: plaatsen in de open lucht, met in het midden een altaar met een steen en later een obelisk, als versteende zonnestraal. Het oudste zonneheiligdom bevond zich in Heliopolis ten noordoosten van de stad Caïro, dat nu vrijwel volledig verwoest is.
(De kat onder de naam Kemet.)
In Heliopolis bestond al een lokale god, AStum, die Re niet verdreef, maar waarmee hij zich verbond. Dit is in overeenstemming met de, voor ons moeilijk voorstelbare, denkwijze van de aan tradities gebonden en van compromissen houdende Egyptenaren. Zij kennen geen
'of ... of ' maar verkozen 'zowel ... als '.
Van deze tijdelijke , maar altijd gunstige verbindingen getuigen de goden nam,en die zijn samengesteld als scheikundige formules. Zo werd Re re-Atum en daarmee scheppingsgod van vader van een machtige godenfamilie, de 'Negenheid' van Heliopolis. Daar was hij, volgens een oer oude mythe, tijdens de schepping van de wereld ontstaan: uit het donkere, chaotische oerwater Nun dook toen een slijkheuvel op en daarop verhief zich Atum, de 'Alheer met de geheimzinnige naam', in slangen- of scarabeeëngestalte. Hij masturbeerde en schiep uit zijn zaad het eerste godenpaar: Tefnoet, 'de vochtige', en de luchtgod Sjoe, die op hun beurt de ouders werden van Geb, de aarde, en Nut, de hemel. In een spectaculaire, in de Egyptische kunst vaak uitgebeelde daad voltrok zich vervolgens de scheiding van hemel en aarde: de met veren versierde luchtgod tilt van de liggende Geb het met sterren bedekte lijf van Nut, de kosmische orde is geschapen. Osiris, Isis, Seth en Nephthys vullen de godenfamilie aan tot Negenheid.
Dit proces werd herhaald toen na de instorting van het Oude Rijk in de 11e dynastie tot een nieuwe vereniging van het rijk kwam. men verlangde naar vernieuwing: er werd een nieuwe hoofdstad gebouwd, Thebe, en daar schiep de priesterkaste een nog ongebruikte rijksgod met de naam Amon. Net zoals men ooit in Heliopolis Atum met Re versmolten had, verbond nu de 'jonge' Amon met de oude staatsgod tot Amon-Re.
In Karnak werd een reusachtige tempel gebouwd en de nieuwe god speelde tot het einde van de Egyptische geschiedenis een zeer belangrijke rol. dat verhinderde de zonnegod echter niet tegelijkertijd in zijn oergestalte als zonnegod actief te blijven: als Re van Heliopolis vormde hij het Nieuwe Rijk. Elke poging dit evenwicht tussen de goden ten gunste van Re te verstoren zou mislukken.
Farao Echnaton (links afgebeeld), gehuwd met Nefertiti (rechts afgebeeld) probeerde het in de 18e dynastie: de zonneschijf Aton moest alleen aanbeden worden. het oude godendriemanschap moest uit de godenbark verbannen worden en hun tempels moesten sluiten. Hij liet hier zelfs een nieuwe stad voor bouwen Achetaton, het huidige Amarna. tevens trachtte hij op deze wijze de macht van Thebe priester te ondermijnen. Echnaton maakte de fout zichzelf te verenigen met de zonneschijf Aton.
Maar het Egyptische volk en vooral de priesters wilden hun vele goden en mythen niet kwijt: na de dood van Echnaton keerde alles tot de 'goddelijke orde' terug, zoals het Re in de oude tijden gewild en door Maät verzekerd werd.
Echnaton en Nevertiti kregen twee dochter en één zoon Toetanchamon, welke laatste pas na zijn dood en de vondst van zijn graftombe, wereldse bekendheid zou krijgen.
(zie vervolg deel 3.)
Echnaton en Nevertiti kregen twee dochter en één zoon Toetanchamon, welke laatste pas na zijn dood en de vondst van zijn graftombe, wereldse bekendheid zou krijgen.
(zie vervolg deel 3.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten