maandag 30 januari 2012

DE KRIS UIT INDONESIË. (Deel 2)





DE KRIS UIT INDONESIË. (2)







HET MATERIAAL.


Men kan de krissen in twee groepen indelen afhankelijk van welk materiaal ze zijn gemaakt. De enen groep wordt gevormd door de krissen waarvan het lemmet bestaat uit glad gesmeed staal of ijzer, de andere groep waarvan het lemmet is samengesteld uit stroken metaal van verschillende kwaliteit. De meest kostbare krissen zijn samengesteld uit stroken nikkelhoudend meteoorijzer.

(Een zeer fraaie oude kris uit Bali.)


Op Java zijn enige meteorieten gevonden en een groot stuk meteoriet ligt bij de kraton van Solo. Men noemt dit het; 'ijzer van de goden' en brengt er ook offers aan.
Voor het verbinden van gewoon ijzer aan de stroken nikkel houdend ijzer is een speciale techniek vereist, waarbij beide soorten volgens een bepaalde volgorde op elkaar aaneen gesmeed worden. Dit is het geheim van de smid!






MODELLEN.

Het lemmet van de kris is recht of gegolfd van vorm, waarbij beide vormen zijn afgeleid van de mythische slang, de naga. Het rechte lemmet symboliseert de rustende slang en het gegolfde lemmet de slang in beweging. Op Java bestaat er een sterke relatie tussen de kris en de slang. Om de magische kracht van de kris te vergroten, smeert de Javaan deze in met het inwendige van een slang.



De meest voorkomende versiering van het gevest van de kris is de vorm van een mens, dier of vogel. Vooral de leeuwenkop is een geliefde afbeelding. Maar veelal komt men ook afbeeldingen tegen uit de mythologie, halfmens, half dier. Door de opkomst van de islam op Java versoberde snel al de versieringen aan de schede en gevesten.







Bij de Balinezen welke hindoe van geloof zijn, wat niet verward moet worden met het hindoe geloof in India, zijn de krissen juist rijk versierd. Vaak gaat de versiering van de schede volledig over in de schoen, de afsluitrand aan de bovenzijde van de schede, en het gevest.



Veelal wordt de kris rijk versierd met koper- of zilverbeslag en voorzien van bloemen- en planten motieven. Vaak bestaat het geheel uit fraai houtsnijwerk met afbeeldingen uit mythische vertellingen van de Barung, waarin ook een krissen dans wordt opgevoerd.









( Een Balinese kris gedragen op een bruiloft.)




Ook hier wordt de kris gedragen bij tempelceremonies of bruiloften achter in de gordel of zoals bij een huwelijk achter op de rug met het gevest achter de rechter schouder.









De oude traditie van de Kris gaat zowel op Java als op Bali langzaam verloren. Veel van deze erfstukken komen op de antiekmarkt terecht omdat men er geen waarde meer aan aan deze traditie hecht of omdat men geld nodig heeft. Echte fraaie modellen moeten dan ook een aardige prijs opbrengen en dan is het nog wat de gek er voor geeft.








DE KRIS UIT INDONESIË. (Deel 1)







                 DE KRIS UIT INDONESIË. (1)






ALGEMEEN.


Niet alleen op Java, maar over de gehele Indonesische Archipel vormen krissen, dolken en zwaarden een stuk traditie. Vooral op Java en Bali zijn het karakteristieken elementen in hun dagelijkse cultuur. De kleding van een Javaan of een Balinees zou bij een ceremonie niet volledig zijn zonder kris.
De kris is een speciaal en bijzonder onderscheidingsteken van de man. In vroegere tijden was het een geducht wapen in de strijd tegen een vijand.

(Een kris uit Kalimantan [ vm. Borneo].)












Bij feestelijke gelegenheden draag de Javaan ook nooit slechts één kris, uit eerbied voor zijn voorouders draagt hij, naast zijn eigen kris, degene die hij van zijn vader erfde, rechts achter zijn gordel. Een getrouwde Javaan draagt bovendien ook nog links achter de kris die hij als huwelijksgeschenk van zijn schoonvader heeft gekregen.




( Een Javaan draagt een kris.)

Verkeerd een Javaan in hoger gezelschap, dan zal hij de kris zo dragen dat de handgreep onder zijn rechterschouder uitsteekt. Omdat een kris niet alleen een teken van zijn waardigheid is, zal hij in noodsituaties beide krissen aan de linkerzijde zo tot het grijpen hebben. Het was vroeger de gewoonte dat iedere Javaan een kris in zijn bezit had.










MYSTIEK.

Afgezioen van het feit dat de kris zowel een wapen is om te dragen als een sieraad, heeft deze ook nog een rituele betekenis. Volgens de overleverinmg die op vele manieren wordt verteld, maar waarin het er uiteindelijk op neerkomt, werd de smeedkunst om een kris te maken eens door de goden aan de mensen toevertrouwd.
Hoe lang de kris reeds in Indonesië in gebruik is weet men niet.


( Een Javaanse kris.)

De Javaanse wapensmid, empu genaamd, deed zijn werk met religieuze overgave, door hem werd de kris 'bezield' en kwamen er prachtige kunstwerken tot stand. Geen kris is gelijk aan de andere.
Aan sommioge krissen werden zelfs bovennatuurlijke krachten toegeschreven. Men offerde zelfs aan dergelijke krissen. Men zal ook nooit met de punt van het lemmet naar zich zelf toewijzen om de geest van het mes niet te verzoeken.
Zo leefde het geloof in de geest en macht van de kris naast het moslim geloof van de Javaan.



                                                    (Een Balinees draagt een kris.)


                                                              (Zie vervolg deel 2.)







zaterdag 28 januari 2012

JAKARTA. De keerzijde van de medaille.





    JAKARTA DE KEERZIJDE 

       VAN DE MEDAILLE.






Vervuiling van het oppervlaktewater is in Jakarta enorm. Kleine rivieren slibben dicht en de kanalen zijn een smerige stinkende drap. Tonnen plastic- en kunststof afval drijven op het water, van kanalen en rivieren en zinken langzaam naar de bodem. Plastic, van zakjes waarin eten wordt verkocht, plastic van boodschappentasjes, plastic drinkwaterflessen, kunststof containers met resten olie of chemische middelen, huisraad, lege oliedrummen en dode dieren.





Het is een bron van ziekte en infectie met daar tussen ratten zo groot als konijnen.

Uiteraard is de vervuiler de mens zelf.








Oorzaak is de overbevolking van deze miljoenen stad en de gebrekkige vuilnis ophaaldienst. Maar het ook een groot gebrek aan voorlichting van de regering, op scholen, in kranten en op reclamespotjes op de televisie.

De kanalen aangelegd tijdens de Nederlandse overheersing kunnen niet meer worden doorgespoeld, daar de spoelsluizen niet meer werken.




Ook in de haven drijft overal plastic, kunststof en olieresten op het water. Achteloos overboord gegooid vanaf de schepen. Deze enorme vervuiling komt uiteindelijk ook in de zee terecht, wat weer ecologische gevolgen heeft, zoals het afsterven van het koraal.










Het is moeilijk te realiseren, dat er nog duizenden mensen zijn die van dit afval leven. Zowel op het water als op de vuilnisstort. Op planken of vlotten van bamboe pedellen ze door de viezigheid en verzamelen het plastic wat gerecycled kan worden. Papier, karton, metalen, elektronica resten alles wordt gescheiden en helaas voor het merendeel door kinderen. Zo verdienen ze er een paar rupiah mee, net genoeg om een hap rijst te kopen.



Het merendeel van deze mensen zijn migranten die van het platteland naar de grote stad trekken in de hoop op een beter leven, maar veelal ongeschoold en zonder vastwerk. Veel jonge lui vervallen dan ook in de criminaliteit.


Ze leven in krotten, waar wij nog geen hond in zouden onderbrengen. Langs de rivieroevers staan ze op palen gebouwd boven het stinkende water, verstoken van iedere sanitaire voorziening. Ze bouwen boven het water daar ze dan zogenaamd geen grondbezit hebben. Uit de beerput waarboven ze leven wordt ook nog vis gevangen die ze opeten. Schoonwater (niet drinkbaar) wordt ergens uit een centrale kraan getapt of men gebruikt regenwater.
Deze menselijke bron van armoede en ellende dringt soms zover richting het stadscentrum op, dat ze met honderden uit hun bouwval worden verdreven, met wat ze kunnen reden van hun bezittingen, door de politie en het leger die dan het geheel platbranden en met bulldozers verwijderen. Dat hier soms doden bij vallen wordt niet over gesproken en een ander onderkomen krijgen ze ook niet.

Zo is dit een steeds terugkerende cyclus van ellende en verdriet.

                                                        ( Schoon badwater?)

De regering transmigreerd veel van deze gezinnen naar andere eilanden en hoopt dan dat ze daar een bestaan kunnen en opbouwen, maar of dat helpt blijft de vraag, daar ze door de lokale bevolking daar echt niet met open armen worden ontvangen.

Dit is de keerzijde van de medaille van iedere grote stad in Indonesië, maar vooral op Java.

Het is iets wat maar weinig toeristen te zien krijgen of misschien helemaal niet willen zien.












JAKARTA. LAATSTE DAG EN AFSCHEID.



JAKARTA - INDONESIË. 1989.

LAATSTE DAG EN AFSCHEID.





ZATERDAG 21 JANUARI 1989.

Wat doe je zo'n laatste dag voor vertrek? Laat opgestaan en begonnen met het inpakken van al de bagage, dat wat ik reeds bij me had en dat wat er in de afgelopen weken bij was gekomen.

Het was passen en meten maar ik kreeg het niet in mijn koffers gepakt. Dus snel naar Jalan Surabaya gegaan om een stevige tas te kopen, waarin ik de niet breekbare artikelen verpakte en de rest in mijn koffers. Het was een geluk dat ik van mijn werkgever met een gewicht van 45 kilo mocht reizen, want daar kwam ik zeker aan buiten mijn handbagage.

Verder was het een dag van vrienden ontmoeten en samen nog wat eten en drinken en afscheid nemen. Ze hadden ook weer allemaal een afscheidsgeschenkje bij zich en wist dit in de tas onder te brengen. Al met al werd het met Torang en de vrienden kliek laat deze avond.


ZONDAG 22 JANUARI 1989.


Ik werd op tijd door Torang en een paar vrienden met de auto opgehaald om naar het vliegveld van Jakarta te gaan. Het was maar goed dat we ruim de tijd hadden genomen, daar er een protest actie gaande was en het verkeer volledig vast zat op sommige kruispunten, maar we haalden het. Het was een emotioneel afscheid op het vliegveld na deze prachtige weken met vriendschap. Ik beloofde heilig weer terug te keren naar Indonesië.



Met Singapore Airlines naar Singapore gevlogen en daar overgestapt op de vlucht met de zelfde maatschappij naar Amsterdam-Schiphol. Zowel bij het inchecken van de bagage in Jakarta als bij de douane in Amsterdam geen problemen ondervonden.


Na keurig op tijd geland te zijn op Amsterdam - Schiphol, was het wel wennen aan het koude en gure weer in Nederland. Het waren de geweldige fijne herinneringen die de kou verdreven.


vrijdag 27 januari 2012

JAKARTA. ART & ANTIEK.



JAKARTA ART EN ANTIEK!

         INDONESIË 1989.





VRIJDAG 20 JANUARI 1989.


In de late ochtend naar Ancol Art Market gegaan met de taxi. Het is echt een plaats als je wat aardigs wil kopen als aandenken voor het thuisfront. Een plaats voor 'souvenir hunters and art lovers'. Je kan er ook de kunstenaars zelf aan het werk zien met schilderen, houtsnijden, wajangpoppen maken en batikken.








Zo viel mijn oog op twee fraaie wajangpoppen, maar toen ik vroeg wat ze moesten kosten bleken ze niet te koop te zijn, daar de maker bezig was met een hele spelcollectie.Na veel een en weer gepraat kwam de maker er met twee andere poppen te voorschijn, waar volgens hem een klein foutje aanzat, maar dat ik zelf niet eens kon ontdekken. Deze kon ik wel van hem kopen en toen begon het pingelen over de prijs. Ik had dit aardig onder de knie gekregen en na twee bij te zijn weggelopen, daar ik de prijs te hoog vond, kwam hij me achterna met een nieuw aanbod en werden we het uiteindelijk eens. Hij zal er toch zeker wel een aardige boterham aan verdient hebben.


Voor het thuisfront een paar fraai bewerkte kistjes gekocht die altijd wel ergens voor gebruik zouden worden, al was het alleen al voor de sier.


Met mijn inkopen met de taxi terug gereden naar het stadsdeel Menteng en me aflaten zetten aan het begin van Jalan Surabaya. Langs één zijde van deze straat ligt de Pasar Barang Antik.


Hier is met zegen en schrijven van alles te koop, 'kunst', koperwerk, lampen, glaswaren, porcelain, zilverwerk, houtsnijwerk, scheepsbenodigdheden, zwaarden, geweren tassen en koffers etc. etc.
Of het nu antiek is, of niet, het blijft de vraag, en als het er niet oud uitziet maken ze het wel oud.


Je moet hier dus een echte kenner zijn wil je niet van een koude kermis thuis komen. Maar al met al is het de moeite waard om er lekker rond te kijken en je ogen de kost te geven.
s'Avonds met Torang en een paar vrienden uit eten gegaan. Nog één dag en dan is het weer 
huiswaarts vliegen.







JAKARTA - SUNDA KELAPA & PUIMSTEEN.


         JAKARTA - SUNDA KELAPA 

                   EN PUIMSTEEN. 

                  INDONESIË 1989


DONDERDAG 19 JANUARI 1989.


Deze ochtend eerst bij de kleermaker langs gegaan. Al mijn shirts en broeken waren klaar, dus inpakken, betalen en wegwezen.


SUNDA KELAPA DE OUDE HAVEN MET DE 

PINISI ZEILSCHEEPJES.





In de middag met de taxi naar de 'schoenerhaven' Sunda Kelapa gegaan. Het is wel oppassen als je een taxichauffeur vraag om je naar Sunda Kelapa te brengen, daar er ook een straat is met die naam. Men kent de haven hier onder de naam Pasar Ikan.
Deze schoeners, Pinisi, onderhouden de handel tussen de eilanden waar grotere schepen vanwege hun diepgang niet kunnen komen. Ze komen oorspronkelijk uit Sulawesi en worden bevaren door de Bugis. De scheepjes, vroeger hoofdzakelijk zeilscheepjes, maar nu veelal uitgerust met een dieselmotor, worden nog met mankracht geladen of gelost.
Het is iets waar je echt uren naar kan zitten kijken.





Van een van de scheepjes werden zakken met stenen gelost en ik was verbaast hoe gemakkelijk men deze volle zakken over een loopplank de wal opdroeg. Maar toen ik het gesteente beter bekeek en het woog in mijn hand bleek het puim steen te zijn.









PUIMSTEEN.
Puimsteen is een sterk poreus vulkanisch gesteente. Door de grote hoeveelheid holtes is het gesteente zeer licht zodat het zelfs op water blijft drijven. Zo komt het voor dat het gesteente ver van de vulkaanuitbarsting door de zeestroming wordt meegenomen en elders op de wereld op stranden komt te liggen.

Puimsteen ontstaat wanneer bij een vulkanische eruptie de vloeibare lava, die veel gassen bevat, zodanig snel afkoelt in het water dat de gasbelletjes niet de tijd krijgen te ontsnappen uit het gesteente. In de oudheid gebruikte men het om zich te scheren, maar tegenwoordig kent men het meer als een schuurmiddel gebruikt door de huisschilders. Ook wordt het gebruikt om de eeltlagen op de voeten glad te houden.

In de bouw wordt gemalen puimsteen gebruikt in cement en als ingrediënt in bepaalde betonsoorten. Ook in de grond- weg- en waterbouw als licht ophoogmiddel bij de aanleg van wegen waar de slappe veenbodem voor een slechte ondergrond zorgt

Na Sunda Kelappa te hebben verlaten ben ik wat aan het rondzwerven gegaan en heb toen echt de keerzijde van de medaille van Jakarta gezien, maar daar later meer over.
In de avond Torang weer ontmoet die zeer geïnteresseerd was in mijn ervaringen in de afgelopen dagen. Hij adviseerde me om eens een kijkje te gaan nemen op de Ancol Art Market, Pasar Seni Ancol, niet ver van Sunda Kelapa, een plaats om mooie souvenirs te kopen.













donderdag 26 januari 2012

LOMBOK - BALI - JAKARTA.



        VAN LOMBOK NAAR BALI. 

                 INDONESIË 1989.





WOENSDAG 18 JANUARI 1989.

We waren net op tijd in Lembar om de veerboot te halen naar Padangbai op Bali. Zonnig was deze overtocht niet door zware naderende regenbuien met aarde donkere wolken.



Ook de zeegang was niet al te glad en de nodige passagiers kregen last van zeeziekte.Zo vulde er menigeen een zakje of hing over de railing.

We hadden afgesproken elkaar weer te treffen bij het vliegveld en zo haalden we dan de middagvlucht naar Jakarta.


 Ook in Jakarta, onder weg van het vliegveld naar de binnenstad, was het één grote verkeerschaos door de ondergelopen straten door de zware regenval die avond. Ik had geen zin meer die avond nog ergens naar toe te gaan en at die avond in het winkelcentrum onder de flat maar een pizza als avond eten.


LOMBOK één dag.


LOMBOK ÉÉN DAG.

  INDONESIË 1989




DINSDAG 17 JANUARI 1989.


Ondanks dat we afgelopen nacht allemaal laat in ons bed lagen was iedereen present deze ochtend om met een gehuurde mini-bus aan de kleine eiland tour te beginnen. We maakten een uitstapje naar het zuiden van Lombok en genoten van het prachtige landschap, wat een heel ander charme heeft dan dat op Bali en het zag er allemaal veel rustiger en schoner uit.








Bij het ongerepte witte strand van Kuta op Lombok genoten we van de rust. Hier staan nog geen hotels en zijn er dus ook geen horden toeristen te vinden.
In een kleine baai heerlijk gezwommen met als enige voorbijganger een landbouwer met zijn buffels die hij een einde verder bij een kleine rivier uitmonding ging wassen.

De kust van Lombok is hier grillig gevormd en geeft zodoende steeds een ander aanzien. Het water klaar helder en je zwemt tussen prachtig gekleurde visjes.




Vlak bij het strand was een man bezig met het vlechten van palmbladeren voor dakbedekking van zijn huis. Deze stroken worden overlappend op het dak aangebracht en zijn waterdicht, maar wel lucht doorlatend zodat het binnen in het huis koel blijft.

Zijn huisdier, een aap, wist (ook zonder al de tv reclame) dat bronwater drinken gezond was.




























Op de terugweg naar Ampenan passeerden we een origineel Sasak dorp met de typische huizenbouw. Deze dorpen staan bekend om hun met de hand gevormde aardewerken potten welke gebakken worden in een kokosbast vuur.

Rond zevenen waren we terug in ons hotel en maakten het deze avond niet te laat, daar we bijtijds op moesten staan vroeg de vroege oversteek naar Bali en onze namiddag vlucht terug naar Jakarta. Het was een mooie dag geweest.


BALI naar LOMBOK.



VAN BALI NAAR LOMBOK. 

       INDONESIË 1989.





MAANDAG 16 JANUARI 1989.


Na een laat ontbijt en ingepakt te hebben, wat nodig was voor een paar dagen, met een gedeelte van de groep met een mini-bus naar Padangbai aan de oostkust van Bali gereden.
De achterblijvers zouden op de rest van de bagage passen.
Om 14.30 uur vertrokken we met mooi weer uit Padangbai met de veerboot naar Lembar op Lombok, alwaar we tegen 19.00 uur arriveerden.


We hadden tijdens de oversteek een prachtig uitzicht op de kusten van beide eilanden.
Tijdens de oversteek leerden we twee Nederlanders kennen en daar wat mee afgelachen. Ze bleken naar het zelfde hotel te gaan als wij. Dus dat beloofde wat!



Gezamenlijk met een mini-bus van Lembar naar Ampenan gereden, waar we goede kamers kregen. Na gezamenlijk uit eten te zijn gegaan tot s'nachts twee uur buiten op de waranda gezeten met een natje en een droogje en met de tranen in onze ogen van het lachen.