maandag 20 november 2023

HULST ONTDEKKEN. GEVELS, GEVELSTENEN, SNIJRAMEN, ETC. (DEEL 1)

 

    EEN PLAATSNAAM 

  VERNOEMD NAAR DE 

      STRUIK HULST.

                         DEEL 1.


HULST.



HULST.


Hulst is een Zeeuwse en Oost-Vlaamse vestingstad In de Nederlandse provincie Zeeland.
De naam van de stad Hulst is afgeleid van de hulst, een struik die veel in de omgeving van de plaats voorkwam.
Hulst wordt genoemd in het middeleeuwse verhaal Van den vos Reynaerde, wat in de stad te merken is.

Hulst ontstond in de 11e eeuw als de nederzetting Hulust en kreeg in 1180 stadrechten van de Vlaamse graaf Filips van de Elzas, en ontwikkelde zich tot een belangrijke vesting- en haven stad.

Aanvankelijk was de Saxvliet de belangrijkste toegang tot de haven.
De stad bloeide op door de aanwezigheid van de haven en de moernering die ten noorden van de stad plaats vond. Moernering werd gedaan in veen gebieden die doordrenkt zijn geweest met zeewater en daardoor rijk aan natrium was en zo zout kon worden gewonnen, waardoor men minder zout uit Frankrijk en Duitsland moest aankopen.

De stadsrechten werden in 1350 uitgebreid en in 1413 werd toestemming tot de aanleg van verdedigingswerken verleend. In 1453 werd de stad, tijdens de Gentse Opstand, de Zoutoorlog, vrijwel geheel verwoest. Van 1453-1477 werden de wallen en de poorten versterkt, maar de Gentenaren brandschatten de stad opnieuw in 1485 en 1491.

In 1458 vestigden zich de Minderbroeders in Hulst. Verschillende abdijen hadden in Hulst een refugehuis, waaronder de Abdij van Boudelo, de Abdij van Canbron en de die van Onze-Lieve-Vrouw Ten Duinen. 

Nadat het omliggende gebied in1585 was geïnundeerd, onder water gezet, schuurde het Hellegat uit en werd dit de nieuwe haven. 
Hult was een belangrijk vestingstadje, dat gedurende Tachtigjarige Oorlog in 1591 door prins Maurits werd veroverd, in 1596 heroverd door de Spanjaarden en in 1645 kwam het weer in staatse handen door Frederik Hendrik. Onder het bewind van Fredrik hendrik was handel op de Schelde niet toegestaan en verloor Hulst zijn betekenis als handelsstad. Hulst maakte tot 1648, de Vrede van Munster, met de rest van Zeeuws-Vlaanderen deel uit van het Graafschap Vlaanderen.
In 1702 wist de vesting  de Franse troepen te kunnen weerstaan, maar kwam in 1747 alsnog in Franse handen.
In 1795 werd de haven opgeheven: het Hellegat was verzand en het gebied werd ingepolderd. Tot 1816 was bebouwing buiten de vestinggordel niet toegestaan.

Toen in 1830 België onafhankelijk werd van Nederland, hebben Belgische en Franse militairen getracht om Zeeuws-Vlaanderen te veroveren.
Bij de wapenstilstand in november 1830 werden de provincie grenzen als scheidslijn gebruikt, daarna was Hulst nog in handen van de Belgen, tot 11 januari 1831.
Hulst werd door de Belgische regering toebedeeld aan het arrondissement Dendermonde. provincie Oost-Vlaanderen.
In 1845 werd de vesting aangekocht door de stad, en ze bleef zo voor de sloop bespaard. Door het Congres van Wenen waarop de landsgrenzen in Europa werden samengesteld, kwam Zeeuws-Vlaanderen, en dus ook Hulst, weer bij Nederland.

Hulst werd op 20 september 1944 bevrijd door de Poolse 1e Pantserdivisie  en kwam er een einde aan de Duitse bezetting Sedertdien is de stad buiten haar vesting sterk uitgebreid. De stad zelf is een beschermd stadsgezicht en telt 68 rijksmonumenten.

WAPEN VAN HULST.

Hulst verkreeg in 1180 stadsrechten, rond deze tijd kwam ook het eerste wapen van de stad op zegels voor met daarop een bisschop staande op een draak met een kruis boven zijn hoofd gevoerd.

Het wapen van Hulst vertoont sterke gelijkenissen met het wapen van Vlaanderen, de stad verkreeg stadsrechten van Filips van de Elzas, de graaf van Vlaanderen.
Het is niet vast te stellen of Hulst meteen een leeuw voerde in het wapen.


 
                 Wapen 1817.                            Wapen 1853.                                Wapen 1950.

Nadat het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden was ontstaan werden ook de stadswapens officieel vastgesteld bij de Hoge Raad van Adel. Het eerste vastgelegde wapen van de stad Hulst is op 31 juli 1817 aan de stad toegekend. Het blazoen luidt als volgt:  Van goud beladen met een gekroonde leeuw.
Het schild gedekt door gouden kroon. (Kroon heeft vijf bladeren en is een markiezenkroon.)
Dit wapen is niet gelijken aan dat van Vlaanderen, maar met het wapen van Holland.

Op 10 mei 1853 werd het tweede wapen van Hulst ingevoerd. Het is vrijwel identiek aan het eerste, met het grote verschil dat ditmaal het schild wordt gehouden door twee hulsttakken en het wapen geen kroon voert . Het blazoen luidde nu: Een schild van goud, beladen met een klimmende leeuw in rood. Het schild gedekt en omgeven met hulsttakken in groen.

Een kleine honderd jaar later op 17 april 1950 volgde er weer een wijziging in het wapen. Ditmaal veranderen de leeuw en de kroon. De leeuw was niet meer rood maar zwart, met een tong en nagels in rood. Ook kwam de keizerskroon op het schild te staan. De blazoen luidde vanaf toen: In goud een zwarte leeuw met rode tong en nagels. Gedekt door een keizerskroon van drie bladeren en twee parels  en ter weerszijden omgeven door een hulsttak in natuurlijke kleur.


Op 30 juni 1979 werd de balzoenering opnieuw aangepast. Dit vanwege de gemeentelijke fusie met andere gemeenten, en het wapen bleef gelijk aan dat van Hulst. In 2003 is de gemeente gefuseerd met onder andere Hontenisse en wilde Hulst het wapen daarvan overnemen, echter dan zou de keizerskroon komen te vervallen en van de Hoge Raad van Adel mocht het wapen van Hontenisse niet ongewijzigd over gaan op de nieuwe gemeente Hulst.
Uit historisch oogpunt werd het oude wapen van Hulst behouden.

Hulst is een van tien gemeenten in Nederland die de Rudolfinische keizerskroon voeren. De stad mocht deze gaan voeren naar aanleiding van een bezoek van Karel V. 

HULST ONTDEKKEN.

Hulst via de Gentse Poort binnen gegaan en al snel tot de ontdekking gekomen dat alle bezienswaardigheden zijn gelegen aan de Gentsestraat, de Grote Markt, het oosten en zuiden daarvan en de Steenstraat. Opvallend waren wel de straatnamen waarin ieder beroep een plaats had gekregen.
Maar een lange wandeling langs de bolwerken was ook vermoeiend maar de moeite waard.

GENTSE POORT.



         Van links naar rechts; Gentse Poort veldingang; Generalitietswapen op de Gentse Poort. 

De Gentse Poort is een van de stadspoorten van Hulst. De poort dateert uit 1780 en droeg voorheen de naam 'Hospitaalpoort' . De Gentse Poort is bovenaan versierd met natuurstenen ornamenten. 
In het midden staat het wapenschild met de Generaliteitsleeuw van de Republiek der Zeven Verenigde  Nederlanden.

REYNAERT MONUMENT.

Het Reynaert monument staat bij de Gentse Poort en werd op 12 september 1938 onthult op de Houtmarkt, maar werd in 1949 verplaatst.
Het is een hardstenen reliëf met daarvoor een bronzen beeld en stelt de hofscène uit het dierenverhaal Reynaert de Vos voor.
Het is een episch dierengedicht, geschreven tussen 1257 en 1271 door Willem die Madocke maecte. 
In het gedicht komt de stad Hulst voor. Reynaert de Vos, in pelgrimskledij, staat voor het hof van koning Nobel de Leeuw. Naast de koning staan onder andere Belijn de ram, Cantecleer de haan, Cuwaert de haas, Tibeert de kater, Bruun de beer en Isegrim de wolf. Rechts zit Tiecelijn de raaf op de galg en links op de achtergrond zijn de torens van Hulst te zien.

HET VERHAAL.

In het dierenrijk houdt koning Nobel hofdag.
Bijna alle dieren klagen over de kwaadaardige streken van Reynaert de vos, Bruun de beer en Tibert de kater worden er na elkaar op uitgestuurd om de vos te dagvaarden, maar deze zet hen dat lelijk betaald. Grimbeert de das lukt het wel om Reynaert aan het hof voorgeleid te krijgen. 
De vos wordt ter dood veroordeeld. Terwijl Bruun, Tibeert en Isengrijn de wolf de galg oprichten, weet de listige Reynaert koning Nobel met een subliem verhaal te overtuigen - ten onrechte - van zijn onschuld en wijst hij juist Bruun, Tibeert en Isegrijn aan als degenen die de straf verdienen. 
Als hij dan ook nog een schat ter sprake brengt, gaan de koning en koningin overstag. Reynaert wordt vrijgesproken. Maar weldra maakt de wrede vos nieuwe slachtoffers en blijven koning Nobel en zijn hof verslagen achter.
Het is een verhaal dat zelfs in deze tijd past.



Van links naar rechts:

Gentsestraat 20. Bijenkorf.

Grote Zwanenstraat 9. Wapen van Zeeland.




Van links naar rechts Raadhuis Grote Markt 21.

Wapen van Hulst. 

Wapen van Vlaanderen. 

Wapen van Hulst aan achterzijde.

STADHUIS OF RAADHUIS.


Het stadhuis of raadhuis van Hulst is een gotisch bouwwerk uit 1534 en bevindt zich op de Grote Markt.
Het eerste stadhuis werd in 1452 door Gentenaars verwoest waardoor een nieuw werd gebouwd in 1455.
Keizer Maximiliaan I verleende de dubbele adelaar aan zijn keizerstad die anno 2012 de torenspits bekroont.
Dit gebouw werd in 1485 door de Hulstenaars in brand gestoken bij hun strijd tegen Gent.
Van 1528 - 1534 werd het huidige stadhuis gebouwd, opgetrokken uit ledesteen. Het heeft een kenmerkende, vierkante, slanke halletoren van vijf geledingen met aan achtkante bakstenen opengewerkte bekroning.

De voorgevel van het stadhuis heeft een bordes.
Aan de achterzijde van het stadhuis werd de vleeshal gebouwd, die later de functie kreeg van waag.
In 1796 was het bouwwerk bouwvallig geworden. Tijdens de Belgische afscheidingsoorlog van 1830 - 1839, diende het gebouw als kazerne, en van 1844 - 1846 werd het gebouw hersteld.
Daarbij werd het echter ook gewijzigd, zoals een toegangspoortje in Dorische stijl, en de achtkante bakstenen lantaarn.
Toen de torenspits van de Sint-Willibrorduskerk in 1886 door brand werd verwoest, werden de daarvan afkomstige wapens van Hulst en Vlaanderen, uit 1663, aan het stadhuis aangebracht. Van 1949 - 1951 werd het stadhuis gerestaureerd.
In de toren bevindt zich een stergewelf en bij de restauratie werd ook het oude cachot teruggevonden

GOUVERNEMENTSHUIS.

Het voormalige Gouvernementshuis is gelegen aan Markt 24 en is een breed pand dat voorheen De Rijkenborch heette en oorspronkelijk was gebouwd voor het kapittel van de Onze=Lieve-Vrouwenkerk te Kortrijk.
De besturen van de stad en het ambacht Hulst kochten het pand in 1641 aan als onderkomen voor de Spaanse garnizoenscommandant.
Na de verovering van Hulst door Frederik Hendrik werd het pand in 1645 verbouwd en in gebruik genomen als huis van de gouverneur graaf Hendrik van Nassau Siegen. Tot 1794 bleef het in gebruik als gouvernements- en commandementsgebouw.
De officieren die er verbleven, woonden het pand volledig uit. In 1815 kwam het pand in handen van de  notaris Willem Seydlitz en werd het pand in 1840 opnieuw sterk gewijzigd. Het kreeg het uiterlijk met een gepleisterde gevel, dat het heden nog bezit.
In 1973 werd het een bankgebouw om in 1990 te worden gerestaureerd. De onderkeldering en de zijtrapgevels herinneren nog aan de middeleeuwse oorsprong van het huis.



Van links naar rechts: 

Gevels van herenhuizen aan de Grote Markt.

Waterpomp geplaatst aan de gevel van een pand 
in de Steenstraat.










Op de Grote Markt staat een beeldengroep met de benaming "Als de vos de passie preekt "  (Boer let op je eenden) 
Het is een humoristische beeldengroep waarin de vos Reynaert een zestal een den toespreekt.
De eenden werden vervaardigd uit zwerfkeien en hebben bronzen kop en poten



SINT-WILLIBRORDUSBASILIEK.

De basiliek is gelegen in het centrum van Hulst, Steenstraat 2,  en is toegewijd aan de missionaris Willibrordus.
Omstreeks 1200 werd een kleine romaanse kerkgebouw opgericht aan de voet van de motte. In de eerste helft van de 15e eeuw  werd ze vervangen door een kerk in gotische stijl, ook Brabantse gotiek genaamd.
Vanaf 1462 werd de kerk herbouwd naar haar huidige vorm. Bij de werkzaamheden brak brand uit en werd de toren en het schip in as gelegd, evenals het nieuw gebouwde koor. De wederopbouw werd pas in 1481 opgestart.
De bouw van de kerk werd afgerond in 1535.

De torenspits is vele malen vervangen.
De laatste keer was na de Tweede Wereldoorlog in 1957.
Omdat de toren een uitkijkpost was over de Westerschelde voor de Duitse bezetter, werd deze in 1944 kapotgeschoten door de Poolse bevrijders.
De spits  van de huidige betonnen toren stelt een Christusbeeld voor omringt door engelen met het gezicht naar het kruisbeeld gericht. Rond het deel waar de klokken zijn opgehangen staan stemvorken.
Door Duitse soldaten die tijdens de Tweede Wereldoorlog in toren waren gelegerd zijn naziteksten en een hakenkruis op de muren aangebracht. Na veel discussie werd besloten dit te handhaven als aandenken.
De kerk werd in 1935 tot basiliek verheven door paus Pius XI en op 18 augustus 2004 werd de basiliek een wapen toegekend. Onder het wapen op een lint de tekst: In Dei Nomine Feliciter; vertaald In de naam God gelukkig.


Van links naar rechts Steenstraat: Scène uit Reynaert: De Koning gebied alle dieren naar zijn hof te komen. nr. 2; Molentje. anno 1646. nr. 3; Sint Willibrordus. nr 22.



Met de klok mee Steenstraat: 

Wapen van Hulst. nr. 24 -26. boven pomp.

Hondekop. nr. 33.

Wapens van Hulst en Generaliteit.
's Landshuis nr. 37.



     Zie vervolg: HULST ONTDEKKEN. GEVELS, GEVELSTENEN, SNIJRAMEN, ETC. DEEL 2.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten