donderdag 16 januari 2025

KON. NEDERLANDSE MARINE EMBLEMEN (ONDERDELEN) DEEL 2.

 

   EMBLEMEN (WAPENSCHILDJES)

   VAN ONDERDELEN EN SCHEPEN

      VAN DE KON. NED. MARINE.

                                         DEEL 2.


WAPENEMBLEMEN KONINKLIJKE MARINE.



EMBLEEM MARINE LUCHTVAARTDIEST; geeft weer een rond schild van azuur met in het midden een cirkel vormig oranje veld, in de beneden kwartieren beladen met vier golvende balken van zilver; het schild omgeven door een schildrand van Nassaus blauw met daarop in de bovenste helft Marine en in de onderste helft Luchtvaartdienst in Latijnse letters van zilver en het geheel beladen met een vliegende adelaar van goud; het geheel van schild en schildrand omkranst door een oranjetak van sinopel, geplaatst op twee gekruiste ankers van goud en gedekt met een koninklijke kroon; onder stralenkrans een golvend lint van azuur met daarop 'aera possideo ac mare' ( zowel in de lucht als op zee ben in meester) in Latijnse letters van zilver.

Het embleem is ontleend aan de vlag van de Marine-
luchtvaartdienst (MLD), die bij Kon. besluit 2 van 2 december 1943 was toegekend.
De vlag werd werd bij Kon. besluit 131 van 18 augustus 1962 vervangen door een vaandel, waardoor de afbeelding in de vlag zou vervallen.
De MLD nam daarop het initiatief om deze afbeelding te plaatsen in een dienstembleem.
Het verwijst naar de werkzaamheden van deze dienst boven land en zee.


EMBLEEM 7 SQUADRON MVKK; geeft weer in keel een Zuid-Hollandse watermolen van zilver boven een van de vier stukken in zilver en azuur golvend gedwarsbalkte schildvoet. Als embleemspreuk 'nimmer te vang' in Latijnse letters van zilver op een lint van keel. Het geheel geplaatst in de gebruikelijke omlijsting.
De molen verwijst naar de helikopters (wentelwieken) waarmee 7 squadron is uitgerust. Omdat de helikopter boven zee opereren is gekozen voor de golvende schildvoet en het type watermolen. Dit type molen komt veel voor nabij vliegkamp Valkenburg, waar 7 squadron was gehuisvest. De kleurencombinatie rood-wit-blauw verwijst naar het Nederlandse karakter van dit squadron. "Nimmer ten vang' is een molenaars term 'altijd gereed om te draaien' en verwijst naar de paraatheid van dit squadron.



EMBLEEM 860 SQUADRON MVK; het geeft weer in azuur een gevleugelde en gepantserde rechtervuist van zilver, welke drie bliksemschichten van goud afweert.
De vuist geplaatst op een golvende zee van zilver en azuur van vier stukken. 
Als embleemspreuk 'arcens affligo' (afwerend tref ik)  in Latijnse letters van sabel op een lint van goud.




Vanaf een vliegkampschip opererend moest dit squadron vijandelijke luchtaanvallen afweren. Deze aanvallen worden in het embleem verbeeld door bliksemschichten, de verdediging de vuist.
Aan boord van de Hr.Ms. Karel Doorman werd de embleemspreuk weleens vertaald met 'erregens affliegen'. Tegenwoordig gebruikt 860 Squadron helikopters om vanaf fregatten te kunnen opereren.



EMBLEEM 990 SQUADRON MARITEIM VLEIGKAMP DE KOOY; geeft weer in azuur een feniks van goud opstijgende uit vlammen van keel. Als embleemspreuk "herboren herrijs ik' in Latijnse letters van goud op een lint van azuur.
De herboren feniks, een mythologische vogel, verwijst naar de wederopbouw van De Kooy na de Tweede Wereldoorlog en naar de reparatiewerkzaamheden die hier aan vliegtuigen worden uitgevoerd.
Het embleem werd ontworpen door kapitein-luitenant ter zee waarnemer G.H.Woudstra, de commandant van dit vliegkamp nabij Den Helder.


HET EMBLEEM VAN DE DIENST DER HYDROGRAFIE; geeft weer in zilver drie golvende dwarsbalken van azuur, waaroverheen een door een gouden anker omboord ovaal schild van zilver met een naar schuinrechts gewend onklaar anker van sabel, waarvan de ketting om om het anker is gehangen. Het schild omgeven door een schildrand van azuur met in de bovenste helft 'Dienst der' en in de onderste helft 'Hydrografie' in Latijnse letters van zilver. Schild en schildrand omkranst door een oranjetak van sinopel, geplaatst op twee gekruiste ankers van goud en gedekt met de koninklijke kroon. 


Onder het geheel als embleemspreuk 'ex usu nautae' (ten dienst van de zeevarende) in Latijnse letters van zilver op een link van azuur.
Het ovale gekroonde schild werd al tietallen jaren door de dienst gevoerd voor het als embleem werd vastgesteld. De zeven golvende balken staan symbool voor de zeven zeeën die het operatieterrein van de hydrografische dienst zijn. In 1974 vierde de dienst haar 100 jarig bestaan.


EMBLEEM DIRECTIE OPERATIES; geeft weer in sinopel een omgekeerde keper van goud, beladen met een aan alle zijden rakende schijf voorstellende het Rijkswapen; de keper rustende op een golvende schildvoet, gedwarsbalkt van vier stukken van zilver en azuur. Geheel geplaatst in gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk: 'conjunctum in orbe' (verbonden in de wereld) in Latijnse letters van zilver op een lint van azuur.

EMBLEEM NETHERLANDS MARITIME FORCE (NL MARFOR); geeft weer in sinopel twee gekruiste ankers, waaroverheen een leeuw, gekroond met een kroon van drie bladen en twee parels met in de rechterklauw een  zwaard en in de linker een bundel van zeven pijlen, tezamen gebonden met een lint, alles van goud, vermeerderd met een schildvoet golvend gedwarsbalkt van zilver en azuur. Geheel geplaatst in gebruikelijke omlijsting.
Op een lint van azuur zilveren Laijnse letter de embleemspreuk 'de mare efectus' (gemaakt door de zee).
Het embleem symboliseert het optreden op (golven van zilver en azuur) en vanuit (sinopel achtergrond) zee, en bevat de klassieke gekruiste admiraliteitsankers en de leeuw uit het Rijkswapen zoals in gebruik bij smaldelen, divisies en flottieljes.

EMBLEEM MARITIEM OPERATIE CENTRUM ABNL; geeft weer een schild gevierendeeld van azuur en sabel en over alles heen een leeuw van goud, getongd en genageld van keel, gekroond met een scheepskroon en in de rechter voorklauw opgeheven houdende in schuinlinkse stand een admiraalsstaf, alles van goud. Geheel geplaatst in de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk op een lint van azuur 'cor omnibus paratis' (hart voor allen die bereid zijn tot actie over te gaan)

Het embleem representeert de Nederlandse en Belgische leeuwen tegen een achtergrond van nationale schildkleuren: blauw, respectievelijk zwart. In zijn opgeheven rachterklauw houdt de leeuw een gouden admiraalsstaf, symbool voor de Admiraliteit Benelux. De 'Admiraliteitsleeuw' is gekroond met een zogenoemde scheepskroon, dezelfde die ook het embleem dekt. Deze kroon benadrukt het maritieme karakter van het MOC ABNL.  De scheepskroon zorgt er bovendien voor dat beide nationale leeuwen op neutrale wijze worden gerespecteerd: de gekroonde Nederlandse leeuw (maar met kroon van drie bladeren en twee parels) en de ongekroonde Belgische leeuw.

EMBLEEM MARITIEM WARFARE CENTRE: geeft weer een schild gekeperd van vier stukken, zilver en sinopel, en over beide middelste kepers twee toegewende dolfijnen van het een en het ander, de onderste keper beladen met een strombus (schelp) van goud.
Geheel geplaatst in gebruikelijke omlijsting.
Embleemspreuk: 'plus esse quam videri' (meer zijn dan schijnen) in Latijnse letters op een lint van sabel.
Dit embleem is een doorontwikkeling van de emblemen van het Analyse en Tactisch Centrum en het geruisanalysecentrum ( beide opgeheven). De kepers van sinopel symboliseren de tactiek en doctrines, het zilver de analyse. De dolfijnen de intelligente samenwerking tussen deze aspecten. De strombus verwijst naar het ruisen van de zee, dat erin hoorbaar is en symboliseert zo de taak om onderschepte geluiden te analyseren.

EMBLEEM DIRECTE MATERIËLE INSTANDHOUDING: geeft weer in keel een omgekeerde keper van goud, beladen  met een alle zijden rakenede schijf van azuur, bezaaid met blokjes van goud, waarop een leeuw van goud, getongd en genageld van keel. Gekroond met een kroon van drie bladeren en twee parels van goud, houdende in de rechter voorklauw een schuinlinks opgeheven zwaard van zilver met gevest van goud, in de linker voorklauw een bundel van zeven pijlen van zilver met punten van goud, tezamen gebonden met een lint van het zelfde, de keper rustend op een golvend schildvoet, golvend gedwarsbalkt van vier stukken van zilver en azuur . Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk: 'Classi fundamentum' ( de basis voor de vloot) in Latijnse letters van zilver op een lint van azuur.

EMBLEEM MARINE BASIS DEN HELDER: geeft weer in keel twee gekruiste ankers van goud, beladen met het wapen van West-Friesland, waarom heen de letters PPP. Het geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Als embleemspreuk 'pugno pro patris' (ik vecht voor het vaderland) in Latijnse letters van goud op een lint van keel.
Het embleem is afgeleid van het wapen van de admiraliteit van West-Friesland (1592-1795), waaronder de voormalige marinekazerne Nieuwediep ressorteerde. Bij de reorganisatie van de regionale bevels-structuur werd in 1968 de naam gewijzigd in Willemsoord. Bij de reorganisatie van 2012 werd de naam Marinebasis Den Helder.

EMBLEEM MARINEKAZERNE FORT ERFPRINS (DEN HELDER): geeft weer gevierendeeld: I rn IV in azuur, bezaaid met staande blokjes van goud, een leeuw van goud, gekroond met de Koninklijke kroon. Getongd en genageld van keel, in de rechter voorklauw opgeheven houdende in schuinlinkse stand een Romeins zwaard van zilver, met gevest van goud, en in de linker een bundel van zeven pijlen van zilver, met punten van goud. II en III gevierendeeld: 1 en 4 in keel een gouden schuin-balk; 2 en 3 in goud een jachthoorn van azuur, beslagen van zilver, gesnoerd en geopend van keel. Over deze kwartieren heen een hartschildje bestaande uit vijf vakken van houd grenzende aan vier vakken van azuur. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Als embleemspreuk 'je maintiendrai' ( ik zal handhaven) in Latijnse letters van goud op een lint van azuur.
Afgebeeld is het familiewapen van de kroonprins, later Koning Willem II (1792-1849), de naamgever van fort Erfprins te Den Helder.

EMBLEEM VAN BRAAM HOUCKGEESTKAZERNE (DOORN): geeft weer gevierendeeld: I en IV van sabel, met in een schildhoofd van zilver een ten halve uitkomende leeuw van keel, getongd en genageld van azuur; I en IIII in goud een dwarsbalk van keel, beladen met een lelie van zilver en vergezeld van drie ruiten van keel, geplaatst 2:1.
Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleem spreuk 'sans reproche' (zonder blaam) in Latijnse letters van sabel op een lint van zilver.
Afgebeeld is het familiewapen van de generaal-majoor der mariniers titulair F.A. van Braam Houckgeest (1837-1922), in 1881-1892 commandant van het Korps Mariniers. Hij onderscheidde zich tijdens een expeditie in Guinea in 1869. Bij de reorganisatie werd de kazerne als zelfstandige eenheid opgeheven, en werd bij beschikking S 10.961 van 27 september 1991 het embleem overgedragen aan de Groep Operationele Eenheden Mariniers.

EMBLEEM JOOST DOURLEINKAZERNE (TEXEL): geeft weer I en IV in zilver een landingsboot van sabel, varend op een zee, golvend gedwarsbalkt van vier stukken azuur en zilver. II in keel een drietand, waar overheen twee gekruiste geweren met opgeplaatste bajonet, alles van goud. III in goud twee toegewende leeuwen van keel, staande op de armen van een omgekeerd anker van sabel.
Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk 'medio fluctu servimus' ( wij dienen temidden van golven) in Latijnse letters van goud op een lint van azuur.
De landingsvaartuigen geven de werkzaamheden van de mariniers in deze kazerne weer, de drietand en geweren symboliseren het begrip 'zeesoldaat'. In het derde kwartier is tenslotte het gemeentewapen van Texel afgebeeld. Op 18 mei 1983 werd het AOK omgedoopt in Joost Dourleinkazerne, genoemd naar de majoor der mariniers (1911-1980) die op Oost-Java als compagniescommandant in 1946-1947 een belangrijke rol speelde in de strijd tegen de nationalisten.



EMBLEEM MARINIERSKAPEL: geeft weer in een veld van zilver een lier van keel, omkranst door een oranjetak van sinopel.
Het geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting.
De rode lier is afkomstig van het dienstvakembleem op het uniform van de leden van de kapel en is vanouds symbool voor de muziek.




EMBLEEM KORPS MARINEBRANDWEER: geeft weer in keel een zilveren brandweerhelm. het schild omgeven door een schildrand van zilver met Korps Marinebrandweer in Latijnse letters van keel. Schild en schildrand omkranst door een oranjetak van sinopel, geplaatst op twee gekruidste ankers van goud en gedekt door de koninklijke kroon. Onder het geheel de embleemspreuk 'preservering door preventie' in Latijnse letters van zilver op een lint van keel.
Het embleem verwijst naar de werkzaamheden van de marinebrandweer: het voorkomen en bestrijden van branden aan boord van schepen en inrichtingen van de Koninklijke Marine.

EMBLEEM TAMBOERS EN PIJPERS VAN HET KORPS MARINIERS; geeft weer doorsneden door een streep van zilver; I in azuur een omgewende signaalhoorn van goud; II in keel een horizontaal kapmas van zilver met een gevest van sabel. Het geheel op de gebruikelijke omlijsting.
Embleemspreuk: 'pulsatio cordis militum'  (hartslag van soldaten) in Latijnse letters van goud op een lint van azuur.
Bij de Kon. Marine zijn enkele oeroude elementen van het militaire optreden tot op de dag van vandaag bewaard gebleven. De inzet van Tamboers en Pijpers van het Korps Mariniers is daar een voorbeeld van. De oude, maar relatief kleine eenheid is organisatorisch ondergebracht bij de Marinierskapel der Koninklijke Marine.
Voor de opmaak is gekozen voor een doorsneden embleem. Op de grens van de doorsnijding is een smalle balk van zilver opgenomen. Dit staat symbool voor de 'ijzeren discipline'. Discipline die de tamboers en pijpers nodig hebben om vele taken perfect uit te kunnen voeren.


DE SIGNAALHOORN.

Bij de eenheid zijn tamboers ingedeeld, deze bespelen de trom, en pijpers, deze bespelen de pijperfluit (van het Duitse 'Pfeife' in het Engels 'fife'). De signaalhoorn wordt, tot op dag van vandaag, nog speeds bespeeld door zowel de tamboer als de pijper. het is dus iets wat beide specialismen verbindt. Zowel bij het degelijks als het ceremoniële tenue wordt de hoorn, wanneer niet bespeeld, op de rug gedragen. De hoorn maakt op deze manier een essentieel onderdeel uit van het beeld van de Tamboers en Pijpers. Binnen de Nederlandse militaire muziek zijn zij de enige eenheid die nog op deze wijze aantreden. Mede hierdoor zijn zij van grote afstand herkenbaar en visueel te onderscheiden van de Marinierskapel de Koninklijke Marine. De afbeelding van de signaalhoorn is gebaseerd op een van de eerste modellen welke ingebruik waren bij de Tamboers en Pijpers. Het betreft hier een roodkoperen hoorn van het zogenoemde 'Belgische model'. Deze werd ingevoerd rond 1800. 
 

HET KAPMES.

Het gaat hier om een afbeelding van het 'kapmes Marine M 1898'. Het gebruik van het wapen was bedoeld voor sergant-majoors, onderofficieren van de staf en de Tamboers en Pijpers van het Korps Mariniers. Het diende als bewapening van Tamboers en Pijpers om aan het gevecht deel te kunnen nemen. Een lange en zware sabel of klewang was slecht te combineren met hun muzikale uitrusting. Het kapmes werd tevens gebruikt voor het opruimen van bijvoorbeeld hindernissen en begroeiing.
Tot op de dag van vandaag dragen de Tamboers en Pijpers het kapmes aan de koppel wanneer zij gekleed gaan in het gala tenue. Zo onderscheiden zij zich visueel van de muzikanten van alle orkesten binnen de Nederlandse militaire muziek. Door het dragen van het kapmes is men zichtbaar als 'krijgsman' en niet als geüniformeerd muzikant.
De groep tamboers en pijpers hecht, mede hierom, veel waarde aan het dragen van het kapmes bij groot ceremonieel. 



EMBLEEM DIRECTIE PERSONEEL EN ORGANISATIE; geeft weer een schild van keel en een golvende schildvoet, golvend gedwarsbalkt van vier stukken, azuur en zilver. Over alles heen een driehoek van zilver, een punt naar boven en beladen met een schijf van azuur, bezaaid met blokjes goud. Daarop een leeuw van goud, gekroond met een kroon met drie bladeren en twee parel-punten van het zelfde, getongd en genageld van keel. In de rechter voorklauw opgeheven houdende in schuinlinkse stand, een zwaard van zilver met gevest van goud. In de linker een bundel van zeven pijlen van zilver met punten van goud, de pijlen tezamen gebonden met een lint van goud. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Als embleemspreuk 'nil volentibus arduum' (niets is te moeilijk voor hen die willen)  in Latijnse letters van zilver op een lint van keel.
De zilveren driehoek (piramide) symboliseert de personeelsstructuur van de marine. Om aan de top te komen moet men zich inspannen (de rode achtergrond). De golven in de schildvoet verwijzen naar het zeevarende werk. Centraal bevindt zich het embleem van het Ministerie van Defensie, zoals dat in elk directie-embleem is geplaatst.


EMBLEEM MARINE-ETABLISSEMENT AMSTERDAM; geeft weer  in het zilver een koggeschip met kraaiennest in natuurlijk kleur en vol zeil van keel, waarin een paal van sabel, beladen met drie verkorte St. Andreaskruisen van zilver, paalsgewijs gerangschikt.
Het schip varende op een zee golvend gedwarsbalkt van azuur en zilver van vier stukken. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Het embleem bevat het gemeentewapen van Amsterdam, opgenomen in het zeil van de kogge. Het schip symboliseert de marine, die vanaf de 16e eeuw een basis in Amsterdam heeft.

EMBLEEM VAN GHENTKAZERNE ROTTERDAM: geeft weer in zilver een dwarsbalk van keel, getralied van goud.  Het geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting.


Afgebeeld is het familie wapen van Willen Joseph van Ghent (1626-1672), luitenant-kolonel van het regiment Walen en gouverneur van Hellevoetsluis. 
Op 21 december 1665 werd hij gekozen door de Staten van Holland als eerste bevelhebber van een eenheid 'scheepssoldaten', vergelijkbaar met de latere mariniers. Hij wordt beschouwd als eerste commandant van het Korps Mariniers.






     Zie vervolg: KON. NEDERLANDSE MARINE EMBLEMEN. (ONDERDELEN) DEEL 3.


          




Geen opmerkingen:

Een reactie posten