zaterdag 10 mei 2014

TATOEAGES.


PRIKPLAATJES OP DE HUID.

Het woord 'tatoeëren' is van Polynesische afkomst.

Tatoeëren is niet iets nieuws, alhoewel het steeds meer in trek is bij artiesten tegenwoordig. Het tatoeëren kwam reeds eeuwen geleden voor bij vooral bewoners uit het Verre-Oosten en stammen uit de wouden van Zuid-Amerika. Het waren meer de barbaarse volkeren die tatoeëringen gebruikte om huidversieringen aan te brengen en hiermee aan te duiden tot welke stam ze behoorden.


Het waren vooral afbeeldingen van dieren of bloemen.
Het gebruik van tatoeages is meer dan vier eeuwen oud, maar kwam onder de aandacht van de westerse bevolking door de zeilvaart.
De Europese zeelieden die de Oriënt bezochten lieten een tatoeage aanbrengen.
Tatoeages hadden voor velen een soort bijgeloof. Het zou een bescherming zijn tegen hitte van de tropen, de kou, tropische ziekten en het afweren van kwade geesten.



Cultureel hoogstaande beschavingen zoals die van de Egyptenaren, Grieken en de Romeinen tatoeëerden niet zich zelf, maar wel hun slaven om aan te duiden tot wie ze behoorden en deden dit ook bij hun krijgsgevangenen.  Later kwam dit ook in zwang bij soldaten en zeelieden. Soldaten lieten vaak hun het embleem van hun legeronderdeel aanbrengen en zeelieden hielden het meer op spreuken zoals; 'Moeder ik heb je lief'. Maar vaak werden ook religieuze afbeeldingen toegepast.
Tatoeages worden of het gehele lichaam aangebracht en zelfs op de meest intieme lichaamsdelen.


Zelfs in de Tweede Wereldoorlog gebruikten de Nazi's de tatoeage. Dit bij de eenheden van de SS, welke onder op de bovenarm werd aangebracht om zo deze 'elite' voorrang te laten verkrijgen bij medische hulp.
Ze pasten het ook toe ook hun gevangen in de concentratie kampen. Een naam had een gevangene niet meer, maar alleen een nummer.  




In de donkere Middeleeuwen van Europa verdween het tatoeëren bijna volledig en gebruikte men de meer brute manier om gevangen, misdadigers en anders denkenden te merken door middel van een brandmerk. Dit brandmerk werd op een zichtbare plaats aangebracht. Ook gedurende de slavenhandel werd brandmerken toegepast. Heden ten dagen komt het zelfs nog voor in landen waar de Islamitisch geloof  wordt aangehangen en wetten worden toegepast.




In het begin van de 19e eeuw nam het tatoeëren weer toe en zelfs in hogere elite kringen zoals bij vorstenhuizen. Maar niet iedereen was gecharmeerd van het aanbrengen van tatoeages. 
Zo tracht men bij de Royal Navy van Engeland en de Nederlandse Koninklijke Marine dit te ontmoedigen bij haar officieren. Mochten ze er wel een hebben dan moet deze bedekt zijn door kleding en mag het niet zichtbaar gedragen worden. Ook bij de opleiding van officieren voor de Nederlandse Koopvaardij werd dit ontmoedigd.




Een tatoeage wordt onder de opperhuid aangebracht. Doet men dit niet dan zou door het schilveren van de huid de aangebracht versiering verdwijnen. Vroeger ging dit aanbrengen met behulp van plantendoornen, visgraten en naalden.
Tegenwoordig gebeurd dit met elektrische apparaten.
Het aanbrengen van de kleurstoffen wordt met naalden gedaan of het prikken van kleine wondgaatjes, waarna de kleurstof er wordt ingewreven. De kleurstof welke het meest wordt gebruikt is de Oost-Indische inkt welke zwart is maar blauw doorschemert door de huid. Rode kleurstof door het gebruik van vermiljoen.
Tegenwoordig zijn alle kleuren mogelijk.

Natuurlijk zijn er ook nadelen aan het aanbrengen van de tatoeage verbonden. Eenmaal aangebracht is deze niet zomaar te verwijderen. Het verwijderen ervan is een oud, maar een nog lang niet opgelost probleem.
Kleine tatoeages kunnen verwijderd worden door plastische chirurgie: hierbij wordt het gedeelte van de getatoeëerde huid radicaal eruit gesneden, waarna men met een huidtransplantatie het geheel weer tracht te herstellen. Ook het gebruik van vuile naalden kan leiden tot huidontstekingen en zelfs het overbrengen van HIV is er door mogelijk.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten