woensdag 26 juli 2023

EDAM ONTDEKKEN. GEVELS, GEVELSTENEN, ORNAMENTEN EN SNIJRAMEN. (DEEL 1)

 

    

     ER IS MEER DAN KAAS 

      IN DE PLAATS EDAM.



EDAM.                                            


Edam vormt samen met Volendam de gemeente Edam en beide wapenschilden van deze voormalige gemeenten vormen het nieuwe gemeente logo.

Edam ontstond bij een dam aan het IJe of E, een riviertje, dat in de Zuiderzee uitmondde. Omstreeks 1230 werden de zeegaten van de Zuiderzee afgedamd. Bij de dam moesten de goederen van de schepen worden overladen en kon er tol worden geheven. Zo kon Edam tot een handelsplaats uitgroeien. Scheepsbouw, haringvisserij en kaashandel brachten Edam tot grote bloei.

Graaf Willem V verleende Edam in 1357 stadsrechten, niet in de laatste plaats uit eigenbelang. In deze tijd woedde er namelijk een strijd tussen de Hoeken en Kabeljauwen± een gevecht om de macht tussen het grafelijke gezag en de regenten in de steden.

Het was voor Graaf Willem V belangrijk om de steden aan zijn kant te krijgen. Maar ook voor de inwoners stond veel op het spel. Zo nam de rechtszekerheid voor de burgers toe, omdat schout en schepenen nu zelf recht konden spreken. Heel belangrijk is dat Edam toestemming kreeg om een nieuwehaven naar zee aan te leggen. Dit werden er twee+ de Voorhaven en het Oorgat. Daarmee ontstond niet alleen een veel betere scheepvaartverbinding met de stad, maar binnen/ en buitenlandse handelsschepen konden nu veel gemakkelijker via het Purmermeer naar andere grote Noord-Hollandse steden varen. Ook mocht driemaal per jaar een markt gehouden worden. Al deze gebeurtenissen droegen bij aan de economische groei van de nieuwe stad. 

De kaasmarkt had vanaf de zestiende eeuw in belangrijke mate de economie van Edam bepaald.
Op 16 april 1526 kreeg Edam van keizer Karel V het recht van vrije weekmarkt alsmede het recht van Waag, waarvoor jaarlijks 90 gulden aan de grafelijkheid moest worden betaald. 
Op 2 maart 1574 werd dit recht van Waag door Willem van Oranje eeuwigheid vergeven als dank voor de goede samenwerking tijdens het beleg van Alkmaar.

In 1544 bepaalde Karel V dat de open verbinding van Edam met de Zuiderzee moest worden gesloten om het achterland te beschermen tegen de werking van eb en vloed en stormen van en op de Zuiderzee.
Edam was hier fel tegen gekant, omdat het vreesde dat zonder de schurende werking van het getij de haven zou kunnen dichtslibben. In 1570 vernielden de Edammers dan ook de sluisdeuren. De sluis betekende het einde van de ambities van Edam om nog eens tot een grote havenstad uit te groeien.

STADSWANDELING.


Na een parkeerplaats gevonden te hebben, zonder parkeermeter, de oude binnenstad van Edam in gewandeld om op mijn gemak eens rond te kijken. Het werd meer een zwerftocht door straatjes en langs grachten, wat ook de rede is dat er geen patroon zit in het verslag.

Na het oversteken van de Pompsluis ophaalbrug in de Lingerzijde uitgekomen, waar een kijkje op een erfje, waar de tijd had stilgestaan.




Van links naar rechts: Pandje met een klokgevel en hijsbalk Lingerzijde. een zonnewijzer aan een gevel Lingerzijde, een bovenlicht ( snijraam) boven een deur Lingerzijde en een deurklopper op een huisdeur Lingerzijde. 







Met de klok mee: Een wapen boven het snijraam van de huisdeur Lingerzijde 33, Slingers in de vensters van het koetshuis Lingerzijde 36, gevelsteen met afbeelding kolksluis Lingerzijde 31 en twee ornamenten voor vensters', twee dikke vrouwen, Lingerzijde 41.






Met de klok mee: Zicht op een smal steegje vanuit de Lingerzijde, Een uithangbord van een muziekschool op de Lingerzijde,  onder de rand van het dak de spreuk; 'Een goede buur is beter dan een verre vriend', het snijraam van Lingerzijde 7. 








Van links naar rechts: Klokkentoren of Speeltoren van de Kleine Kerk, Klokgevel van de bloemenwinkel Kleine Kerkstraat, twee wapens aan gevel Kleine Kerkstraat, 

SPEELTOREN.

De Speeltoren is de toren van de voormalige Onze-Lieve-Vrouwenkerk, ook wel de Kleine Kerk genoemd, onderdeel van een eertijds begijnhof in de stad Edam.
De Onze-Lieve-Vrouwen-kerk werd in1310 gesticht en in 1883 grotendeels gesloopt. Twee traveeën van het schip bleven gespaard evenals de speeltoren.
De toren telt vijf geledingen en heeft een slanke vorm.
De octagonale (achtkantige) lantaarn van de toren is gemaakt van zandsteen en dateert uit de 16e eeuw. De toren werd in 1764 hersteld. Restauraties van de toren vonden ook plaats in de jaren 1922 tot 1924 en in 1972. Bij de restauratie van 1972 werd nog een oud deel van de oude kerk afgebroken, met het gevolg dat de toren dreigde in te storten.  Door het aanbrengen van de noodzakelijke ondersteuning kon het worden voorkomen, maar de toren staat niet meer loodrecht.

CARILLON.

Vandaag de dag heet het carillon 37 klokken.
Het oorspronkelijke klokkenspel werd rond 1568 vervangen door dat van de Sint Nicolaaskerk of Grote Kerk van Edam. Tot 1922 bestond dit spel uit een diatonische reeks van twee octaven.
In 1922 werden de klokken naar Taylor in het Engelse Loughborough gebracht, dat zes van de oude klokken behield in het spel en het aanvulde met 13 nieuwe klokken tot een tweeoctaafs carillon. Bij de viering van het 600 jarig bestaan van Edam bleek het carillon weer in desolate toestand te verkeren. Het restaureren en het geheel te vervangen tot een vier octaafs carillon bleef tot de zestigerjaren vorige eeuw liggen, maar werd uiteindelijk uitgevoerd door Petit & Frisen.
Een deel van de oude klokken zij te zien in de Grote Kerk van Edam.




Boven links: Vrouwenkopje en apenkopje Kleine Kerkstraat,
Leeuwenkop en mannenkop Kleine Kerkstraat,
Linksonder; Snijraam Kleine Kerkstraat 12, en rechts Wapen van Maurits van Oranje. Kleine Kerkstraat 8. 









Sonnevanck. Landschap met stralende zon. Kleine westerbuiten 6.



Links boven: Fraai uithangbord Kleine Kerkstraat.
Links onder: Snijraam met esculaap. Kleine Kerkstraat 6.
Rechts: Vrouw met boek. Mannen met globe en vrouw met Jacobsstaf en hand met gekroonde schrijfveer. Kleine Kerkstraat 2.


Van links naar rechts: Klokgevel en drie trapgevels in de Kleine Kerkstraat, Weerspiegeling in het water en gevel van de kaashandel hoek Voorhaven.





Kop, Trekschuit en kop op de gevel van Prinsenstraat 11.




KAASWAAG.

De Kaaswaag is gelegen op het Jan Nieuwenhuizenplein nummer 5.
Men krijgt er een idee van het naken van de ronde Edammer kaasjes, en kan er kaas proeven en kopen.
Op het plein wordt ook de kaasmarkt gehouden.

De kaasmarkt had vanaf de 16e eeuw in belangrijke mate de economie van Edam bepaald. Op 16 april 1526 kreeg Edam van keizer Karel V het recht van vrije weekmarkt alsmede het recht van Waag (wegen), waarvoor jaarlijks 90 gulden aan de grafelijkheid moest worden betaald. Op 2 maart 1574 werd dit recht van Waag door prins Willem van Oranje eeuwigheid vergeven als dank voor de goede samenwerking tijdens het beleg, door de Spaanse troepen, van Alkmaar.


     Versiering aan de gevel van de Waag. Handel, wapen van Edam en jaartal 1778 en Nijverheid.




Trapgevel van het pand Jan Nieuwenhuizenplein 9.
Onder de boven vensters op de gevel van links naar rechts: leeuwenkop, Anno, Struisvogel met hoefijzer in de bek, jaartal 1622 en leeuwenkop. 






De Meyrmin van Edam. Jan van Nieuwenhuizenplein 16.
In het midden in een cirkel een afbeelding van de meermin (zonder staart) en geflankeerd door twee vrouwen met een juk, kaas dragende.



PORTIERSWONING VOORMALIG WEESHUIS.

De portieswoning gelegen op het Jan Nieuwenhuizeplein nummer 12, behoorde bij het complex van voormalig weeshuis en erfscheiding.
Het voormalige protestantse weeshuis is aan de Grote Kerkstraat  gelegen. De voormalige portieswoning, gebouwd in de stijl van de Neo-Renaissanse aan het einde van de 19e eeuw en wordt gescheiden van het voormalig weeshuis door een tuin die bereikbaar is via een poort
Voormalige portierswoning, gebouwd op rechthoekige plattegrond en bestaande uit een bouwlaag en een zolderverdieping onder het zadeldak met de noklijn evenwijdig aan de weg met rode Hollandse pannen, en met aan de straatkant een poort onder steekkappen met de noklijn haaks op de weg.

De voorgevel is opgetrokken in rode baksteen op een uitgemetselde plint en wordt horizontaal geleed door zandstenen speklagen. De gootlijst rust op consoles. Twee kruisvensters met tegenliggende vijftien-ruits schuiframen en negen-ruits bovenlichten en hardstenen vensterbanken onder ruime rondboog met zandstenen sluit- en boogstenen, opgevuld met siermetselwerk in boogmotief, verlichten het woongedeelte. 

De poort aan de linkerzijde heeft een risalerende trapgevel met hardstenen platen op de treden. In de trapgevel bevindt zich een twaalfs-ruitvenster. De poortingang wordt omgeven door een zandstenen omlijsting van een gebeeldhouwde rondboog op lisenen en een rondboogvormig fronton met open bovenzijde. het fronton is opgevuld met een beeldhouwwerk van een mannen - en vrouwenfiguur die het wapen van Edam vasthouden.

GROOT WEESHUIS.

Het groot of Protestants Weeshuis is gelegen aan de Grote Kerkstraat 23. Het weeshuis werd in 1558 gesticht door een katholieke priester, genaamd Matthias Tynicy Matthiaszoon. Het gebouw, dat werd gebouwd rond 1561 was dus oorspronkelijk een RK-weeshuis, gebouwd net na de overgang van de stad naar het protestantse geloof, rond 1572, gedurende de reformatie.
Het is aannemelijk dat het Weeshuis rond 1572 een protestants weeshuis werd. De voorgevel van het 16e eeuwse Weeshuis zag er anders uit dan de huidige voorgevel.





 Het oorspronkelijke gebouw had een wel een zelfde gevelindeling, maar was in de Renaissance-stijl gebouwd, met een z.g. rolwerkgevel aan de voorzijde en trapgevels wat de zijmuren betrof. Rond 1770 of in de 19e eeuw, werd de voorgevel van het gebouw "gemoderniseerd" dwz dat men de voorgevel opnieuw optrok in een stijl die doet denken aan de een zeer sobere neo-classicistische architectuur.
Het weeshuis had nog steeds een ruime binnenplaats en tuin, die doorliep tot het Jan Nieuwenhuizenplein waar ook de portierswoning is gelegen.
Thans is het een bedrijfspand.
In de gevel tussen de vensters een afbeelding van kolfspelende kinderen met daarboven het wapen van Edam.




                                        Vier mannenkoppen aan de gevel Matthijs Tinxstraat 9.

GROTE OF SINT-NICOLAASKERK.

De Grote of Sint Nicolaaskerk is de oude stadkerk en tevens de grootste hallenkerk van Nederland, in de Grote Kerkstraat 4.
In de 15e eeuw werd begonnen met de bouw van de kerk en toren. het ging oorspronkelijk om een kleinere kruiskerk die na verbreding van zijbeuken van het schip een hallenkerk werd.
Ook werd het koor uitgebreid en de portalen in laatgotische stijl toegevoegd.
De kruisarmen, het transept, zijn echter nooit verlengd, waardoor hier in de muren inhammen zijn. De kerk bereikte in 1518 met de bouw van het hallenkoor de huidige omvang.

Door een verwoestende brand in 1602 ging de kap van de kerk totaal verloren. De kerk kreeg vervolgens een nieuwe kap. Ook werden er door tal van andere Hollandse steden nieuwe vensters geschonken met gebrandschilderde glazen.
Het herstelwerk werd in 1626 afgerond. De toren werd hierbij ook niet hersteld naar de originele hoogte, de bovenste geleding werd in 1701 opgeleverd met jaartalankers.
In de kerk was ook een Latijnse school en een Librije gevestigd, gelegen boven de sacristie bij het zuiderportaal.



In de gevel van de Grote Kerk zijn lege nissen te zien, waar voor de Reformatie heilige beelden in hebben gestaan. het kerkhof aan de noord- en oostzijde van de kerk bevat een aantal grote pronkstukken van bekende Edamse families. Een van de monumenten, een stervende leeuw met daarboven een engel
(middelste afbeelding), is gemaakt door de Amerikaanse beeldhouwer Frank Edwin Elwell.





Met de klok mee:
Vrouwenkopje aan gevel Matthijs Tinxgracht 13.
Klompen uit voor het naar binnen gaan.
Snijraam met boeket rozen aan het Spui 3
Snijraam met krans aan het Spui 6.








    Zie vervolg: EDAM. GEVELS, GEVELSTENEN, ORNAMENTEN EN SNIJRAMEN. DEEL 2.








Geen opmerkingen:

Een reactie posten