KORAAL.
Koraal, door verschillende organismen afgescheiden kalkachtige substantie.
geografisch en geologisch zeer belangrijk zijn de geweldige hoeveelheden kalk die door vele soorten zoals neteldieren zijn of nog steeds worden afgezet in de koraalriffen.
De neteldieren die deze afzettingen vormen, kunnen alleen daar leven waar het water helder is en niet vermengd met zoetwater, op diepten van minder dan 40 meter, bij voorkeur tussen 5 en 10 meter en bij een temperatuur niet lager dan 20 graden C.; dit komt overeen met een gebied tussen 32 graden noordenbreedte en 32 graden zuiderbreedte.
Hoewel neteldieren de belangrijkste rol spelen bij de opbouw van koraalriffen, kunnen ook andere organismen bijdragen tot de vorming ervan, bijvoorbeeld roodwieren, schelpdieren en stekelhuidigen.
( Van links naar rechts; roodwier, schelpdieren en stekelhuidigen.)
Koraal bestaat voor ongeveer 85% uit koolzure kalk, 7% koolzure magnesium, 6 % silicaten en sulfaten.
Koraal is op zichzelf niet vruchtbaar, maar koraaldieren verzamelen voortdurend voedings- en andere stoffen uit het langsstromende water. De omgeving van de koraalriffen is daardoor vaak vruchtbaar en er ontwikkelt zich veelal een rijkdom aan organismen en koraalvissen.
De steenkoraal, de zogenoemde substantie wordt vaak als bouwstof gebruikt.
(Van links naar rechts; bloedkoraal, zwartkoraal en blauw koraal.)
Andere soorten koraal worden tot sieraden verwerkt, bijvoorbeeld bloedkoraal en zwart koraal. Bloedkoraal is het zeer harde kalkskelet van de Corallium-soorten. Vroeger werd deze hoofdzakelijk in de Middellandse Zee gevonden, later heeft Japan een groot deel van de productie overgenomen.
Zwart koraal is het hoornskelet van Gorgonia en verwante geslachten, soms met kalk verhard. Dit wordt ook tot sieraden verwerkt en ook als armband tegen reumatiek gedragen (akar bahar). Het blauwe koraal wordt verwerkt tot knopen.
Deze zogeheten edelkoralen worden opgevist met verschillende typen gereedschap, vaak bestaande uit twee kruisgewijze aan elkaar bevestigde balken waaraan stukken netwerk zijn bevestigd. Bij het slepen over de koraalbanken blijven stukken koraal in het netwerk steken.
Het koraal vissen is tegenwoordig aan strenge regels gebonden, daar het beschermd is.
KORAALRIF.
Deze riffen zijn hoofdzakelijk ontstaan aan ondiepe randen van het tropische continentale plat, grenzend aan de steile continentale helling en ook gedurende het langzaam wegzakken van bergtoppen in de open oceanen, voornamelijk in de Pacific en de Indische Oceaan.
Er bestaan enige koraalformaties op 30 graden noorderbreedte in de buurt van Hawaii, het Caribische gebied en rondom de Indische Oceaan, maar zij zijn daar nooit tot het vormen van atollen gekomen.
Koraalriffen kunnen zowel gevormd worden zonder beschermd te zijn tegen open zee, als met bescherming door een barrière aan de zeekant.
Zij groeien goed aan de binnenkant van een rif dat bestaat uit dood koraal, zand en ander bezinksel, afgewisseld met levend koraal.
De lagune die her rif van de kust scheidt heeft meestal een vlakke bodem met een ondiepte tussen 30 en 100 meter.
Hier groeit plaatselijk nog wel koraal in.
De kusten van de Rode Zee en de Perzische Golf worden omlijst door vele evenwijdig aan de kust lopende koraalriffen. Zeer veel riffen, ook met veel atolvorming, komen voor in de continentale platgebieden van de Indische Archipel, de Timor- en de Arafoera Zee, de Koraalzee en in Polynesië, waar zij dikwijls tot atolvorming geleid hebben.
Het grootste koraalrif ligt langs de kust van Queensland in Australië, dat zich uitstrekt van 9 graden zuiderbreedte tot 22 graden noorderbreedte.
Het rif is een niet één doorlopende bank, maar bestaat, vooral in het zuiden, uit zeer veel koraalriffen die over een onregelmatig plat verspreid liggen.
In het noordelijke gedeelte liggen de riffen in een meer langgerekt patroon evenwijdig aan de kust en gescheiden door door geulen voor vaarwaters. De breedte van deze grote koraalriffen barrière (The Great Barrier Reef), is 144 kilometer bij de Torres Straat., neemt dan geleidelijk af tot 36 à 54 kilometer, om in het zuiden weer aan te groeien tot een breedte van 180 kilometer.
Het koraalrif staat onder bescherming van UNESCO.
Helaas is dit prachtige onderwater natuurgebied langzaam aan het afsterven, door de vervuilde waterstromen van de rivieren en de opwarming van het zeewater door de klimaatverandering.
Ook de vele toe stroming van zoetwater door de zware regenval in Queensland veroorzaakt afsterving van het koraal.
KORAALVISSEN.
Koraalvissen leven op de koraalriffen met hun vele uitsteeksels en holten waarin zij zich kunnen verbergen en bestaan uit vele kleurrijke soorten.
Ze zijn dikwijls fel gekleurd en vertonen in hun kleuren vaak een aanpassing aan de kleur van hun omgeving.
Enkele soorten verbergen zich in een koraalsoort dat voor andere vissen bij aanraking hun dood betekend.
Deze koraalduivel is een rifbewoner met een lengte van ongeveer 40 cm. Het natuurlijke leefgebied loopt van Oost-Afrika via Indonesië en Japan tot Australië.
Tegenwoordig is de vis ook in de Caribische wateren te vinden. De stekels van de vis zijn giftig en veroorzaken pijnlijke plekken, maar zijn niet dodelijk.
De vis leeft van vooral 's avonds van de jacht op kleinere vissen, garnalen, mosselen en krabben. Overdag verschuild de vis zich in spleten, onder rotsen in- of bij koraalriffen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten