donderdag 21 juni 2012

GEBOORTE GOLF IN GEM. WIJDEMEREN. N.H.

Natuurlijk wordt er gelijk gedacht aan de geboorte van een nieuwe generatie kinderen. Als je dan ook al die prachtige ooievaars ziet in de weilanden en op hun nesten in Kortenhoef en 's-Graveland, dan geeft dat wel te denken.
Maar dat de ooievaar een klein broertje of zusje heeft gebracht, daat trapt heden ten dagen geen kind meer in.




In dit prachtige ooievaarsnest boven in een afgeknotte larix in Kortenhoef zitten volgens de vogelkenners drie jonge ooievaars.
Moeders staat vol trots op het nest met opgestoken borstveren en kleppert er luid op los.


De ouders vliegen af en aan om hun jonge krost te voeden. Ook in 's-Graveland kwamen we deze prachtige vogels op hun nesten tegen.



DE OOIEVAAR.



Het soort ooievaan wat we hier kennen gedurende de zomerperiode komt oorspronkelijk uit Afrika, waar ze ook overwinteren. Hun verenkleed is hoofdzakelijk wit maar met een zwarte veren rand aan hun vleugels. Een volwassen ooievaar heeft lange rode poten en een lange puntige snavel. Van de punt van de staart tot de punt van de snavel meten ze zo'n 1,2 meter. De vleugels hebben een spanwijdte van ruim 2 meter.


Door de grote spanwijdte van de vleugels kan de ooioevaar goed gebruik maken van de thermiek in de lucht en zo enorme afstanden afleggen tijdens zijn trek tussen Europa en Afrika.




De ooievaar is een carnivoor d.w.z dat hij dierlijke prooien, zoals vissen, reptielen, amfibieën, kleine vogeltjes, insekten en zelfs kleine zoogdieren vangt als zijn voedsel. Hij/zij vangt het voedsel op de grond en tussen vegetatie in ondiep water.

Ooievaars vormen een monogaam paar tijdens de broedperiode. Ze bouwen samen het nest, bestaande uit stevige takken, wat soms jaren gebruikt wordt. Het vrouwtje legt maar één keer per jaar drie tot vier eieren die ze samen uitbroeden. De broedtijd duurt ongeveer 34 dagen en de eieren komen één voor één uit. Het voeden van de jonge ooievaars doen de ouders ook gezamelijk, waarbij de jongen twee maanden in het nest verblijven. Hebben ze het nest verlaten dan worden ze nog twee weken door de ouders gevoed. Hierna gaan vaak de ouders ieder hun weg. De ooievaar is een internationaal beschermde vogel.








zondag 17 juni 2012

DE TROMPENBURGH - 'S-GRAVELAND. (3)

                         DE TROMPENBURGH. (3)


In nissen in het onderste buiten gedeelte van het achthoekige paviljoen staan drie beelden van volborsttige dames, waarvan de middelste op een trompet blaast.











In 1936 werd door de toenmalige eigenaar dhr. Blauw "De Trompenburgh" aan de Nederlandse Staat geschonken onder voorwaarde dat het geheel in originele stijl zou blijven.


Vanaf 1953 was het weer tijdelijk bewoond door een familie Houthoff die het niet eens kon worden, na een grondige restauratie van 2002-2004, met de Rijksgebouwendienst het gebouw open te stellen voor publiek, waarop de familie "De Trompenburgh" heeft verlaten.




In 2005 werd het gebouw opengesteld voor het publiek en sinds 2006 staat het geheel ter beschikking aan het Rijksmuseum te Amsterdam die het opengesteld elke eerste zondag van de maand vanaf 1 april tot 1 oktober voor het publiek. Dus gaat het zien!


(Op 02-07-2012 het volgende bericht ontvangen uit Kortenhoef; Per januari 2011 beëindigde het Rijksmuseum de exploitatie van Trompenburgh er worden geen rondleidingen en lezingen meer gehouden.)







DE TROMPENBURGH - 'S-GRAVELAND. (2)



                               DE TROMPENBURGH. (2)



Boven op een verhoging op het koepel dak staat de fraaie vergulde windwijzer. Een fraai stukje ambachtelijk werk.





De 'koepelzaal' is voorzien van prachtige schilderijen en wandbespanningen. Op de schilderijen is het geslacht Tromp weergegeven zowel vader Maarten Harpertzoon Tromp, als zoon Cornelis en de beide echtgenoten zijn duidelijk aanwezig. Verder schilderijen van schepen en zeeslagen.


                                                                                               ( De "Witte Olifant". Het vlaggenschip                                                                                                            met 82   kanonnen.)                                                                                                                   



( De Hollandia.)























Opvallend aan de leien van de dakbedekking is, dat deze in een scheefpatroon zijn aangebracht.






                                                                           Zie deel 3.








DE TROMPENBURGH - 'S-GRAVELAND. (1)

                              DE TROMPENBURGH. (1)


Het huidige landhuis gelegen aan het Zuidereinde 43 te 's-Graveland werd rond 1675 gebouwd door Cornelis Tromp. De architect was vermoedelijk de Amsterdamse stadsarchitect Daniël Stalpaert.
Het huis werd "Syllisburg"genoemd naar de adelijke titel "Graaf van Syllisburg" die Cornelis Tromp kreeg van de Koning van Denemarken, Christiaan V, voor zijn hulp als opperbevelhebber van de Deense vloot in de strijd tegen de Zweedse vloot.

CORNELIS TROMP.


Cornelis Tromp was de zoon van Maarten Harpertzoon Tromp (1598-1653) hij werd op 01-09-1629 te 's-Gravenhage geboren. Hij trouwde met Margaretha van Raephorst op 25-01-1667 te Amsterdam. Hij overleed op 29-05-1691 te s'-Graveland en is bijgezet in de Oude Kerk te Amsterdam.
Net zoals zijn vader maakte hij zijn carriere op de Hollandse vloot. Op zijn 35ste was hij reeds Luitenant-Admiraal met alleen Michiel de Ruyter in rang boven zich. In 1666 werd hij na een meningsverschil, waarbij hij de hem opgedragen order van Michiel de Ruyter niet uitvoerde, door de Staten Generaal uit dienst ontslagen.
In 1677 volgde zijn eerherstel en werd Cornelis Tromp benoemd als opvolger van Michiel de Ruyter met de rang Luitenant-Admiraal-Generaal. In 1691 werd hij benoemds tot opperbevelhebber van de Hollandse vloot.




De naam "De "Trompenburgh" dateert ergens uit de 18e eeuw. De achterzijde en wel het meest fraaie deel van het huis is zichtbaar vanaf de weg. Via een groen omzoomde oprijlaan bereikt men de voorzijde van het huis gelegen in een park.


Het rechthoekige woonhuis heeft een afgeplatdak met balustrade en heeft houten buitenmuren. Via een overdekte gang is het verbonden met het er achter liggen de prachtige achthoekige paviljoen met een rond koepeldak gesierd met een vergulde windvaan, voorstellende het vlaggeschip "De Witte Olifant"














Het woongedeelte staat geheel leeg en in het paviljoen bevindt zich de koepelzaal.




                                ( De "Witte Olifant" (1667) Vlaggenschip met 82 kanonnen.)

                                                                         Zie deel 2.






's-GRAVELAND. (GEM. WIJDEMEREN)



'GRAVENLAND. (GEM. WIJDEMEREN.)


De voormalige gemeente 's-Graveland, nu ingedeeld bij de gemeente Wijdemeren, is gebouwd aan weerszijden van het Zuider- en Noordeinde en is waarschijnlijk de langste gemeente van Nederland.

Aan één zijde liggen de woonhuizen en aan de andere zijde staan de meest fraaie landhuizen in hun parken.



Het was vroeger in de 16e en 17e eeuw een snel ontwikkelende gemeente en kreeg in 1644 een regelmatige trekschuit verbinding op Amsterdam en vier jaar later kreeg het dorp reeds een school. Daar het gebied bekend staat voor het schone water waren er veel wasserijen gevestigd. Ook hier zijn de nodige kavels onder het beheer van Natuurmonumenten wat gelegenheid geeft tot vrij fiets- en wandeltochten.



In 1625 is 's-Graveland verkaveld en op deze enorme kavels werden de meest fraaie landhuizen gebouwd door de welgestelde uit Amsterdam, zoals de heren van de VOC en hun vlootbevelhebbers.


Op kavel toen nr. 20, dat in handen kwam van de burgemeester van Amsterdam, Andries Bicker welke overleed in 1652. Zijn neef een zekere Joan van Hellemondt liet het landhuis verbouwen en noemde het de "Hoge Dreuvik".


Het was de vlootvoogd Cornelis Tromp, de zoon van Maarten Harpertzoon Tromp (1598-1653) die in het huwelijk trad met de eigenaresse van het landgoed Margaretha van Raephorst, de weduwe van Joan van Hellemondt. In 1673 werd het landhuis door de Fransen verwoest, daar Tromp de brandschatting weigerde te betalen van toen 3500 guldens.


Het huidige landhuis "De Trompenburg", waarvan op de afbeelding de achterzijde is te zien, werd rond 1675 gebouwd.


                                 ( Zie voor vervolg "De Trompenburg"- 's-Gravenland.)









KORTENHOEF. (GEM. WIJDEMEREN)



KORTENHOEF. (GEM. WIJDEMEREN.)



Even weg van de snelweg. Volgend de A2 in de richting van Amsterdam nemen we de afslag naar Hilversum en volgen de weg langs de Loosdrechtse plassen, waarna we de afslag naar Kortenhoef nemen.




Kortenhoef is een klein dorp behorend tot de gemeente Wijdemeren gelegen in het Gooi provincie Noord-Holland. Het ligt slechts enige kilometers ten westen van de stad Hilversum.



Het dorp bestaat uit een oud- en een nieuw gedeelte. Het oude gedeelte ligt aan de Kortenhoefse Dijk en het Moleneind. De oude naam voor dit gedeelte van het dorp was oorspronkelijk "Curtevenne". Het venne slaat op de veen afgravingen die er vroeger waren en waardoor de Kortenhoefse plassen zijn ontstaan. Het is een bos- en waterrijke omgeving.





Aan de dijk, aan de andere zijde van het water, ligt de oude NH-kerk. Aan deze zijde staan nog oude prachtige woningen die te bereiken zijn via een bruggetje over het water. Na het beëindigen van het veenafgraven leefde men hier van de veeteelt en de binnenwater visserij. De veeteelt raakte in verval en veel van de prachtige landbouwgronden vallen nu onder het beheer van Natuurmonumenten.










Jaarlijks wordt in het begin van september op de Kortenhoefse Dijk het Nationale palingrook kampioenschap gehouden iets wat duizenden bezoeker trekt. Het is niet alleen het opsnuiven van de rookgeur van het roken van de paling, maar ook proeven van de vers gerookte paling.


Het nieuwe gedeelte van Kortenhoef ligt tegen de gemeente 's-Gravenland aangebouwd.












































































































































































zaterdag 16 juni 2012

SCHEEPSNAMEN WELKE VERWIJZEN NAAR DE REDERIJ.

              SCHEEPSNAMEN VAN REDERIJEN.


Zoals de schepen van de Shell-vloot een naam kregen van een schelp, zo hadden andere Nederlandse scheepvaart maatschappijen en specifieke naam voor hun schepen waaraan ze te herkennen waren.


Zo gebruikt de Holland America Lijn (HAL) voor haar passagiersschepen namen met aan het einde het woord "dam", zoals Amsterdam, Rotterdam, Veendam etc.


                                                             Het s.s. Rotterdam.

Voor haar vrachtschepen werden namen gebruikt met aan het einde het woord "dijk", zoals Kinderdijk, Blommersdijk etc.



                                                       
                                                               Het s.s Blommersdijk.

De Verenigde Nederlandse Scheepvaartmaatschappij (VNS) gaf haar schepen namen met aan het einde het woord "kerk", zoals Lekkerkerk, Noorderkerk, Oosterkerk etc.



                                                       
                                                               Het m.s Westerkerk.

Voor haar schepen die reizen maakten naar Afrika gaf deze rederij ze een naam met aan het einde het woord "fontein", zoals Bloemfontein, Randfontein etc.


         
                                                              Het m.s Randfontein.

De schepen van de rederij Phs. van Ommeren hadden namen met aan het einde het woord "drecht". zoals Dordrecht, Woensdrecht, Loosdrecht etc.

                                                              Het m.s. Waardrecht.

Zo waren de schepen van rederijen goed te herkennen en niet alleen aan het embleem van de rederij op de schoorsteen of aan de rederijvlag.













zondag 10 juni 2012

SCHEEPSNAMEN NAAR SCHELPEN. (Deel 3)




              SCHEEPSNAMEN 

           NAAR SCHELPEN (3)





Voor de namen van de schepen zijn de algemeen gebruikelijke namen gebruikt. Vaak is de achtergrond van de oorsprong moeilijk terug te vinden.


















De schelp waar naar het schip is vernoemd bevindt zich over het algemeen ook aan boord van het schip. Deze is dan in een vitrine aan een wand in een gemeenschappelijke ruimte bevestigd en te zien. Vaak zijn deze exemplaren geleend van musea en zeer kostbaar.






Niet alleen de schepen hebben in de loop der jaren een schelp naam gekregen, maar ook de diverse producten van de raffinaderij uit de aardolie, zoals smeerolie- en smeervet middelen.

                           Afbeeldingen van de schelpen zijn van een oude Shell-UK kalender.











SCHEEPSNAMEN NAAR SCHELPEN. (Deel 2)

               

                SCHEEPSNAMEN 

            NAAR SCHELPEN (2)




De schelpen kunnen wetenschappelijke- of Latijnse namen hebben terwijl ook de gewone lokale naam gebruikt wordt.




Zo kennen wij in Nederland bijvoorbeeld de "Ensis" onder de naam "scheermes".


Schelpen behoren tot de Mollusca (Mollusken) of de weekdieren en het zijn ongewervelde dieren met een week lichaam die in een kalkskelet, de schelp, leven. Het grootste deel van deze dieren leeft in de zee. Men schat dat er zo'n 200.000 soorten zijn, waarvan slechts de helft is beschreven of onderzocht.







Men plaatst ze in de biologie in de rangorde: Leven, Domein, Rijk, Stam, Klasse, Orde, Familie, Geslacht en Soort.


De naam bestaat vaak uit twee delen: de geslachtsnaam gevolg door de specifieke naam.








































                                                                      Vervolg deel 3.














SCHEEPSNAMEN NAAR SCHELPEN. (Deel 1)

                  

                 SCHEEPSNAMEN 

               NAAR SCHELPEN (1)




Sinds het eerste tankschip, de "MUREX', dat de oprichter van de tankvloot Marcus Samuel beheerde zijn al de schepen van de oceaanvloot van de hedendaagse Shell vernoemd naar schelpen.




De MUREX werd gebouwd in 1892 en had een tonnage van 3.564 ton. De eigenaar was toen Shell Tankers UK. Het schip is in 1916 gezonken.





De namen van de schelpen komen waarschijnlijk uit verschillende bronnen en publicaties van verschillende autoriteiten en periodes. Sommige boekwerken hierover dateren reeds van 1800. Intussen is er veel water gestroomd over de ontelbare schelpen en zijn vele namen veranderd door steeds meer groeiende zee- en oceaan onderzoek.

























































                                                                      (vervolg deel 2)