zondag 31 oktober 2021

SAFMARINE. (ZUID-AFRIKA)

 

      OPGERICHT VLAK NA 

DE TWEEDE WERELDOORLOG.




SAFMARINE.

Safmarine, een afkorting voor South African Marine Container Lines NV, werd in 1946 opgericht door Zuid-Afrikaanse industriëlen en Amerikaanse reders met drie Victory-schepen in de naoorlogse periode van de Tweede Wereldoorlog. Het hoofdkantoor was in Kaapstad.

In 1950 kwam de rederij onder Amerikaanse controle, maar in 1959 hielp de Industrial Development Corporation bij de financiering van de terugkoop en gaf het terug aan Zuid-Afrikaans beheer.
het zou zijn deelneming in 1984 verkopen.


SA Victory.
Safmarine kocht drie Victory-schepen, de SS Westbrook Victory, de SS Westerly Victory en de SS New Bern Victory uit de Verenigde Staten om ze om te bouwen van oorlogsgebruik naar algemene droge lading.
In 1947 gingen ze in dienst en werden de omgedoopt in de namen Vergelegen, Morgenster en Constantia. met deze drie schepen kon Safmarine een in Zuid-Afrika gevestigde vrachtonderneming starten.
In 1961 werden hun namen veranderd in South African Victory, South African Verture en South African Vanguard. In 1966 werd het voorvoegsel Zuid-Afrikaans op alle schepen veranderd in SA. De schepen waren uitgerust met twee Babcock & Wilcox waterpijpketels die oververhitte stoom leverden aan twee Westinghouse turbines, die via een tandwielreductie een enkele as aandreven voor 6.000 apk voor een snelheid van 16 knopen.
Hierna werden vier zusterschepen in de vaart gebracht, deze waren ontworpen voor het vervoer van stukgoederen en hadden een accommodatie voor twaalf passagiers.

(ss. South African Pioneer)

In 1961 volgde de S-Klasse welke waren gebouwd in Schotland voor de Clan Line en vervolgens voor de Springbok Shipping Co.
De daarop bestelde en in de vaart gebrachte nieuwe schepen waren alle met motor- voortstuwing uitgerust. Drie daarvan waren koelschepen en waren in Nederland gebouwd.

Safmarine exploiteerde vracht- en passagiersdiensten tussen het Verenigd Koninkrijk en Zuid-Afrika tussen 1965 en 1977 en opnieuw tussen 1984 en 1985.
De passagiersdiensten begonnen in 1965, toen twee Union-Castle Line schepen die werden gebruikt op de dienst Southhampton - Durban,


RMS Pretoria Castle (links) en de RMS Transvaal Castle, naar Safmarine werden overgebracht om aan de eisen van de Zuid-Afrikaanse regering te voldoen.
De schepen werden omgedoopt tot Sa Vaal en Sa Oranje, opnieuw geschilderd in Safmarine-kleuren maar bleven in de zelfde dienst als voorheen. In 1969 werden de schepen overgeschreven van Brits naar Zuid-Afrikaans register. 



In de jaren zeventig begon de lijnvaart terug te lopen door de snelle opkomst van het vliegverkeer en het toenemende succes van het containervervoer.
Zo werden in 1975 de Sa Oranje en haar zusterschip Van de Union Castle de RMS Edinburgh uit de vaart genomen en verkocht voor de sloop. Niet veel later volgde de Pendennis Castle in 1976. Overbleven de Sa Vaal bij Union Castle's RMA Windsor Castle en twee kleinere vracht- passagiersschepen RMMV Good Hope Castle en RMMV Southampton Castle. In 1977 trokken de beide bedrijven hun passagiersdiensten terug en SA Vaal werd verkocht aan Carnival Cruise Lines en werd SS Festivale.



In 1984 kocht Safmarine het cruiseschip MS Astor van de West-Duitse Hadag Cruise Line. Na een refit werd ze gebruikt om de Southampton-Cape Town-dienst nieuw leven in de blazen en maakte het schip cruises vanuit Zuid-Afrika en het Verenigd Koninkrijk tussen de lijndiensten door.
Helaas bleek het schip de gewenste vaarsnelheid te hebben om het lijnschema te handhaven en Safmarine bestelde een vervangend schip op basis van het zelfde ontwerp bij Howaldtswerke-Deutsche Werft in Kiel. Dit schip zou ook weer Astor gedoopt worden.
De eerste Astor werd intussen verkocht aan de Oost-Duitse Deutsche Seerederei en werd MS Arkona.
De tweede Astor werd nooit in dienst genomen aangezien de rederij in 1986 de lijndienst verliet.
Het nog in aanbouw zijnde schip werd in januari 1986 verkocht aan de Marian Corporation.

(ms. Nederburg)

Een verdere modernisering van de vrachtvloot werd verkregen door het ombouwen naar 'Heavy Lift' schepen in de jaren 1975/76 in Japan. Het middenschip werd naar achter verplaatst en op de plaats daarvan kwam een extra laadruim. Een nieuwe heavy lift-derrick werd toegevoegd.



In de jaren 1977/78 liet de rederij acht van zijn nieuwste droogladingschepen verlengen om een aantal containers te vervoeren. Het was de tijd dat Safmarine in het containervervoer ging overstappen.
Bij een Franse werf werd een order geplaatst voor de bouw van vier grote containerschepen volgens de nieuwste ontwerpen, waaronder de later gedoopte SA Waterberg. Deze nieuwe schepen kregen de bijnaam "The Big Whites" vanwege hun grote formaat en glanzend witte rompen die de Afrikaanse zon weerspiegelden, tijdens hun regelmatige reizen naar Afrikaanse havens.
Deze schepen met een lengte van 258,5 meter, breedte 32,3 meter, waren uitgerust met twee Sulzer achtcilinder tweetakt dieselmotoren van het type 8RND 90M, met een maximaal vermogen van 49.600 pk en een vaarsnelheid van maximaal 19,5 knopen. 
De schepen hadden een containercapaciteit van 2450 TEU, wat later werd uitgebreid naar 2500 TEU en een capaciteit van koelcontainers van 892 TEU wat weer werd uitgebreid naar 1100 TEU.

Safmarine werd in 1999 overgenomen door Mearsk Line.
De huidige Safmarine-schepen onder Mearsk omvatten de N-Klasse schepen, SA Nile, Nuba, Nakura etc, K-Klasse, M-Klasse en C-Klasse schepen.


 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten