vrijdag 29 september 2017

SRI LANKA RONDREIS. TISSAMAHARAMA - GALLE - BERUWELA. DAG 11.

SRI LANKA 

HET EILAND VAN SPECERIJEN,

THEE EN OLIFANTEN. (11)

TISSAMAHARAMA - GALLE - BERUWELA. 16-09-2017


Het was weer een dag van vroeg opstaan om het voeden van de olifantjes om 09.00 uur niet te missen
Deze dag zouden we een totale afstand afleggen van ruim 210 kilometer, met een bezoek aan Galle.
Na vertrek uit het Chadrika Hotel reden we naar het 'Olifanten Weeshuis' aan de ingang van het Uda Walawe National Park. 
Langs de weg aan de oever van het Tissa Wewa
waterreservoir stond een eenzame, vermoedelijk uit de kudde verstoten olifant, achter een afrastering mat schrikdraad, die werd gevoed door een paar voorbijgangers.





Het was voor de kassa's bij het 'Olifanten Weeshuis' een drukte van belang, maar het viel ons op hoe netjes de mensen in de rij stonden te wachten.
We waren als groep reeds aangekondigd en konden zo naar binnenlopen om een goede plaats aan de afscheidingsrailing te vinden om van het gehele gebeuren opnames te kunnen maken.
Voor de kleine lokale kinderen maakten we ruimte voor ons, daar we daar met onze lengte goed overheen konden kijken.
Al snel ontdekten we dat het niet alleen een weeshuis is voor verdwaalde of moederloze olifantjes maar ook een plaats waar gewonde olifanten kunnen herstellen van een verwonding.


Ze bracht een van de oppassers een olifant naar een afgescheiden stuk terrein, die vanaf zijn knie van zijn linker achterpoot een prothese had om mee te lopen. In het afgescheiden stuk land werd de prothese verwijderd, maar was het zwaar behelpen voor de olifant om vooruit te komen en zakte hij regelmatig op zijn kont.
Toch is het mooi dat men dit ook voor zo'n enorm groot en zwaar dier kan doen.
Het drinken geven van de olifantjes waar een waar hilarisch genot.
Ze werden een voor een het terrein opgelaten en vooral de kleinsten holden op een komische draf naar de drinkplaats.




Het te drinken geven gaat bij de hele kleintjes nog met behulp van een fles met een speen. Zijn ze groter dan wordt er een slang in hun keel gestoken, waar aan de andere zijde een trechter zit waarin de melk wordt gegoten, die ze dan inslikken.
Na het voederen wordt de plaats schoon gespoten en ook de olifanten die er eigenwijs, want ze weten het, blijven staan.






Het gehele gezelschap, groot en klein, verzameld zich bij een waterpoel waar op de grond takken met bladeren liggen. 
Het is leuk te zien hoe de kleintjes de ouderen trachten na te doen bij het afscheuren van de twijgen met de bladeren of de takken in stukken trachten te breken.
Enkele beterden de waterpoel om eerst uitgebreid te drinken, maar om zich daarna lekker nat te spuiten met hun slurf. 
Afdrogen is er niet bij, want eenmaal nat spuiten ze zich vol met zand, dat tegen het ongedierte is op hun huid.


Zijn deze 'weesjes' volwassen genoeg dan worden ze van een signaalband voorzien, zodat de reservaatwachters hen kunnen volgen en controleren of ze zich goed in de vrij natuur hebben aangepast. 
Buiten de signaalband hebben deze olifanten ook een merkteken op hun achterbil staan.
Pas als je dit hebt gezien besef je hoe intelligent deze dieren zijn, keurig in de rij wachten op hun beurt en het voor elkaar opkomen in de groep.


Na dit enerverende bezoek vervolgen we onze weg met de autobus langs de zuidkust van Sri Lanka met stille palmstranden en baaien in de richting van de stad Galle. Opvallend is dat er totaal niets meer te zien is van de enorme verwoestende schade die door de tsunami in 2004 hier heeft aangericht. Met een ongelooflijke veerkracht heeft de bevolking zich hier van weten te herstellen en zijn de giften uit het buitenland daarvoor besteed en niet de zakken van corrupte ambtenaren verdwenen.


GALLE.














Galle is de best bewaard gebleven koloniale stad van Sri Lanka.
Het oude gedeelte nog omringt door oude vesting muren is bijzonder sfeervol, de bezoeker krijgt het gevoel een paar eeuwen in de tijd te worden terug gevoerd. In 1663 bouwden de Hollanders hier een 36 hectare groot fort te bescherming van de voor hun belangrijke haven.
Langs de straten staan oude panden uit de Hollandse tijd, beschermd nog steeds door de onverwoestbare stadsmuren van koraalsteen. Aan de voet daarvan beukt de branding van de Indische Oceaan op de rotsen. In het centrum van het oude fort hebben zich met name veel Britten gevestigd, waar ze oude panden opkochten en restaureerden, restaurants en lux winkels vestigden.


HET HOLLANDSE FORT.

(De toegang  in de stadsmuur van het oude Galle en keuze uit verkeersborden meer dan genoeg.)

Het oude Galle is in feite een grote ommuurde vesting, waarin nog veel herinnert aan de Hollandse tijd. De Hollanders bouwden hun fort met zulke sterke muren dat het bestand was tegen kanonskogels. In 2004 meer dan driehonderd jaar later, beschermden deze muren de oude binnenstad van Galle tegen de tsunami.Veel punten van het bastion en straten erin hebben nog oude Hollandse namen.
We komen Galle binnen via de hoofd poort en vervolgen onze wandeling door de Church Street, slaan de Pedlar street in en daarna via de Leyn Baan street in de richting van de vuurtoren.
Helaas is dit gedeelte niet auto en motor vrij.
In het gerenoveerde Amangalle Hotel aan het begin van onze wandeling, was vroeger de residentie gevestigd van de Hollandse gouverneur uit 1684.
Even verder staat de Grote Kerk, de Nederlands- hervormde kerk, de oudste protestantse kerk van Sri Lanka. Het huidige bouwwerk stamt uit 1755 en diende ter vervanging van een honderd jaar eerder opgetrokken godshuis.



                                                                            (Grote Kerk.)



Het sombere interieur is prachtig bewaard gebleven. Een deel van de vloer bestaat uit grafstenen van Hollandse burgers uit de koloniale tijd. De preekstoel en de galerij waar het orgel staat zijn voorzien van fraai houtsnijwerk, en gedenktekens aan de wanden getuigen van het leven, en de dood van Hollanders en later Britse kolonisten.
Tegen over de Grote Kerk ligt het Maritiem museum van Galle. Naast de Groet Kerk ligt de All Saints' Church uit de Britse tijd, die bekroond wordt door een vierkante spits.



Tussen de Grote Kerk en de All Saints' Chuch ligt nog een heel oud gebouw uit de Hollandse tijd. Het is gedekt met oud Hollandse dakpannen, die vroeger als ballast door de VOC schepen werden mee vervoerd naar de Oost. en het heeft nog een echte overdekte galerij gesteund door pilaren.
Tegenwoordig is daar een bibliotheek en een postkantoor in gevestigd.
Voor het gebouw staat nog een echte oude Engelse brievenbus.






                                                                     ( All Saints' Church.)



Een straatnaam, waarbij het hart van een rasechte Rotterdammer sneller gaat kloppen. De aanduiding is in het Tamil, Engels en het Singalees.



De hoogste herkenningspunten in Galle zijn de klokkentoren in het Galle Fort (midden) en de vuurtoren op het Utrecht bastion (rechtsboven). Linksboven een oud Hollands pand verbouwd tot een restaurant, linksonder resten van een fundatie van een geschut uit de WO-II, in het midden de riffen die voor een natuurlijke barricade zorgen voor de ingang van de haven van Galle, waar de Hollanders goed gebruik van wisten te maken, en rechtsonder een zicht op de Meeran Jumma-moskee en de vuurtoren vanaf flag-rock. Op flag-rock ligt nog een oude fundatie van een draaibaar kanon uit de tijd van de Hollanders.


We verlaten Galle en rijden via enige kleine plaatsjes, waar nog oude koloniale huizen volledig in verval staan, in de richting van de autosnelweg in de richting van Colombo. 
Langs de snelweg staat een bord dat we in Nederland in het geheel niet kennen, het is een waarschuwing tegen overstekende in het wild levende pauwen. Gedurende de eentonige rit in de richting van Beruwela, naar ons hotel  waar we twee dagen zouden verblijven, toonde een van onze medereizigers zijn zangtalenten en kreeg spontane bijval uit de groep.

(Luchtopname van het Citrus Hotel.)

 Van Beruwala reden we langs de de kust naar Kalutra waar we werden onder gebracht in het enorm grote Citrus Waskaduwa hotel aan het strand van de Indische Oceaan, een aankomst in de stortende regen met enorme windvlagen, die de open gedeelten van het hotel blank zetten. 
Het was dus dweilen voor de hotelstaff.
Grote ruime kamers op de derde verdieping met een grandioos uitzicht op de onstuimige Indische Oceaan met enorme wolkenmassa's opkomende vanuit het zuidwesten.



        Zie vervolg: SRI LANKA RONDREIS. BERUWALA - KALUTARA. DAG 12 en 13.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten