zaterdag 1 februari 2025

EMBLEMEN KON. NEDERLANDSE LUCHTMACHT. (DEEL 1)

 

   ALS ADELAARS IN DE LUCHT, 

          GERING IN AANTAL, 

            GROOT IN DADEN.

                                     DEEL 1.


             EMBLEMEN KONINKLIJKE NEDERLANDSE LUCHTMACHT.

                                           EMBLEEM KONINKLIJKE LUCHTMACHT:

Het embleem van de Koninklijke luchtmacht geeft weer; een rond schild van oranje omgeven door een aansluitende goud omzoomde azuren band, waarop in Latijnse letters van goud de spreuk; 'parvus numero magnus merito' (gering in aantal, groot in daden). Over alles heen een vliegende gouden adelaar, het geheel gedekt door een koninklijke kroon van goud; onder het schild een goud omzoomd azuren lint, waarop in Latijnse letters van goud: Koninklijke Luchtmacht. Over dit lint hangen aan de schildzoom bevestigde versierselen van de Militaire Willems-Orde 4e klasse.
Het embleem gaat terug op het vliegersembleem dat bestaat uit een oranjeschijf met daarop een vliegende adelaar.

EMBLEEM STAF COMMANDO LUCHTSTRIJDKRACHTEN:

Geeft weer in zilver een geschoeide slechtvalk met opgeheven vlucht in natuurlijke kleur, naar rechts gewend en zittend op een gehandschoende vuist van keel, omgeven door de vaste omlijsting, met midden onder de Latijnse letters 'CLSK' op een ovaalvormig plaatje met daaronder op het lint de embleemspreuk 'waakzaam en hardnekkig'.

EMBLEEM CENTRUM VOOR MENS EN LUCHTVAART:

Geeft weer in keel een naar rechts gewend hoofd van de godin Pallas Athene. Op het hoofd een oorlogshelm. Op de opgeheven rechterhand een zittende uil. Alles van goud op een donkerrode achtergrond, het geheel omgeven door de vastgestelde omlijsting met in een ovaalvormig plaatje de naam CML en in het lint van goud de Latijnse letters in sabel 'scientia et volatus' (wetenschap ten dienste van het vliegen).

Athene is de godin van de wijsheid en het krijgsbeeld en beschermvrouwe van de wetenschap. Een godin die ondanks dat zij krijgsuitrusting droeg helemaal niet oorlogszuchtig was. Zij was ook de uitvindster van allerlei werktuigen die het leven en de arbeid van de mensen verlichten. Tal van aanknopingspunten voor het Centrum voor Mens en Luchtvaart (CML) dat gevormd wordt door vooral militaire wetenschappers die een operatieondersteunende functie uitvoeren en die allerlei hulpmiddelen bedenken om het werk van de operationele vliegers zo goed mogelijk uitvoerbaar te maken.
In de wapens van de luchtmacht komt gebruikelijk een dier voor.
De vogel van Athene was de uil. Dat dier wordt gezien als symbool voor wijsheid. Daar hoopt het CML mee geïdentificeerd te worden.
Tijdelijk is dan nog het voordeel dat het CML nu vooral zich bezighoudt met het ondersteunen van nachtoperaties, het domein waar ook de uil zeer actief in is.


EMBLEEM AOCS NIEUW MILLIGEN:

Geeft weer in azuur een vliegende aanziende adelaar van sabel; een gewelfde schildvoet van sinopel met twee zilveren stralenbundels; over alles heen een uit de schildvoet tot het midden van de adelaar reikende punt van zilver, aan weerszijde vergezeld van een paar naar beneden gerichte bliksemschichten van zilver en geplaatst in de vorm van een omgewende keper. het geheel omgeven door de vastgestelde omlijsting met in het ovaalvormige plaatje de letters AOCS/NM in Latijnse letters en met de embleemspreuk 'alert en beschermend' in  Latijnse letters van sabel op een lint van goud. 
De cirkelboog symboliseert de begrenzing van het te beschermen luchtruim, het sinopel geeft de veiligheid aan die door de luchtverkeersbeveiliging binnen het gebied wordt geboden. het bovenste deel van de voorstelling duidt op de vanuit de lucht naderende vijand. De bliksemschichten geven gevaar aan, de zilveren priem is het antwoord dat de vernietiging van de aanvaller bewerkstelligt voordat het gevaar voldoende ver kan doordringen. De stralenbundels symboliseren de elektronische hulpmiddelen die de centra benutten.

EMBLEEM OPLEIDINGSCENTRUM SCHOOL OF AIR CONTOL: Geeft weer een steenuil welke symboliseert vanuit de oudheid wijsheid. Wijsheid die kan worden verkregen door opleiding en studie, de vliegende steenuil staat voor opleidingen luchtverkeersleiding en luchtgevechtsleiding.
De papierrol verwijst naar de documenten die ten grondslag liggen aan de werkwijzen, procedures en de veiligheidssystemen binnen de luchtverkeers- en luchtgevechtsleiding. Het geheel omgeven door de vastgestelde omlijsting.
Met de kleurstelling wordt dag/nacht operationele inzetbaarheid van het Air Operations Control Station (AOCS) (bij het oude embleem: 'en de beschikbaarheid van opleidingen voor de gehele paarse Defensieorganisatie'). De bliksemschichten maken de basiselementen die noodzakelijk zijn voor het functioneren van de luchtverkeers- en luchtgevechtsleiding zichtbaar en komen voor in het AOCS onderdeelsembleem. te weten radiotelgrafie, radardata en communicatienetwerken. 


EMBLEEM NATIONALE DATALINK MANAGEMENT CEL; 

Geeft weer tegen een achtergrond van drie vlakken van azuur, licht azuur en sinopel, een oranje cirkel in keel, waaruit zes bliksemschichten van zilver wijzen in alle windrichtingen.
Daaroverheen staat een ring van goud. 
Het geheel omgeven door de vaste omlijsting, met in het ovalvormig plaatje de letters NDMC (Nationale Datalink Management Cel) en met de embleemspreuk op een gouden lint 'omnia videre perubique' ( alles zien overal) in Latijnse letters van sabel.

De NDMC draagt bij aan de slagkracht van de krijgsmacht door het voorbereiden, plannen en ondersteunen van operaties met Link 16 )een militair datacommunicatienetwerk', waar ook ter wereld de Commandant Strijdkrachten dat verlangt. Daarbij zijn in het ontwerp de ring en de bliksemschichten verwerkt die ook in het onofficiële embleem waren opgenomen. Tactische datalinks (waaronder Link 16) worden vaak als ring (in tijd) getoond. In de ring krijgen alle datalink gebruikers tijd om informatie te geven en te krijgen. Dit is een repeterend proces. De bliksemschichten die in alle windstreken wijzen, symboliseren de wereldwijde inzet van de NDMC en de tactische radio's waar datalinks gebruik van maken.

De achtergrond kleuren laten de paarse taakstelling zien (azuur voor de marine, sinopel voor de landmacht en licht azuur voor de luchtmacht).
Ook geeft de kleurstelling aan dat datalinks worden ingezet boven land, zee en luct. In het midden oranje (rood) wat voor NDMC staat als nucleus binnen defensie voor het gebruik van tactische datalinks.
De wapenspreuk slaat op de toegevoegde waarde van tactische datalinks om tussen alle gebruikers informatie te delen waardoor het situatiebeeld (situationel awareness) wordt vergroot (alles zien). 
Tactische datalinks worden over de hele wereld ingezet door defensie. Dit zowel in nationaal, NAVO- als coalitieverband.

EMBLEEM 710 SQUADRON: geeft weer in een veld van azuur een spinnenweb met in het midden een kruisspin in goud. Geheel omgeven door de vaste omlijsting met op het ovaalvormig plaatje het getal 710 dat verwijst naar het squadron. Op een lint van goud  de wapenspreuk 'semper vigilans' (altijd waakzaam) in Latijnse letters van sabel. 710 Air Command and Control Squadron is verantwoordelijk voor de bewaking en handhaving van de integriteit van het Nederlandse luchtruim. Ook bewaakt 710 het Nederlandse deel van de NAVO Area of Responsibility boven de Noordzee.
Zie Squadrons AOCS Nieuw Milligen.


EMBLEEM 711 SQUADRON:

geeft weer in een gedeeld veld waarvan 2/3 azuur en 1/3 sabel een albatros. Vanuit boven in het blauwe veld een bliksemschicht van welke de punt eindigt onder in het zwarte veld.
Het geheel in de gebruikelijke omlijsting met op het ovaalvormige plaatje 711 LVL SQN.
Onder het geheel een lint van goud met de tekst 'wij wijzen de weg' in Latijnse letters van sabel. 711 Squadron is verantwoordelijk voor het op een veilige en vlotte manier begeleiden van militair civiel luchtverkeer. Het squadron verspreidt vliegplannen, luchtruim- en luchtvaartinformatie. Sinds december 2017 werken de militaire luchtverkeersleiders samen met Luchtverkeersleiding Nederland op Schiphol-Oost. Zie Squadrons AOCS Nieuw Milligen. 


EMBLEEM VLIEGBASIS LEEUWARDEN: geeft weer in keel een gevleugelde draak van goud, het geheel omgeven door de vastgestelde omlijsting met op het ovaalvormige plaatje de letter LW (Leeuwarden). Op een lint van van goud de embleemspreuk 'amicis inimicis promptus' (voor vriend en vijand) in Latijnse letters van sabel.
De vliegende draak in het embleem van Vliegbasis Leeuwarden heeft een lange geschiedenis. Kronieken uit het einde van de 16e eeuw en het begin van de 17e eeuw melden al verschijningen van een vliegen draak in Zuid-Friesland op het Rode Klif te Gaasterland. De draak stond symbool voor de bescherming van het Friese land. De verbondenheid van de vliegende draak met het luchtruim en de bescherming die hij de bevolking gaf, geven een duidelijke betekenis aan de draak in het embleem van Vliegbasis Leeuwarden. Op de vliegbasis verheffen zich nog altijd 'vliegende draken' in de lucht om bescherming te bieden: gevechtsvliegtuigen.


EMBLEEM 306 SQUADRON: 

geeft weer een gedeeld schild, rechts van sabel bezaaid met vijf sterren, links van azuur, over alles heen een uit de linkerhelft naar rechts gewende arendskop van goud. Omgeven door de vastgestelde omlijsting voor de emblemen van de vliegende operationele squadrons. met midden onder op een ovaalvormig plaatje  het nummer 306 in Arabische cijfers. Onder het geheel op een lint van goud de embleemspreuk 'videre vencere est' (zien is overwinnen) in Latijnse letters in sabel. De adelaar staat bekend als de beste waarnemer onder de vogels, zelfs van grote hoogten, daarom is de kop van de vogel gekozen als symbool. De ingetekende sterren geven niet alleen de nachtelijke operaties weer maar geven ook een beeld van de eenzaamheid van de verkenner in het heelal. Een verkenning wordt in principe  met één enkel vliegtuig gevlogen om zonder door de vijand gezien te worden boven het te verkennen doel en ook onopvallend het verkrijgen van informatie en hiermee naar de thuisbasis terug te keren.

EEMBLEEM 322 SQUADRON: geeft weer in zilver een roodstaartpapegaai in natuurlijke kleuren zittend op een gouden stokje. Het geheel omlijst met een band van licht azuur met daarop in gouden letters bovenin 'DUTCH SQUADRON' met in het midden aan beide zijden in Arabische cijfers 322 en in de onderste helft 'ROYAL AIR FORCE' Het geheel omringt door bladerenkrans van lichtsinopel
Onder het geheel op een lint van lichtsinopel de embleem spreuk 'niet praten maar doen' in Latijnse letters van sabel. Geheel gedekt door de Britse koninklijke kroon.

Polly Grey is de naam van de mascotte van het Nederlandse 322 Squadron. In augustus 1943 keerde een van de officieren van het squadron terug van verlof uit Londen en bracht deze roodstaartpapegaai mee. De eerste Polly Grey kwam uit de Londense dierentuin. Het embleem is wegens deelname als Fighter Squadron in RAF-verband tijden de Tweede Wereldoorlog aan 322 Squadron toegekend door Z.M. Koning George VI.
De spreuk 'niet praten maar doen' symboliseert de activiteiten van het squadron.

EMBLEEM 323 SQUADRON:

Geeft weer in sabel een omgewende Diana met gespannen pijl en boog, alles goud, gekleed en een gewaad van keel, omgord en van onderen geboord met goud, geschied van sabel
Het geheel omgeven door de vaste omlijsting met op het ovaalvormplaatje 323 in Arabische cijfers van sabel en met de embleemspreuk op een gouden lint 'impetu feroci' (onvervaard in aanval)  in Latijnse letters van sabel.
Diana-figuur met pijl en boog: hiermee wordt tot uiting gebracht de wijze van aanvallen en schieten die bij 3232 Squadron wordt geleerd en vervolmaakt (schietopleiding-squadron). De spreuk symboliseert de doelstelling en de taak van het 323 squadron.

EMBLEEM 921 SQUADRON: geeft weer in keel de klauw van de gevleugelde draak (uit embleem vliegbasis Leeuwarden), met in de klauw drie naar rechtsboven gerichte pijlen. Het geheel omgeven door de vaste omlijsting, met onder een ovaalvormig plaatje  met het nummer van het squadron, en onder het geheel op een lint van goud de embleemspreuk 'doel gericht ondersteunend' in Latijnse letters van sabel.
Het 921 Squadron is verantwoordelijk voor het onderhoud van transportmiddelen, mechanische  gronduitrusting, communicatie- en informatiesystemen, elektronische grondapparatuur en de logistieke ondersteuning op Vliegbasis Leeuwarden. Ook regelt het opslag, transport en montage van wapens en munitie.


EMBLEEM 922 SQUADRON:

geeft weer op een achtergrond van sabel en azuur een hand in zilver met daarboven een gouden vliegende adelaar alsmede vier sterren in zilver.
Het geheel omgeven door de vastgestelde omlijsting met in het ovaalvormige plaatje het getal 922 van de squadron. Onder het geheel op een lint van goud de wapenspreuk 'optimaal ondersteunend'.
Het 922 squadron vervult platformtaken zoals luchtverkeersbeveiliging en meteorologie. Voordat de vliegers de lucht ingaan geeft het squadron bijvoorbeeld een uitvoerige briefing over de weercondities tijdens de vlucht. Verder zorgt het squadron voor brandweer en de bewaking van onder meer de vliegbasis en de F-35-gevechtsvliegtuigen.

EMBLEEM VLEIGBASIS VOLKEL: geeft weer in azuur vier gespannen bogen met pijlen met de punten naar buiten in de vorm van een St. Adrieskruis, de bogen en pijlschachten van goud, de pijlpunten van zilver, beladen met een gouden adelaar in vlucht, waarvan de vleugeleinden over de schildzoom reiken en van boven vergezeld van een koninklijke kroon van goud Het geheel omgeven door de voorgeschreven omlijsting. Op een ovaalvormig plaatje de letters Vlb VKL (Vliegbasis Volkel).
Onder het geheel een gouden lint met de embleemspreuk 'gestaag en gespannen'.

Als uitgangspunt werd gesteld dat aan het wapen of het geschiedkundig verleden van de omgeving van de vliegbasis, of de taak van de vliegbasis, ten grondslag zouden liggen. In dit wapen is uitgegaan van een combinatie van beide grondslagen. Daartoe werd enerzijds uitgegaan van het wapen van de gemeente Uden, de gemeente waarin de vliegbasis voor een groot deel is gelegen en die tevens dient als standplaats voor het op de vliegbasis werkzame personeel. Anderzijds werd gezocht in de symbolische voorstelling de taak en de daaruit voortdurende gespannenheid uit te beelden.

De gespannenbogen dienen als symbolische weergave van de taak van de vliegbasis. Immers, zij vertolken de voortdurende gespannenheid en de gestadige paraatheid tot het in beweging zetten van het wapen naar zijn doel; welk laatste als de uiteindelijke taak van de vliegbasis moet worden gezien. De kleur der bogen en snaren (goud) symboliseert de hoge menselijke waarden die in het geding zijn bij het verkrijgen en bewaren van de paraatheid tot het uitvoeren van de taak. 

De pijlen geven aan dat het wapen dat wordt gehanteerd er een is dat zich vrij door de lucht naar zijn doel beweegt. Nadat het in zijn vlucht is gekomen wordt het niet meer door door degene die het loslaat geleid. De pijlen duiden op de felheid en snelheid aan van het wapen dat zal worden gebruikt.
 De op het schild opgenomen gouden adelaar met kroon (symbool van de Koninklijke Luchtmacht) geeft aan dat de vliegbasis haar taak uitvoert als onderdeel van dit krijgsmachtdeel.
De blauwe achtergrond is het blauw van de lucht, waar de taken worden uitgevoerd.


EMBLEEM 312 SQUADRON: 

geeft weer in sabel twee schuin gekruiste zwaarden van goud waar doorheen een bliksemflits van keel, omgeven door de vastgestelde omlijsting met midden onder  een ovaalvormig plaatje met het nummer 312, van het squadron in Arabische cijfers van sabel met daaronder op een gouden lint de embleemspreuk 'audax cum conilio' (stoutmoedig en beleidvol).
Met de zwaarden wordt de agressiviteit en de slagkracht van 312 Squadron uitgebeeld terwijl de bliksemflits de snelheid waarmede het squadron toeslaat tot uitdrukking brengt.

EMBLEEM 313 SQUADRON: geeft weer in azuur een omgewende tijgerkop van natuurlijke kleur met opengesperde bek. Het geel omgeven door de vaste omlijsting met het nummer 313, van het  squadron in Arabische cijfers, met daaronder op een gouden lint de embleemspreuk 'scherpgetand' in sabel.    
De achtergrondkleur, blauw, symboliseert de lucht als werkterrein van de Koninklijke Luchtmacht.
De tijgerkop symboliseert de eigenschappen van een jachtvliegtuig die overeenkomen met die van een tijger, snelheid, wendbaarheid en agressiviteit. Een tijger heeft een uitstekend zicht, zowel overdag als 's nachts. Een tijger is een territorium dier dat uitsluitend dood voor voedsel en agressief zijn territorium verdedigd. De prooi wordt verrast door hem ongemerkt te besluipen en daarna met grote snelheid te bespringen. De embleemspreuk scherpgetand geeft de hoge paraatheid weer en de slagkracht die het squadron bij het uitvoeren van zijn taak moet leveren.

  

             Zie vervolg: EMBLEMEN KON. NEDERLANDSE LUCHTMACHT. (DEEL 2)


zaterdag 25 januari 2025

RIDDERORDEN KONINKLIJK EN MILITAIR.

 

     VOOR MOED, BELEID, TROUW,

 DAPPERHEID IN MILITAIREDIENST, 

VERDIESTELIJKHEID EN PRESTATIE 

            IN DE SAMENLEVING.


RIDDERORDEN.

De ridderorden zijn onderverdeeld in een militaire ridderorde en twee civiele ridderorden. De ridderorden zijn ook bekend onder de naam 'lintjes'.

De Koning is Grootmeester van de ridderorden. Artikel 111 van de Grondwet bepaalt dat ridderorden bij de wet moeten worden ingesteld. De ridderorde valt daardoor onder de ministeriële verantwoordelijkheid, en wordt door de regering verleend. Het Koninklijk Besluit waarin de ridderorde vastgelegd wordt, wordt ondertekend door de Koning en de verantwoordelijk minister. De Koning reikt de ridderorde niet altijd zelf uit. Meestal doet de burgemeester van de woonplaats van de geridderde dit. De Kanselier de Nederlandse Orden is belast met de uitvoering van de Koninklijke Besluiten.

Nederland kent twee civiele ridderorden: de Orde van de Nederlandse Leeuw en de orde van Oranje-Nassau. Deze worden toegekend aan mensen die zich verdienstelijk hebben gemaakt voor de samenleving. Kandidaten moeten worden voorgedragen bij de burgemeester van hun woonplaats.

ORDE VAN DE NEDERLANDSE LEEUW.

De Orde van de Nederlandse Leeuw is de oudste en hoogste civiele ridderorde in Nederland. Koning Willem I heeft de orde ingesteld op 29 september 1815. Iemand komt in aanmerking voor een onderscheiding in deze orde als iemand een prestatie van zeer exceptionele aard heeft geleverd voor de samenleving.

Er zijn drie graden in de Orde van de Nederlands Leeuw: Ridder Grootkruis, Commandeur en Ridder. Mensen die de Orde van de Nederlandse Leeuw hebben gekregen zijn bijvoorbeeld sporters met een Olympische medaille, kunstenaars of wetenschappers die uniek onderzoek verricht hebben.

ORDE VAN ORANJE-NASSAU.

De onderscheiding wordt verleend aan iemand die zich lange tijd persoonlijk verdienstelijk heeft gemaakt voor de maatschappij, de Staat of het Koninklijk Huis.

Er zijn zes graden in de Orde van Oranje-Nassau. De eerste vijf graden zijn:  Ridder Grootkruis, Grootofficier, Gommandeur, Officier en Ridder. Een benoeming in de zesde graad betekend dat iemand tot lid wordt benoemd is in de Orde van Oranje-Nassau.

In 1890 werd de personele unie tussen Luxemburg en Nederland verbroken. Hierdoor kon het Nederlandse staatshoofd niet langer de Luxemburgse Orde van de Eikenkroon toekennen. Omdat de Orde van de Nederlandse Leeuw een exclusief karakter had, en nog steeds heeft, werd een nieuwe orde ingesteld, de Orde van Oranje-Nassau. Dit gebeurde op 4 april 1892, tijdens het regentschap van Koningin Emma.

VERSIERSELEN.

De versierselen die behoren bij de civiele ridderorden blijven altijd eigendom van de Staat. Als een persoon komt te overlijden, moet de onderscheiding worden teruggestuurd naar de Kanselarij der Nederlandse Orden. De versierselen worden dan schoongemaakt en zo nodig hersteld, zodat ze opnieuw kunnen worden gebruikt.

MILITAIRE RIDDERORDE.

De enige militaire ridderorde is de Militaire Willems-Orde.
De Militaire Willems-Orde is een beloning voor daden van moed, beleid en trouw. Het is de oudste en hoogste onderscheiding van het Koninkrijk der Nederlanden. Deze onderscheiding kent de Koning toe aan individuele militairen of eenheden voor buitengewone inzet.
Volgens de wet is het een beloning voor burgers, militairen en eenheden "die zich in den strijd door het bedrijven van uitstekende daden van moed, beleid en trouw hebben onderscheiden".
De orde bestaat uit vier klassen: Ridder Grootkruis, Commandeur of Tweede klasse, Ridder 3e klasse en Ridder 4e klasse.
Een verzoek tot onderscheiding in de Militaire Willems-Orde moet worden ingediend bij de minister van Defensie. De minister stuurt de aanvragen en de voordrachten voor advies aan het Kapittel de Militaire Willems-Orde. Het zogenoemde Kapittel der Militaire Willems-Orde onderzoekt alle daden uitvoerig. Vervolgens adviseert het kapittel de minister van Defensie om de persoon, onderdeel of eenheid wel of niet voor te dragen bij de koning, Grootmeester van de Militaire Willems-Orde.
De Militaire Willems-Orde werd bij wet ingesteld op 30 april 1815 door koning Willem I. Deze wet bestond uit 12 artikelen en was van kracht tot 30 april 1940. OP die datum werd zij met 'handhaving van haar beginselen' herzien.



DE VIER GRADEN BINNEN DE WILLEMS-ORDE.


RIDDER GROOTKRUIS.

Ridder Grootkruis of Ridder der eerste klasse is een groot uitgevoerd kruis aan een breed lint over de rechterschouder en een zilveren ster met het kruis van de orde met het opschrift 'VOOR, MOED, BELEID en TROUW' en op de linkerborst ditzelfde kruis. 
Tevens wordt de draag baton uitgereikt voor het degelijks dragen van de Orde.




RIDDER COMMANDEUR.

Ridder tweede klasse of Commandeur heeft een  kruis van de orde aan een lint om de hals en op de linkerborst ditzelfde kruis.
Tevens wordt de draag baton uitgereikt.









RIDDER 3E KLASSE.

Ridder 3e klasse heeft een gouden kruis van de orde, met een gouden kroon aan een lint met rozet te gedragen op de linkerborst.
Tevens wordt de draag baton uitgereikt.








RIDDER 4E KLASSE.

De Ridder 4e klasse heeft een zilverenkruis met een vuurslag in goud en een zilveren kroon aan een lint te dragen op de linkerborst.
Tevens wordt de draag baton uitgereikt.







Het lint bij al deze ordes is oranje met twee Nassaublauwe strepen. Een Ridder der Orde, die opnieuw in de strijd een uitstekende daad van moed, beleid en trouw heeft verricht, kan voor bevordering in de Orde in aanmerking komen.




Het is in de heraldiek niet ongebruikelijk om het lint en het kruis ook in het wapen van een ridder op te nemen. Het grootkruis hangt in de standaard van de koning der Nederlanden om het Nederlandse wapenschild in het midden van het Nassaublauwe kruis.








ONDERSCHEIDEN EENHEDEN NEDERLANDSE KRIJGSMACHT.

De wet biedt de mogelijkheid het Ridderkruis vierde klasse toe te kennen aan onderdelen van de krijgsmacht die zich in de strijd hebben onderscheiden. Op grond hiervan zijn zes onderdelen van de Nederlands krijsmacht onderscheiden met de Militaire Willems-Orde voor acties in de Tweede Wereldoorlog:

- de Marineluchtvaartdienst van de Koninklijke Marine (1942);
- het Korps Mariniers van de Koninklijke Marine (1946); 
- de Onderzeedienst van de Koninklijke Marine (1947);
- de Koninklijke Nederlandse Brigade 'Prinses Irene' (1945), waarvan de traditie door 17e Pantserinfanteriebataljon Garderegiment Fuseliers Prinses Irene wordt voortgezet;
- het wapen der Militaire Luchtvaart Nederland (1940), waarvan de traditie door de Koninklijke Luchtmacht wordt voortgezet;
- het wapen der Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Nederlands_Indisch Leger (1942), waarvan de traditie wordt voortgezet door de Koninklijke Luchtmacht; 
-aan het vaandel van 12e Infanteriebataljon (Air Assault) Regiment Van Heutsz van de Koninklijke Landmacht is sinds 1972 de Militaire Willems-Orde gehecht. Dit regiment zet de traditie voort van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL), drie eenheden van het KNIL kregen de Militaire Willems-Orde voor hun optreden in Nederlands-Indië; het 7e Veldbataljon (1849); het 3e Veldbataljon (1877); het Korps Marechaussee van Atjeh en Onderhorigen (1930)


BUITENLANDSE EENHEDEN.



Twee buitenlandse eenheden zijn onderscheiden met de Militaire Willems-Orde voor hun rol in Operatie Market Garden / de Slag om Arnhem in september 1944:
- 82nd (US) Airborne Division;
- 1st Polish Independent Parachute Brigade (1 Samodzeilna Brygada Spadochronowas) (31 mei 2006), waarvan de 6th (Polish) Air Assault Brigade (6 Brygada Desantowo-Szturmova) de traditie voortzet  








donderdag 23 januari 2025

KON. NEDERLANDSE MARINE. VLAGGEN EN VAANDELS.

 

           DE VLAG STAAT SYMBOOL 

                    VOOR DE NATIE, 

DE VAANDEL VOOR EEN ONDERDEEL. 




VLAGGEN VAN DE NED. KON. MARINE.

De Koninklijke Marine  voert de vlag van Nederland, welke symbool staat voor Nederland en de eenheid en de onafhankelijkheid van het gehele Koninkrijk der Nederlanden, op het achterschip.
Het rood-wit-blauw (Helder vermiljoen-wit-kobaltblauw) is zowel te land als ter zee in gebruik als civiele vlag, dienstvlag en oorlogsvlag.
Van 1813-1815 was het de vlag van het Soeverein vorstendom der Verenigde Nederlanden, van 1815-1839 was het de vlag van het verenigd Koninkrijk de Nederlanden, en van 1839 tot op heden de vlag van het Koninkrijk der Nederlanden.
De vlag heeft een hoogte en lengte verhouding van 2:3, met drie gelijke banen.

  

De Marine kent tevens het rood-wit-blauw met daarop in het midden het embleem van de Kon. Nederlandse Marine.
Dergelijke vlag wordt ook door de verschillende onderdelen gevoerd, maar dan met het embleem van het onderdeel. 





Een andere vlag waarvan de kleuren rood en blauw lichter zijn dan van de nationale vlag, is de gevelvlag, die gevoerd wordt aan gevels van gebouwen tijdens feestelijkheden in plaatsen waar de Kon. Nederlandse Marine een basis heeft.



GEUS.

Een geus is een rechthoekige vlag die door een schip gevoerd wordt bij wijze van groet. In Nederland voert de Kon.Marine krachtens koninklijk besluit 315 van 20 juli 1931 een zogeheten Dubbele- of Prinsengeus met twaalf segmenten in de kleuren van de nationale vlag.
De geus van een marineschip van de Koninklijke Marine wordt gevoerd:

1. als het schip op zon- en feestdagen voor anker of aan de kade gemeerd ligt.
2. als er een buitenlands marineschip in de haven ligt.
3. als een Nederlands marineschip in een buitenlandse haven ligt.
De geus wordt niet gevoerd als het schip onderweg is.


De vlag die tijdens de Tachtigjarige Oorlog aan de boegspriet van de Nederlandse oorlogsschepen hing werd de geus (ook wel Prinsengeus) genoemd. Deze Prinsengeus zou voor het eerst gezien zijn bij de inname van Den Briel in 1572.


ONDERSCHEIDINGSVLAG MARINE RESERVE.

De vlag der Koninklijke marine-reserve is de Nederlandse vlag, waarvan het midden van de witte baan half-cirkelvormig is verbreed tot halverwege de rode en de blauwe baan, op welke verbreding met zwart garen is geborduurd een onklaar anker, gedekt door een koninklijke kroon. De vlag is op een onbekende datum omstreeks 1894 vastgesteld als onderscheidingsvlag van een officier van de Koninklijke Marine Reserve.
Een officier of een gewezen officier van de Koninklijke marine-reserve met de rang van luitenant ter zee der 2e klasse of een hogere rang die is aangesteld als gezagvoerder van een Nederlands koopvaardijschip mag mits hen daartoe op verzoek door de Minister van defensie vergunning is verleend, op dat schip als natievlag voeren de vlag van de Koninklijke marine-reserve. Een vergunning wordt in beginsel slechts verleend indien het desbetreffende schip een bruto inhoud heeft van ten minste 500 registertonnen. De vergunning geldt tevens ten aanzien van andere schepen waarover de betrokken officier als gezagvoerder wordt aangesteld en die toebehoren aan dezelfde rederij, waartoe het schip, waarvoor de vergunning was verleend, behoorde.





De vaandels en de standaarden binnen de krijsmacht staan voor trouw, eenheid en eergevoel. Ze vormen het symbool van de onderlinge verbondenheid tussen de militairen van een onderdeel. Of zij nu actief dienend op gepensioneerd zijn. Vaandels en standaarden zijn ook het uiterlijke teken van de band tussen een eenheid en het Koninklijk Huis.
Alleen de koning kan namelijk een vaandel of standaard of een militaire orde toekennen. Deze eretekens worden altijd door of namens de vorst uitgereikt. Bij ceremonies nemen zij een belangrijke plaats in. Militairen leggen bij hun installatie hierop de eed of de belofte af.





VAANDEL OF STANDAARD.

Een standaard is kleiner dan een vaandel. Verder heeft een standaard een kortere stok. Dat verschil heeft een historische achtergrond. Eenheden te paard konden moeilijk met de lange stok van de vaandel overweg. Daarom zijn bij de zogeheten bereden eenheden van de Kon. Landmacht standaarden in gebruik. het gaat dan om de cavalerie, rijdende artillerie en veldartillerie. 
Ook de Kon. Marechaussee, oorspronkelijk een bereden eenheid, heeft een standaard.



VAANDELS BIJ DE KONINKLIJKE MARINE.

KORPS MARINIERS.

Het Korps Mariniers kreeg het vaandel op 16 september 1929 uitgereikt door Koningin Wilhelmina. 
Het doek is het laatst in 1988 vernieuw.
Aan het vaandel is de Militaire Willems-Orde vastgemaakt.

Opschriften op het doek vermelden de wapenfeiten van het Korps.

De opschriften zijn:

Spanje-Algiers; West-Indië; Seneffe; Kijkduin; Doggersbank; Atjeh-Bali; Chatham; Rotterdam; Javazee; Java Madoera; Nieuw-Guinea; Helmond, Kandahar en Uruzgan.



ONDERZEEDIENST.

De Onderzeedienst ontving het vaandel op 14 juli 1964. Het doek is het laatst in 1997 vernieuwd. Aan het vaandel is de Militaire Willems-Orde vastgemaakt.

De opschriften zijn:

Zuid-Chinese Zee 1941-1942.
Middellandse Zee 1941-1944.





MARINELUCHTVAARTDIENST.

De Marineluchtvaartdienst (MLD) ontving het vaandel op 17 juli 1964. Het doek is rond 1989 vervangen. Aan het vaandel is de Militaire Willems-Orde vastgemaakt.

De opschriften zijn: 

Nederlands-Indië 1941-1942.
Indische Oceaan 1942- 1945.
Noordzee 1941-1942.
Normandië 1944.


 

MIJNENDIENST.

De mijnendienst kreeg het vaandel op 14 mei 1982 uitgereikt. Aan het vaandel is de Militaire Willems-Orde vastgemaakt.

Opschriften zijn:

Nederlandse kust 1940.
Britse wateren 1940-1944.
Indische Archipel 1941-1942 en 1945-1949.
Nederlandse kust 1944-1945.




ESKADER.

Het Eskader kreeg het vaandel uitgereikt op 26 april 2002 door Koningin Beatrix.

De opschriften zijn:

Krijgsverrichtingen 's Lands Vloot 1597-1795.
Krijgsverrichtingen 's Lands Vloot 1816-1870.
Nederlands-Indië 1817-1927.
Tweede Wereldoorlog 1940-1945.








KORPS ADELBORSTEN.

Het Korps Adelborsten van het Koninklijk Instituut voor de Marine ontving op 14 september 1904 het vaan del. Van oorsprong is het de vlag van prins Frederik, de tweede zoon van koning Willem I, op 24 april 1830 aan het korps overhandigde. Aan het vaandel is de Militaire Willems Orde vastgemaakt. Het is bij Koninklijk Besluit als vaandel erkend.
Het doek is verschillende malen vernieuwd.









woensdag 22 januari 2025

KON.NEDERLANDSE MARINE EMBLEMEN. (SCHEPEN) DEEL 2.

 

     EMBLEMEN (WAPENSCHILDJES)

          VAN DE SCHEPEN VAN DE

             KON. NED. MARINE.

                                  DEEL 2.






EMBLEEM Zr. Ms. ZEELEEUW (S803):  geeft weer in azuur een zeeleeuw van zilver, getongd en genageld van keel. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk 'op prooi belust' in L:atijnse letters van zilver op een lint van azuur.
Als naamgever is de Middeleeuwse heraldische zeeleeuw gekozen: half vis en half leeuw. De spreuk verwijst naar het optreden van de onderzeeboot in oorlogstijd.



EMBLEEM Zr. Ms. DOLFIJN (S808):  geeft weer in keel een dolfijn in natuurlijke kleur springend boven een golvende schildvoet. golvend gedwarsblakt van zilveren azuur van vierstuks. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk 'ik zal voor gaan' in Latijnse  letters van zilver op een lint van keel..
De embleemspreuk verwijst naar de speelse gewoonte van de dolfijn om voor een varend schip uit te springen. Als motto van de onderzeeboot Dolfijn is het tevens een uiting van moed.




EMBLEEM Zr. Ms. BRUINVIS (S810):  geeft weer in zilver een bruinvis van natuurlijke kleur, opduikend uit een golvende schildvoet, golvend gedwarsbalkt van vier stukken, azuur en zilver.
Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk 'klein maar dapper' in  Latijnse letters van azuur op een lint van zilver.
De naamgever in het embleem verbeeld, naar ontwerp van matroos 1e klasse operationele dienst/ / nautische dienst P.A. Eiting, winnaar van de prijsvraag die de commandant van de Onderzeebootdienst uitschreef om op het embleem te komen.



 

EMBLEEM Zr. Ms. MERCUUR (A900):   geeft weer in sinopel een paalsgewijs geplaatste torpedo van zilver, aan de onderzijde omstergeld door twee slangen van hetzelfde en halverwege de hoogte lopend over een vlucht van goud. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk áb ortu ad occasum sous' ( van zonsopkomst tot zonsondergang' in Latijnse letters van zilver op een lint van sinopel.
De torpedo met slangen en vlucht op de staf van de Romeinse god Mercurius, die twisten beslechtte, en verwijzen naar de torpedo als laatste wapen in een duel. Zij wordt omstrengeld door twee slangen, die de agressiviteit van torpedodragers symboliseren. Omdat het inschieten van torpedo's vanaf de Mercuur alleen bij daglicht kan geschieden verwijst de spreuk naar deze beperkte tijd.





EMBLEEM Zr. Ms. MAKKUM (M857):  geeft weer in azuur een verhoogde schildvoet van sinopel en over alles heen een aanziende zeemeermin van goud. De staart naar links, houdende in de rechterhand een naar rechts zeilend schip en in de linker een kalkoven, beide van zilver. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. 
Het embleem is ontleend aan het wapen van Makkum. De M857 is reeds uit de vaart genomen.




EMBLEEM Zr. Ms. SCHIEDAM (M860):  geeft weer in goud een schuinbalk, geblokt van keel en zilver, gaande over een leeuw van sabel. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting.
Het embleem is ontleend aan het gemeentewapen van Schiedam. De kleuren stammen van het wapen van Henegouwen.




EMBLEEM Zr. Ms. VLAARDINGEN (M863): geeft weer in goud een leeuw van keel. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Het embleem is ontleend aan het gemeentewapen van Vlaardingen met de Hollandse leeuw.




EMBLEEM Zr. Ms. ZIERIKZEE (M862):  geeft weer in keel een leeuw van sabel. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Het embleem is ontleend aan het gemeentewapen van Zierikzee, dat blijkbaar de Hollandse leeuw in gewijzigde kleuren afbeeldt.




EMBLEEM Zr. Ms. WILLENSTAD (M864):  geeft weer doorsneden: I in sabel een gaande leeuw van goud, getongd en genageld van keel; II in zilver drie schuine kruisjes van keel, geplaatst 2:1. 
Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk 'fortitio mea deus' (God is mijn kracht) in Latijnse letters van sabel op een lint van zilver.




EMBLEEM SOEMBA (A850): Een rond schild, gedeeld van zilver en sabel en beladen met vijf renende paarden van het een in het ander, geplaatst 2:1:2, de beide bovenste en de twee onderste slechts te halve lijve zichtbaar. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. De A klasse zijn duikwerkschepen. Dit embleem verbeeldt de Sandelwoodpaarden die op het eiland Soemba in kudden rondzwerven. Van dit ras komen zowel schimmels als donkere typen voor.




EMBLEEM CERBERUS (A851): geeft weer in zilver een omgewend monster met drie hondenkoppen en een slangenstaart van sabel, getongd en genageld van keel. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk 'transitum prohibeo' (ik bescherm tegen doorgang' in Latijnse letters van sabel op een lint van zilver. 
In de klassieke Griekse mythologie bewaakte Cerberus de toegang tot de onderwereld. De embleemspreuk verwijst naar de werkzaamheden van de vorige Cerberus, een nettenlegger met als taak het versperren van de haventoegangen in tijd van oorlog. 




EMBLEEM ARGUS (A852): geeft weer in zilver een pauwenstaart van zestien veren van natuurlijke kleur. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. De ogen van de pauwenveren symboliseren de onderzoeksactiviteiten van de marineduikers (met argusogen) die opereren vanaf het vaartuig Argus.



 

EMBLEEM NAUTILUS (A853): geeft weer in azuur een zilveren Nautilusschelp. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Het embleem geeft de naamgever weer: de Nautilus, een inktvis die met behulp van zijn schelp kan zinken en opdrijven.




EMBLEEM HYDRA (A854): geeft weer in zilver een hydra van sinopel met negen koppen, de middelste aan ziend, zes afgewend en de onderste twee toegewend, getongd en genageld van goud.
Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. 
De waterslang Hydra uit de Griekse mythologie woonde in een moeras. Haar koppen groeiden weer aan zodra ze werden afgesneden en de middelste kop was zelfs onsterfelijk. Uiteinde lijk werd ze gedood door de held Heracles.





EMBLEEM Zr. Ms. LUYMES (A803): geeft weer gedeeld: I in zilver een geopende schaar, met haar midden geplaatst op een horizontale pijl, overtopt door een kroon van drie bladeren en twee parels. gevoerd van keel, alles van sabel; II in zilver een omgekeerd anker van sabel. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting.
Afgebeeld is het familiewapen van kapitein-ter-zee J.L.H. Luymes (1869-1943), die zich zeer verdienstelijk maakte op hydrografisch gebied . In 1920--1935 was hij chef van de afdeling Hydrografie en werkte mee aan de 'Snelliusexpeditie' van 1929-1930 in Nederlands-Indische wateren.




 EMBLEEM Zr. Ms. SNELLIUS (A802):  geeft weer in keel drie rozen van zilver. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. 


Afgebeeld is het familiewapen van Willebrord Snellius (1580-1626), hoogleraar in de wiskunde aan de universiteit van Leiden.
Zijn onderzoekingen waren van zeer groot belang voor de hydrografische kartering.
Ondermeer legde hij de grondslag voor een graadmetingmethode met behulp van trigonometrie (driehoeksmeting).

 




EMBLEEM HYDROGRAAF (H8021): geeft weer doorsneden; I in zilver een sextant van sabel; II in azuur een GPS-pictogram. Geheel geplaatst op de gebruikelijke omlijsting. Embleemspreuk 'ad majorem navigationis securitatem'  (voor grotere navigatie geheimhouding) in Latijnse letters van sabel op een lint van zilver.
De embleemkleuren zijn ontleend aan die van het embleem van de Dienst der Hydrografie (zilver en blauw). Met de stukken wordt de verbinding tussen verleden en heden gesymboliseerd, waarbij de sextant staat voor de klassieke astronomische metingen voor het verzamelen van de noodzakelijke navigatie-gegevens, het GPS-pictogram voor de huidige plaatsbepaling ter zee.  


                        Zie vervolg: VLAGGEN EN VAANDELS KONINKLIJKE MARINE.