CAPISTERIA S.S. SHELL TANKERS B.V. (DEEL-1B)

S.S. CAPISTERIA.

8 DECEMBER 1967 T/M 5 JUNI 1968.

Terug in de Persische Golf werd er te Mena al Ahmadi (Saudi Arabië) geladen voor Sydney en Geelong in Australië.

Het nieuwe opera gebouw van Sydney in aanbouw.

Het gehele ontwerp was een onderwerp van discussie en het maken van spotprenten  zoals hierboven welke de ondertiteling kreeg "The Fucking Turtles". 

(Meeuwen achter het schip in de ondergaande zon.)

Na de reis naar Australië werd er geladen te Karg Island voor Bombay in India.
Bij aankomst te Bombay moesten we enige dagen ten anker daar er geen ligplaats vrij was voor het schip. Toen we uiteindelijk plaats hadden en anker op gingen bleek er een enorme kluit modder en afval aan het anker te zitten en dus liet de stuurman het gedeeltelijk weer vallen om het schoon te spoelen. Maar toen het anker met ketting weer werd binnen gehaald bleek het anker te zijn verdwenen. De schalm aan het anker was afgebroken en het anker lag op de bodem van de haven van Bombay

Om het reserve anker voor bij de bak te verwijderen werd er een ponton met kraan ingehuurd om het anker eerst op het dek van de ponton neer te leggen en aldaar ver gelegen van het schip met zware branders al de bewegende delen weer goed bewegend te maken. Het anker stond er ongebruikt reeds vanaf de nieuwbouw van het schip in 1960. 

( Intussen werden we aan boord bezig gehouden door een slangenbezweerder.)

Weer voorzien van twee ankers ging de reis in ballast van Bombay terug naar Kuwait om daar te gaan laden voor Cork in Ierland.

Het werd weer een reis om Kaap de Goede Hoop en werd er weer te Kaapstad proviand aan boord genomen. Niet te vergeten de zo verlangde post van het thuisfront te ontvangen en te verzenden.

Bij aankomst te Cork werd een gedeelte van de officieren afgelost om met verlof te gaan. We vlogen met de Ierse luchtvaart maatschappij Air Lingus naar Londen en van Londen met de BEA naar Rotterdam.
Het was een lang contract met veel onderhoud aan het door de Engelsen verwaarloosde schip zowel in de machinekamer als aan dek.

CAPISTERIA S.S. SHELL TANKERS B.V. (DEEL-1A)

S.S. CAPISTERIA.

8 DECEMBER 1967 T/M 5 JUNI 1968.

( s.s. Capisteria. Bouwjaar; 1960. Werf; Betlehem Steel Corp. USA. Tonnage; 50.080 brt.)

Op 8 december 1967 vlogen we met een complete ploeg officieren naar Kuwait om het s.s. Capisteria over te nemen van Shell UK. Na twee dagen gewacht te hebben in het Kuwait Sheraton Hotel stapten we op 10 december 1967 aan boord van het s.s.Capisteria.  Het schip lag op de rede van Kuwait ten anker en de bemanning was reeds verwisseld. Zodra we aan boord van de Capisteria stapten en de overdracht papieren waren getekend vertrokken onze Engelse 'collega's' zonder enige verdere tekst of uitleg. De meeste van de werktuigkundigen hadden reeds een reis gemaakt op een van de Ph-tankers en kwamen al snel tot de ontdekking dat de machine installatie het zelfde was, maar met dit verschil dat de stoomketels voor in de machinekamer stonden en niet achterin. 

Nog de zelfde dag dat we aan boord stapten werd het anker binnen gehaald en gingen we laden aan de boei bij Jazirat Halul (10 december 1967) De lading was bestemd voor Genua in Italië en de reis ging via Kaap de Goede Hoop.

De reis over de Indische Oceaan naar Kaapstad verliep rustig en te Kaapstad werd verse proviand ingenomen op 24 december, want dat wat de Engelsen hadden achtergelaten kon de Hollandse magen niet behagen.
Het was op deze reis voor zowel de Nederlandse officieren als de Chinese bemanning vooral van belang het schip goed te leren kennen. Ook werd de accommodatie grondig schoon gemaakt want erg schoon waren de Engelsen niet op het schip geweest.

Na Kaapstad kregen we te maken met de winterse stormen op de Atlantische Oceaan en kregen we dagen achter een het nodige water over het hoofddek heen.

De Kerstdagen en de jaarwisseling werden gevierd met dat we zelf maakten, daar er geen Kerstversiering aan boord was te vinden. Tijdens het diner was het wel je boord goed vast houden vanwege het slingeren van het schip.

Uit het nieuws bulletin van RADIO HOLLAND.

De KLM heeft dit jaar twee miljoen passagiers vervoerd. Het hoogste aantal dat deze maatschappij ooit heeft bereikt.(Dit met een toevoeging van de radio officier) Onder hen elf Nederlandse officieren voor het s.s. Capisteria.

Na het lossen van de lading te Genua kregen we weer orders om rond de Kaap de Goede Hoop, daar het Suez Kanaal gesloten was,  terug te keren naar de Perzische Golf.  

ARCA S.S. SHELL TANKERS B.V. (DEEL-2B)

S.S. ARCA.

26 JANUARI 1973 T/M 25 MEI 1973.

De terug reis naar Singapore verliep niet al te rustig over de Indische Oceaan, maar ook aan het slechte weer kwam een einde.

Wat dan ook de gelegenheid was om op het achterdek en sate party te organiseren. De sate over werd gemaakt uit een lege oliedrum en een ieder liet het zich goed smaken.
Er werd weer geladen in Singapore voor Whangarei in Nieuw Zeeland, waarna we weer terug keerden naar Singapore.

Ook de bemanning gaf  op de reis van Singapore naar Hong Kong een party welke ze opluisterden met hun eigen muziek en zang. 

De lading in Hong Kong werd gelost bij het vliegveld, maar zij die de wal opgingen staken over naar het eiland zelf en bezochten stadsdeel Aberdeen, waar al de sampans gemeerd liggen. Overbevolking op het water.

Aberdeen haven is een drijvende stad op zich zelf. Het is een komen en gaan van sampans met hun handelswaar en vers gevangen vis. Veel kleine bootjes zorgen voor verbinding tussen de wal en de bewoonde schepen en tussen dit bruisende leven worden zelfs nog nieuwe schepen gebouwd.

Aan het model van de sampans is weinig veranderd in de vele jaren. Alleen heb ben veelal de zeilen plaats gemaakt voor motorische voortstuwing.

Een Chinese pajung (paraplu) gemaakt uit geolied papier, touw en bambu; omgebouwd tot een stukje sfeer verlichting in de scheepshut. 

De Shell raffinaderij op Pulau Bukom bij nacht. De grootste olie raffinaderij van het Verre Oosten waar het komen en gaan is van tankers 24 uur per dag.

Wederom een reis naar Hong Kong en een gezellige sate party waarop onze twee cadetten Jan en Willem uitblonken in het 'piepen' van de sate.. 

Op 25 mei 1973 kwam er een einde aan mijn contract aan boord van de Arca en werd ik te Singapore afgelost, waar ik enige dagen in het Cockpit Hotel verbleef wachtend op mijn thuisvlucht naar Schiphol Amsterdam. Ook de bemanning ging hier met verlof.

Zo is het dan altijd weer goed om over je eigen land te vliegen en het van bovenaf te bekijken bij het aanvliegen van de landingsbaan op Schiphol.

ARCA S.S. SHELL TANKERS B.V. (DEEL-2A)

S.S. ARCA.

26 JANUARI 1973 T/M 25 MEI 1973.

Op 26 januari 1973 stapte ik weer aan boord van het s.s. Arca. Intussen was er een wisseling  van de bemanning geweest en had de Nederlandse bemanning plaats gemaakt voor bemanning uit Indonesië.
Het was een gezellige en hard werkende ploeg die dol waren op muziek maken en liedjes zingen na het werk.
Te Singapore was bij de raffinaderij op Pulau Bukom een lading geladen voor Whangarei in Nieuw Zeeland. 

Het werd een reis met de nodige voorjaars stormen en bij Kaap Leeuwin (Australië) kregen we het slechte weer recht op de kop. 

Het scheepsdek werd dan ook regelmatig 'gewassen'.

De rust keerde pas weer toen we in de baai bij Whangarei in Nieuw Zeeland onze lading gingen lossen.

Het was op vrije momenten heerlijk om een rustige strandwandeling te maken te Whangarei. Na het lossen van de lading vertrokken we naar Geelong in Australië om er te gaan laden voor Humea op het eiland Nouméa van de Frans New Caledoniën eilanden. 

Daar er te Humea geen steiger was om aan te meren werd de lading gelost via een boei en een pijpleiding naar de wal. Ook aan de wal was het intussen bekend dat het schip was bemand met Nederlandse officieren en bemanning uit Indonesië, maar ook dat we twee jonge marine cadetten van de Indonesische Marine aan boord hadden om hun te trainen in het tanker gebeuren.
Zo kregen we onverwachts het bericht dat we bezoek zouden krijgen van de ambassadeur van Indonesië en zijn echtgenote die graag kennis wilde maken met de twee cadetten ( jongens uit hoge militaire families ) en de bemanning.

Er werd naast het schip een klein ponton afgemeerd, zodat we de statie trap er op konden leggen om het hoge bezoek veilig aan boord te laten komen.

Het werd een ontspannen bezoek, waarbij de ambassadeur een geanimeerd gesprek had met de cadetten Jan en Willem. Ze werden samen met enige officieren uitgenodigd voor een diner aan de wal.

Zo haalden we ook de lokale kranten.

Het lossen van de lading ging gewoon door en zo viel ook langzaam de tropische avond in te Humea.

Na het verdwijn en van de zon lichte de hemel nog even op en viel snel de tropen nacht over de Frans Nieuw Caledoniën eilanden. De volgende ochtend vertrokken we om weer een nieuwe lading te gaan laden in Singapore. 

ARCA S.S. SHELL TANKERS B.V. (DEEL-1B)

S.S. ARCA.

25 MEI 1967 T/M 15 OKTOBER 1967.

Na de reis naar Anchorage keerden we terug naar Curaçao om te laden voor de Expo 1967 te Montreal in Canada. Zo maakten we een lange vaart onder loods begeleiding over de rivier de St. Lawrence.

Het terrein van de Expo lag op twee eilandjes in het midden van deze rivier. De brandstof die we moesten lossen was speciaal voor de elektriciteit voorziening van al de gebouwen en verdere voorzieningen op het Expo terrein.

Van de organisatie kregen we een gratis bewijs van toegang om het Expo terrein te betreden en te bezichtigen, maar het bezichtigen deden we maar vanuit de mono-rail daar we anders tijd te kort kwamen en ieder een gelegenheid te geven. Zo lagen we van 16 t/m 18 augustus ook als een soort bekijks op de Expo 1967.

Na Montreal vervolgden we onze reis naar Houston (USA) om te gaan laden voor Stockholm en Sundsvall in Zweden.

Op 15 september 1967 werd de lading te Stockholm gelost, waarna het was genieten van de prachtige herfstkleuren aan de oever tijdens de vaart naar Sundsvall.

Na het lossen in Zweden moest het schip gasvrij gemaakt worden daar we een mini dokbeurt moesten onder gaan bij de N.D.S.M. in Amsterdam. Na het gereed komen van de werkzaamheden voeren we naar Rotterdam om op Pernis een gemengde lading te gaan laden voor Hamburg, Gothenburg en Naántali (Finland).

De losplaats te Naántali lag ver van de bewoonde wereld en maakten we in de vrij momenten maar een wandeling door de natuur. Na het lossen keerden we weer terug naar Rotterdam alwaar in met verlof zou gaan.